Nora Gharib, van K3 tot Patser: ‘Ik wéét dat ik hier als Marokkaanse shit mee ga krijgen’

© Wouter Van Vaerenbergh
Kristof Dalle Journalist

Het heeft niet veel gescheeld of Nora Gharib had in 2015 het nieuwe K3 van kleur en Marokkaanse flair voorzien. Vandaag waagt ze zich in Patser, de nieuwe film van Adil & Bilall, als kickboksend geteisem een paar postcodes bezuiden haar comfortzone. ‘Als ik een shit of fuck hoor, ben ik eerder het ‘meisjemeisje’ dat vermanend zegt: “Jongen, let op uw taal!”‘

Met de gangsterwannabe-prent Patser maken Adil El Arbi en Bilall Fallah – die in december nog in vakblad Variety’s top tien van opkomende regisseurs stonden – eindelijk de film die ze al tien jaar in hun hoofd hadden, al lang voor Image en Black. En die inkijk in hun hoofd ziet er in wezen uit zoals je zou verwachten: energiek, geestig, compromisloos, met rondstuiterende filmreferenties en een paar what-the-fuck-putainmomenten. Zo is het enige antwoord dat wij kunnen bedenken op de vraag ‘waarom hebben die Colombiaanse kartelleden in godsnaam censuurbalkjes voor de ogen, en waarom zijn ze die plots kwijt als ze in Antwerpen arriveren?’ gewoon ‘Gast, waarom ook niet?’

Voor al die agressie in Patser heb ik zwaar moeten oefenen, doorgaans op mijn man: “Fokking gast, geeft mij die fokking afstandsbediening of ik klop op uw gezicht!

Onder leiding van patser di tutti patsers Matteo ‘Adamo’ Simoni stelen vier Marokkaanse drerries van het Kiel met meer ambitie dan plankracht een lading cocaïne en ontketenen ze zo een uit de kluiten gewassen internationale bendeoorlog in Antwerpen, hoofdstad van de coke en de imploderende stadslijsten. Sukkelen samen met Simoni in die drugsoorlog: Saïd Boumazoughe (van hiphopcollectief NoMoBS), Junes Lazaar ( De bunker, So You Think You Can Dance?) én Nora Gharib. Laatstgenoemde kent u van K3 zoekt K3, Generation M op Qmusic of als vlogster op haar eigen YouTube-kanaal, waarop u mij een dezer ook ziet passeren. Zoek naar de baardmans die ergens tussen verward en verbouwereerd zijn eigen naam prevelt als er tijdens het interview plots een camera onder zijn neus gedrukt wordt.

Passons. Als Gharib op zoek was naar een manier om haar rozige verleden achter zich te laten, is dat met deze rol zeer netjes gelukt. Als kickboksend richeltuig Badia doorprikt ze tienduizend luchtballonnen in één keer.

‘Badia smeert ’s morgens zelfs geen foundation op’, zei je zelf. ‘Misschien gaat ze even door haar wimpers met mascara, maar dat is het.’ Mogen we stellen dat in die ene omschrijving de hele spreidstand tussen Nora en Badia besloten ligt?

Nora Gharib:(lacht) We verschillen nogal, ja. Dat patsergedoe – stoerdoenerij en uitpakken met de knapste wagen en de duurste schoenen – is helemaal niet aan mij besteed en er zit werkelijk geen spatje agressie in mij. Zelfs geen verbale. Ik heb dus zwaar moeten oefenen, doorgaans op mijn man, als hij nietsvermoedend in de zetel zat. ‘ Fokking gast, geeft mij die fokking afstandsbediening of ik klop op uw gezicht!’ Hij heeft me in het begin vooral veel uitgelachen, want erg geloofwaardig was het nog niet. Logisch: als ik een ‘shit’ of ‘fuck’ hoor, ben ik doorgaans het ‘meisjemeisje’ dat vermanend zegt: ‘Jongen, let op uw taal!’

Hoelang valt dat vol te houden op een set met Adil en Bilall?

Gharib: Niet. Ze zijn dan ook zeer besmettelijk: ik let erop dat ik het niet in de buurt van mijn ouders doe, maar onder vrienden is alles tegenwoordig ook ‘de shit’ en ‘fokking mooi’ of ‘fokking lekker’. Ik heb die extra klemtoon leren appreciëren.

