Sam Raimi regisseert meer dan één Doctor Strange: ‘En Cumberbatch speelt ze allemaal briljant’
Met Doctor Strange in the Multiverse of Madness dropt Marvel eindelijk nog eens een groot kanon in de bioscoop. Voor de camera ziet u vele varianten van Benedict Cumberbatch, achter de camera zit een man die aan de wieg stond van de superheldenfilm. Knack Focus sprak met Sam Raimi.
Spider-Man mag uitpuffen na No Way Home, de grootste kaskraker van vorig jaar (net geen 1,9 miljard dollar) en de lucratiefste Marvel-film sinds het einde van de Avengers. De tovenaar die hem ongewild in problemen bracht, moet vol aan de bak in Doctor Strange in the Multiverse of Madness.
Doctor Strange fleurt niet evenveel kinderkamers op als de razend populaire spinneman maar de hoop en de verwachting is toch dat de door Benedict Cumberbatch vertolkte magiër het aan de box office een stuk beter zal doen dan Shang-Chi en de Eternals, superhelden die het naar Marvelnormen zowel qua appreciatie als recette matig deden.
Veel mag er niet over de film geweten zijn. We mochten Doctor Strange in the Multiverse of Madness zelfs niet op voorhand zien. Maar trailers en teasers geven net genoeg vrij om de fans duchtig aan het speculeren te houden. Voor de matiger Marvelminnaars: enkele maanden na de gebeurtenissen in Spider-Man: No Way Home moet de dappere Doctor het opnemen tegen een mysterieuze nieuwe vijand. Een van de theorieën over diens identiteit: hijzelf. Het multiversum uit de titel is namelijk een oneindig aantal verschillende versies van onze realiteit, elk met kleine verschillen, en dan heb je hier en daar mogelijk een bad guy-variant van jezelf. Wat we dus wel weten: Benedict Cumberbatch moet zich geamuseerd hebben met zijn vele dezelfde-maar-toch-niet-helemaalrollen.
Marvelbaas Kevin Feige zei dat Evil Dead II-fans in hun nopjes zullen zijn met deze Doctor Strange, maar je moet niet beducht zijn voor kettingzaagarmen en zo.
Om het een beetje overzichtelijk te houden én Marvels engste en donkerste superheldenfilm tot op heden in goede banen te leiden werd een oude rot opgevist die zowel in horror als superheldenfilms zijn sporen verdiende. Sam Raimi luidde twintig jaar geleden met Tobey Maguire als Spider-Man het tijdperk van de moderne superheldenfilm in. In een verder verleden draaide hij ook al de cultfilm Darkman (1990), omdat hij zo zot was van comicbooks, maar de rechten op Batman niet vastkreeg. Met de Evil Dead-trilogie heeft hij een absolute horrorklassieker op zijn cv staan. Doctor Strange in the Multiverse of Madness moet voor hem wel als een speeltuin aangevoeld hebben.
Met welk gevoel begon je aan je comeback in de superheldenbusiness? Trappelend van ongeduld of eerder aarzelend en onwennig na al die jaren?
Sam Raimi: Allebei. Spider-Man 3 (2007) was niet mijn beste werk. Ik heb tijd nodig gehad om alle kritiek te verwerken. Lang en diep nadenken over mijn verkeerde aanpak was ook nodig om de moed te vinden om weer in het water te springen. Toen ik van Marvel Doctor Strange in the Multiverse of Madness op een presenteerblaadje aangeboden kreeg, heb ik geen seconde getwijfeld. Ik heb mijn kans gretig gegrepen. Want als ik één iets heb geleerd, dan wel dat ik héél graag films maak.
Vóór het Marvel Cinematic Universe (MCU) kenden we in Europa behalve Batman, Spider-Man en Superman niet zoveel superhelden. Hoe vertrouwd was jij met Doctor Strange?
Raimi: Hij is geen onbekende voor mij. In mijn jonge jaren verslond ik de comics van Marvel. Als ik mijn favoriete Marvel-helden toen had moeten rangschikken, was Doctor Strange allicht op een mooie vijfde plaats beland. Hij was uniek omdat hij geen super- maar magische krachten had en angstaanjagende creaturen uit andere werelden tegenkwam. Dat sprak mij natuurlijk aan. Ik heb ook zeer genoten van de eerste film met Benedict Cumberbatch. Samen met regisseur Scott Derrickson heeft hij goed werk verricht in de ontwikkeling van het personage. Het was een genoegen om daarop voort te bouwen.
Met al die films en series die op elkaar inhaken is het voor niet-fans niet altijd even simpel om hun weg te vinden in het Marveluniversum. Heb je er hard op moeten studeren?
