Fanny & Alexander: Formidabele familiekroniek

Ingmar Bergman blikt in dit autobiografisch getinte meesterwerk terug op zijn gehele oeuvre en thematiek.

Fanny och Alexander (1982)

Film: **** ~ Extra’s: **

Lumière

Voor de Zweedse toneel- en filmregisseur Ingmar Bergman, die bij zijn dood in 2007 een zestigtal films naliet, was Fanny en Alexander uit 1982zijn afscheid van de filmwereld. Vanaf dan wilde Bergman zich uitsluitend op theater toespitsen. Uiteindelijk zou hij nog enkele documentaires en fictiefilms maken – waaronder Na de Repetitie (1984) en Saraband (2003) – maar Fanny en Alexander voelt wel degelijk als een testament aan. In deze magistraal geregisseerde familiesaga brengt Bergman namelijk een synthese van zijn werk.

De volledige film – hier in de integrale, vijf uur durende en magnifiek gerestaureerde versie – wordt gezien door de ogen van de negenjarige Alexander, het alter ego van de jonge Bergman. Alexander en zijn zus Fanny groeien op in het warme en gulle theatermilieu van hun ouders. Aan hun onbezonnen geluk komt echter een einde als hun vader sterft en hun moeder hertrouwt met de conservatieve en autocratische bisschop Vergerus. Die laatste staat voor Bergmans vader, een Lutheriaanse predikant die een uiterst strenge opvoeding najoeg – eenzame opsluitingen incluis. Later beweerde Bergman dat de vele religieuze beelden en symboliek zijn verbeelding op hol brachten en -oh ironie! – zei hij over zichzelf ‘van nature autoritair te zijn’.

Begmans oeuvre wordt getekend door contradicties, zelfkritiek en schuldgevoelens. In de proloog bijvoorbeeld wenkt een tot leven gekomen standbeeld van een vrouw Alexander naar zich. Tegelijk ontwaart Alexander een zeis en grijnst de dood hem toe. Droom en werkelijkheid gaan in het oeuvre van Bergman steeds hand in hand. Eros en thanatos tekenen dan weer zo goed als Bergmans integrale filmwerk.

De vertelstructuur en vormgeving van Fanny en Alexander hangen trouwens met contrasten en tegenstellingen aan elkaar. Zo staat de voluptueuze en barokke clair-obscursfeer van de ouderlijke woonst tegenover de sobere, in witte en bruine tinten badende woning van de stiefvader. Bergman en zijn vaste fotograaf Sven Nykvist tronen de kijker mee van een weelderig toon die Visconti en Rembrandt oproept, naar de ascetische en koele sfeer van een Dreyerfilm of een schilderij van Vermeer.

Zoals de jonge Bergman zijn vader vervloekte, zo rebelleert Alexander op zijn beurt tegen zijn stiefvader en hult hij zich in leugens, fantasie en een schimmenspel – hier gesymboliseerd door Alexanders laterna magica. Alexander staat wel degelijk voor de artistieke vrijheid en het verbeten gevecht van de artiest tegen de harde wetten van een soms pijnlijke realiteit. Bergman is niet meteen een scenarist of regisseur wiens levensvreugde uit elke zin en elke vierkante centimeter beeld spat. Integendeel! Toch eindigt Fanny en Alexander positief, want verdrukking, angst en dood maken plaats voor leven en geluk. Voorwaar: een waardig testament.

Piet Goethals

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content