Ik ben vrij zeker dat ze er plezier in hebben geschept om een zedige K3-aspirante helemaal te corrumperen.

Gharib: Laat ons zeggen dat ik veel heb bijgeleerd. Als iemand Badia op een vulgaire manier een lekker ding noemt in de film, krijgt die klop. Zo ver ben ik nog niet, maar ik ben op zijn minst gestopt met het telkens weg te lachen als het mij op straat overkomt. En als ze echt handtastelijk zouden worden: ik heb voor Patser een intensieve thaibokstraining genoten. (lacht)

Nora Gharib, van K3 tot Patser: 'Ik wéét dat ik hier als Marokkaanse shit mee ga krijgen'
© Wouter Van Vaerenbergh

Adil en Bilall hebben een oog voor onervaren, ruwe diamanten. Denk ook aan Martha Canga Antonio, indrukwekkend als Mavela in Black, en zo van de schoolbanken geplukt. Al moet ik toegeven dat ik het niet meteen in jou had gezien.

Gharib: Maar ik ook niet. Adil stuurde me een bericht nadat hij een video van Generation M had gezien waarin mijn vriend en ik over onze relatie praatten, en over hoe mijn ouders het er moeilijk mee hadden dat ik met een niet-Marokkaan samen was. Blijkbaar had dat hem getriggerd. Al heeft hij me daarna echt nog over de streep moeten trekken. Badia is de stoerste, diegene van wie de andere drie schrik hebben, maar als je pakweg Saïd Boumazoughe een beetje kent, de brok energie die hij in het echte leven al is: hoe kon ik ooit iemand neerzetten waar Saïd bleek van weg zou trekken? Bovendien is het geen makkelijke rol voor een Marokkaanse vrouw: ik wéét dat ik shit ga krijgen.

Vanuit de Marokkaanse gemeenschap, bedoel je?

Gharib:(knikt) Ik word nu al aangesproken op mijn ‘walgelijk taalgebruik’ en hoe we een beeld schetsen van Marokkanen die enkel goed zijn om drugs te dealen. Sommigen voelen zich blijkbaar aangevallen of ronduit vernederd, terwijl dat uiteraard niet de bedoeling was. Maar als je het echt op scherp wil stellen: Patser is echt wel ‘min of meer gebaseerd op waargebeurde shit’, zoals de disclaimer het zegt. Dealers in grootsteden zijn vaak van Noord-Afrikaanse afkomst, en het lijkt me nogal vreemd om dat te ontkennen. Het was niet mijn wereldje en op school leren ze je ook niet bepaald over de bloeiende Antwerpse cocaïnehandel, maar het laatste jaar heb ik veel gelezen en bijgeleerd. Er zit veel minder fictie in de film dan ik dacht.

Denk je dat de Marokkaanse gemeenschap de weg naar Patser vlot zal vinden?

Gharib: Natuurlijk. Critici zullen binnenkort ook wel inzien dat de film in wezen net een heel positieve boodschap heeft. En dat er net zo goed ook Marokkaanse advocaten en agenten in zitten. Bovendien spreken Adil, Bilall, Saïd en ik elk andere fans aan. Om nog maar te zwijgen over Matteo.

Matteo Simoni zet een overtuigende Adamo neer, maar speelt als blanke acteur en BV wel de Italiaans-Marokkaanse hoofdrol. Commercieel is dat geen gek idee, maar het duurt toch even voor dat niet meer wringt in de film.

Gharib: Adil en Bilall wilden al met Matteo samenwerken toen nog niemand van hun drieën had gehoord, en ze hebben die rol speciaal voor hem geschreven. Bovendien past het zeer netjes in het verhaal: elke kliek drerries heeft wel halve Marokkanen in de groep. Ik heb zelf ook een paar neven en nichten die half Spaans of half Belgisch zijn. De film is er eigenlijk alleen maar realistischer door geworden.

'Als iemand Bahia, mijn personage in Patser, een lekker ding noemt op een vulgaire manier, krijgt die klop. Zo ver ben ik zelf nog niet.'
‘Als iemand Bahia, mijn personage in Patser, een lekker ding noemt op een vulgaire manier, krijgt die klop. Zo ver ben ik zelf nog niet.’

Het liep hem tot en met de laatste draaidag wel dunnetjes langs de benen.