Raimi: Het MCU is inderdaad reusachtig. En nee, ik heb niet élke Marvelfilm bestudeerd. Ik heb me geconcentreerd op die films en die passages en verhaallijnen die belangrijk zijn voor onze film en ons verhaal. Regisseurs worden ook niet aan hun lot overgelaten. Marvel heeft experts in huis die je terzijde nemen als je dreigt te verdwalen. Ik heb veel input en hulp gekregen. Marvel gaat zeer grondig te werk. Als er verschillende interpretaties bestaan, geven ze een overzicht van wie, wat, waarom gelooft.
Kun je daar een praktijkvoorbeeld van geven?
Raimi: Ja, natuurlijk. (denkt na) Oei, nee, ik kan er geen bedenken zonder iets prijs te geven over de film. Maar om je een idee te geven: er kan uren gediscussieerd worden over welke versie van een outfit een nevenpersonage moet dragen. Zelfs als dat personage uit beeld blijft, moet er geweten zijn welke outfit hij of zij zóú aanhebben. Het steekt heel nauw. Er werd ook voortdurend heen en weer gecommuniceerd over wat er met personage X na Avengers: Age of Ultron is gebeurd of wat met personage Y na Avengers: Endgame? Of dichter bij deze film: hoe gaat het verder na de laatste aflevering van WandaVision(Wanda Maximoff, het hoofdpersonage van die Disney+-serie, speelt ook een prominente rol in deze nieuwe Doctor Strange-film, nvdr.) en waaróm gaat het zo verder? Daarbij moet je altijd rekening houden met de verwachtingen van de fans.
Ik weet niet of het zo’n goed idee is om de fans altijd op hun wenken te bedienen.
Raimi: Het Marvel Cinematic Universe begrijpen is een groot deel van de job. De tweede grote peiler is: proberen te voorzien waar de fans zich het hoofd over zullen breken. Wat verwachten zij van hun geliefde personages? Welke logische volgende stap neemt Wanda na WandaVision? Welke kant gaat Doctor Strange op? Het spreekt voor zich dat je het publiek soms ook op het ónverwachte moet trakteren. Alleen moet je vertrekken van synchroniciteit met de fans.
In deze film ontmoet Doctor Strange andere versies van zichzelf. Die vallen voor 99 procent met hem samen maar dat procentje verschil heeft soms grote gevolgen.
Kun je voor de niet-fans uitleggen wat dat multiversum inhoudt?
Raimi: Het multiversum is een spiegel. Alleen zie je er jezelf niet in maar een lichtjes andere versie van jezelf. Een oneindig aantal parallelle universa omvat alles wat al bestaat maar telkens in een licht aangepaste werkelijkheid. In de film avonturiert Doctor Strange door het multiversum, waar hij die andere versies van zichzelf ontmoet. Die vallen voor 99 procent met hem samen maar dat procentje verschil heeft soms grote gevolgen. Benedict Cumberbatch’ subtiele vertolkingen van die verschillen zijn briljant.
Zou er een parallel universum bestaan waarin Sam Raimi geen films maakt?
Raimi: Jazeker. (lacht) Ik vermoed dat Sam Raimi in de meeste parallelle universa geen filmregisseur is maar een tuinier. Ik kan je verzekeren: in een tuin zijn alle geheimen van het universum terug te vinden.
Ben je na Oz the Great and Powerful gestopt met regisseren omdat je al lang niets meer te bewijzen had?
Raimi: Eerder het omgekeerde. Ik heb nooit ook maar één dag geloofd dat ik iets had bewezen. Ik heb me altijd een filmstudent gevoeld: iemand die nog bijleert. Ik heb veel fouten gemaakt. Ik had tijd nodig voor zelfreflectie.
Met alle respect: ben je nu niet te kritisch voor jezelf? Je drie Spider-Manfilms waren de voorbode van de ondertussen immens populaire superheldenfilms – ze schreven er misschien zelfs de template van. In die zin is het niet verrassend dat je nu voor deze Doctor Strange bent gevraagd. Wél dat Marvel niet veel eerder bij je aanklopte.
Raimi: Straks begin ik nog te blozen. (lacht) Ik weet ook niet waarom ze me niet eerder hebben gevraagd. Nu je erover begint: ik zou dat inderdaad heel fijn hebben gevonden. Maar goed, ik ben vooral blij dat ze me nu een kans geven. Het is heerlijk om back in business te zijn.
Maar dat daarnet was echt geen valse bescheidenheid: de tijd op de reservebank heeft me deugd gedaan. Ik kon diep nadenken over wat ik verkeerd had gedaan en wat gewoon nog beter moest. Het belangrijkste: ik mag mezelf in de vertelling niet naar voren schuiven. Ik ben niet belangrijk. Het belangrijkst zijn de fans en de personages waar ze van houden. Die moet je eer aandoen. Die les heb ik geleerd. Die les heb ik proberen toe te passen.