Gharib: Indrukwekkend ook hoe hij zich Adamo eigen heeft gemaakt. Ik heb me meermaals omgedraaid op de set als iemand wat in het Marokkaans riep, om dan te zien dat het Matteo was. Saïd en Nabil Mallat hebben echt gezwoegd om hem alles bij te brengen.

Jij toch ook, neem ik aan? Jullie trokken collectief naar de Ardennen om hem klaar te stomen.

Gharib: Ik was zeer blij met dat weekend, want ik heb minstens zoveel over de Marokkaanse straatcultuur moeten bijleren als Matteo. Ik heb geen broers, amper neven, en mijn vriendinnenkring is weliswaar multicultureel, maar niet exclusief Marokkaans. ‘Voor u is dees ook nieuw, hè Nora’, knipoogde Matteo weleens als de jongens even stilvielen.

Hoe ben jij dan wel opgegroeid?

Gharib: Mijn moeder was ongeveer zes maanden toen haar ouders haar naar België meenamen. In wezen is zij zeer Vlaams. Zij verbetert mijn Nederlands. (lacht) Mijn vader is pas op latere leeftijd naar België gekomen. Geestig wel: als ze thuis zeggen ‘Bij ons wat dat niet zo’, dan heeft mijn vader het over Khouribga, een stadje niet ver van Casablanca, maar mijn moeder gewoon over Hoboken. Mijn drie zussen en ik zijn heel vrij opgevoed. We hebben de waarden en normen van de islam meegekregen, maar niemand heeft me ooit gezegd dat ik vanaf mijn twaalfde een hoofddoek zou moeten dragen. Een van mijn zussen draagt die wel: ook goed. Zolang je het niet doet omdat iemand je dwingt – hetzij je ouders, hetzij je vriend – heb ik daar niet echt een mening over.

Had jij eigenlijk Marokkaanse voorbeelden toen je opgroeide? Ik kan er zo gauw alvast geen bedenken.

Gharib: Nee, maar als kind merk je dat niet zo expliciet. Ik probeerde me te identificeren met acteurs of zangeressen die ietwat op mij leken. Denk aan Kristel Verbeke van K3, want die had tenminste al zwart haar. Het was pas toen ik ouder werd dat me ging opvallen dat tv en film nogal blank kleurden.

Ik heb me meermaals omgedraaid op de set als iemand wat in het Marokkaans riep, om dan te zien dat het Matteo was

Saïd, tevens theatermaker en hiphopper, hoopt over tien jaar een eigen Marokkaans productiehuis te runnen, voor films, theater en strips. Hij wil een nieuwe Marokkaanse norm neerzetten. Adil en Bilall hopen onder meer hun eigen Arabische scififranchise uit de grond te stampen. Heb jij gelijkaardige aspiraties?

Gharib: Ik probeer jongeren met een andere afkomst – niet noodzakelijk Marokkaanse jongeren – te motiveren om hun dromen te volgen. Er zijn steeds meer tegenvoorbeelden te verzinnen – mensen die het ondanks alles wel waargemaakt hebben – en dus steeds minder excuses: Adil en Bilall zijn Hollywoodregisseurs, hoe gestoord is dat? Saïd is dan weer theatermaker en ik heb mijn vlogs, presentatiewerk en plots ook een acteercarrière, terwijl ik op mijn achttiende nog op een leefloon zat.

Hoe kwam dat?

Gharib: Ik ben heel vroeg het huis uit gegaan. Ik sta nogal op mijn onafhankelijkheid. Dat, en mijn vriend, ondertussen mijn man, was dus geen Marokkaan – hij is van Ghanese afkomst. Mijn ouders hadden het daar zeer lastig mee. Ik kon die meningsverschillen niet langer aan, dus ging ik alleen wonen. Wat achteraf gezien ook de beste zet was, want het heeft onze band er veel hechter op gemaakt. Ondertussen hebben ze er ook vrede mee.

Geen makkelijke jaren wel. Het OCMW probeerde me nogal fel te overtuigen om te stoppen met mijn opleiding tot schoonheidsspecialiste en meteen te gaan werken, maar ik wilde dat diploma echt halen. Daarna dacht ik acteerlessen te gaan volgen, maar dat bleek veel te duur voor een leefloner, dus ben ik maar gaan werken. En kijk nu! Ook dat wil ik jongeren meegeven: er is meer dan één route om op de plek te belanden waar je wilt staan.

Patser

Vanaf 24/1 in de bioscoop.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content