Je Spider-Mantrilogie was uiteraard ook al grootschalig. Gaat Doctor Strange daar nog los over?
Raimi: Nee, die Spider-Manfilms waren ook gigantisch. Je kunt zoiets niet kleinschalig aanpakken. Doctor Strange in the Multiverse of Madness is nog iets groter en duurder maar niet om van achterover te vallen. Aan de opdracht verandert dat niets. Het werk is in essentie hetzelfde.
Ik zie wel een groot verschil met een independent film. Dat is als zélf viool of mondharmonica voor het publiek spelen. Op producties zo groot als Doctor Strange ben je geen violist maar de dirigent van een groot orkest met de beste violisten en houtblazers die je kunt krijgen. Dat is iets helemaal anders. Je redt het niet als je alleen maar een goeie performer bent. Je moet de muziek door en door kennen en alle verschillende geluiden precies zo kunnen afstellen dat het concert een overweldigende ervaring is die méér is dan de optelsom van de verschillende instrumenten.
Is er veel veranderd sinds jouw hoogdagen met Spider-Man?
Raimi: De technologie evolueert constant. Lenzen zijn gevoeliger. Beter materiaal maakt een filmproductie minder log, je kunt sneller werken, maar dat verandert allemaal niets aan de essentie. Het is nog steeds de kunst om de film te bezielen, om voor een band met de kijker te zorgen. De acteurs zijn je belangrijkste medestanders. Op hen focus je tijdens de opnames. Ik zie dat nooit veranderen. Tussen ons gezegd en gezwegen: niet elke technologische verandering is een verbetering.
Ah nee?
Raimi: Ik vrees dat ze ons belazerd hebben toen ze beweerden dat digitaal beter was dan analoog. Dat is het duidelijk niet. Er gaat nog altijd niets boven goeie ouwe Kodakpellicule. Ik blijf volhouden dat film veel beter de schakeringen van licht en schaduw weergeeft dan de beste digitale camera’s die vandaag voorhanden zijn. Digitaal is het sneller kiezen tussen gedeeltelijk belicht en duister. Met Kodakfilm zijn er veel meer opties: gedeeltelijk belicht, een klein beetje belicht, vederlichte schaduw, zware schaduw, totale duisternis. Je ziet het verschil niet altijd met het blote oog maar het is er wel. Ik heb altijd graag met gradaties van licht en donker gespeeld en dat is nu veel moeilijker. In dat opzicht zijn we er technologisch domweg op achteruitgegaan.
Er kan niets verkeerd lopen met superhelden als je het overlaat aan getalenteerde filmmakers die die superhelden even graag zien als ik en de vele fans.
MCU-baas Kevin Feige voorspelt dat de fans van Evil Dead II(waarin Raimi zijn eigen horrorklassieker met behoorlijk veel humor uitbeende) zeer in hun nopjes zullen zijn met Doctor Strange in the Multiverse of Madness. Waarom?
Raimi: Eigenlijk moet je dat aan Kevin vragen, ik kan alleen maar gissen. Je moet zeker niet beducht zijn voor kettingzaagarmen of demonische krachten die je de stuipen op het lijf jagen. Evil Dead II (1987) en Doctor Strange in the Multiverse of Madness zijn allebei zotte films die niet terugdeinzen voor de vele absurde aspecten van zowel het maken van films als van het universum zelf.
Ik veronderstel dat de grootste franchise ter wereld zich geen extreme horror kan veroorloven. Moet Marvel in het middenvak blijven? En hoe vervelend is dat voor iemand als jij?
Raimi: Toen Kevin Feige enkele jaren geleden bekendmaakte dat Doctor Strange in the Multiverse of Madness de eerste horroruitstap in het Marvel Cinematic Universe zou zijn, bedoelde hij heus niet dat dit de nieuwe Exorcist zou worden. Ik vermoed dat hij gewoon de Doctor Strange-comics in het achterhoofd had. Die kregen altijd een flinke snuif mysterie en donkerte. Strange beschermt ons universum tegen duistere krachten en zwarte magie uit andere werelden. Zijn avonturen hadden vaak een sinistere kant. Een uitzinnige, shockerende horrorfilm is nooit het plan geweest maar deze Marvel zal wel spooky elementen omhelzen en af en toe misschien zelfs eng durven te zijn.
No Way Home was meer dan een hit, het was een fenomeen. Mede door de huidige Spider-Man Tom Holland te koppelen aan zijn voorgangers Andrew Garfield en Tobey Maguire. De fans gingen uit hun dak.
Raimi: Ik ook. No Way Home is heerlijk entertainment. De positieve vibe in de bioscoop was overweldigend. Je voelde de liefde van het publiek voor de personages en de grote nostalgie naar het plezier dat ze destijds hadden beleefd aan de films met Andrew en Tobey als Spider-Man. Het leek wel een reünie. Niet zo’n vervelende reünie waarop je niet weet wat te zeggen maar een feestelijke waarop niemand kan zwijgen. Een weerzien met oude vrienden, met mensen om wie je werkelijk geeft. No Way Home was voor mij méér dan een fijne kijkervaring. Het was als thuiskomen.
Ik ben er niet trots op maar ik heb ten tijde van je Spider-Manfilms ooit voorspeld dat de trend van de superheldenfilms wel zou overwaaien. Twintig jaar later is het einde van de superheldendominantie nog niet in zicht. Jou verbaast dat niet?
Raimi: Nee. Omdat ik zo’n grote liefhebber was van de comics van Stan Lee, Steve Ditko en alle andere schrijvende en tekenende Marvelcoryfeeën had ik er een goed oog in. Er kan niets verkeerd lopen zolang je niet casht op de bekendheid en de goede naam van een superheld en zolang je het maken van de films overlaat aan getalenteerde artiesten die de superhelden begrijpen en ze even graag zien als ik en de vele fans. Zo redeneerde ik destijds, zo redeneer ik nu nog. Pas als je oppervlakkig, ongeïnspireerd werk aflevert, zal het publiek afhaken. Zolang er met passie aan superheldenfilms wordt gewerkt, zullen ze succesvol blijven.
Doctor Strange in the Multiverse of Madness
Nu in de bioscoop.
Sam Raimi
Amerikaanse filmregisseur (62) met 45 jaar ervaring en een grote reputatie.
Kleurde de jaren tachtig bloedrood met cultklassieker The Evil Dead (1981), en volgde die op met Evil Dead II (1987) en Army of Darkness (1992).
Liet zijn vriend en fetisjacteur Bruce Campbell met of zonder kettingzaag de zotste dingen doen.
In de jaren negentig ruilde hij horror in voor western ( The Quick and the Dead, met Sharon Stone) en thriller ( A Simple Plan, met Bill Paxton).
Tussen 2002 en 2007 leidde zijn zeer succesvolle Spider-Mantrilogie het tijdperk van de superheldenblockbuster in.
Wong staat eindelijk naast Doctor Strange
‘Ik sta zelf versteld’, repliceert Benedict Wong. We hadden hem gevraagd naar het sterk toegenomen belang van zijn personage in het Marvel Cinematic Universe. Wong – zo heet ook zijn personage – speelt een belangrijke rol in de recentste drie Marvelfilms: Shang-Chi and the Legend of the Ten Rings, Spider-Man: No Way Home en nu Doctor Strange in the Multiverse of Madness. ‘Ik zeg automatisch ja als Marvel belt. Ik ben een grote fan, ik verzamelde de comics. Het doet me plezier dat Wong dan wel als diensthulp begon maar is uitgegroeid tot een no-nonsense middenvelder. Vandaag sta ik als Sorcerer Supreme zelfs op gelijke hoogte met Doctor Strange. Fantastisch!’
Wong vindt het een meesterzet dat Sam Raimi als regisseur aan boord is gehesen. ‘Sam is een legende in beide genres: hij is én een horrormeester en een van de OG’s die met de Spider-Mantrilogie het pad geëffend heeft voor het Marvel Cinematic Universe. Hij was al zo goed in superheldenfilms en nu kon hij ook nog eens beschikken over de nieuwe technologieën en speciale effecten waarmee je de caleidoscopische creaturen van Steve Ditko (de Marveltekenaar die voor het eerst Doctor Strange en Spider-Man tekende, nvdr.) alle eer aan kunt doen. Ze zeggen dat je je helden nooit mag ontmoeten maar dat kan ik alleen maar tegenspreken. Sam was geweldig. Ik kon mijn ogen niet geloven toen hij op mijn iPad verscheen en vertelde dat ik de Sorcerer Supreme zou worden.’
De acteur is in de wolken met het succes. ‘Het heeft me na vele jaren zwoegen van de ene op de andere dag overvallen. Mijn carrière raakte maar niet van de grond en ik had het moeilijk met hoe ik werd behandeld. Ik werd constant in het vakje van obers en gangsters geduwd en vond het hartverscheurend dat ik mijn Manchester moest inruilen voor Londen – omdat er in Manchester geen werk voor me was. Het was een zware klim met veel lastige bochten. Voor je mentale gezondheid is dat echt niet gezond. Ik heb meermaals aan opgeven gedacht. Maar met een mix van geluk, talent en volharding heb ik het gehaald. En als acteur heb je het voordeel dat je al die pijnlijke momenten kunt gebruiken als je ze voor je personage nodig hebt.’
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier