De voorgangers van ScarJo: vijf filmsterren die het eerder al opnamen tegen grote filmstudio’s

. © iStock
Karel Naulaers
Karel Naulaers Medewerker Focus.be

Scarlett Johansson vs. Disney, het is een duel dat Hollywood in rep en roer zet. Toch is ScarJo niet de eerste filmster die de wapens durft op te nemen tegen het advocatenleger van een grote filmstudio. Onder meer Elizabeth Taylor, Mel Gibson en Sylvester Stallone gingen haar voor.

Vorige week raakte bekend dat actrice Scarlett Johansson het machtige Disney aanklaagt wegens contractbreuk. Ze zou een slordige 50 miljoen dollar mislopen doordat Disney de Marvelfilm Black Widow op streamingdienst Disney+ uitbracht, op dezelfde dag als de bioscooplancering.

Het salaris van Johansson zou grotendeels gebaseerd zijn op de box office-inkomsten, en door de gelijktijdige release op Disney+ worden die inkomsten gefnuikt. Nochtans zou Disney in het contract van Johansson een exclusieve bioscooprelease beloofd hebben.

Hoewel Scarlett Johansson de eerste is die een filmstudio aanklaagt omwille van een gelijktijdige filmrelease op een streamingsplatform, zijn er tal van filmsterren die in het verleden de grote cinemabonzen al voor de rechtbank sleepten. En meestal met succes.

Olivia de Havilland

Olivia de Havilland, die vorig jaar overleed, was een dubbele Oscarwinnares die bij het grote publiek vooral bekend is van haar rol in de klassieker Gone with the Wind. Toch is haar belangrijkste nalatenschap misschien geen acteerprestatie, maar wel een vonnis dat de arbeidswerking van Hollywood voor goed veranderde.

Dat ging zo: in 1943 besloot De Havilland haar werkgever Warner Brothers – toen en nu nog altijd een van de machtigste filmstudio’s in Hollywood – aan te klagen omdat ze er ontevreden over was dat Warner Brothers haar contract met zes maanden had verlengd, zonder haar goedkeuring.

Olivia De Havilland in 1938
Olivia De Havilland in 1938© Getty Images

In die tijd waren filmsterren nog exclusief verbonden aan filmstudio’s, die daardoor alle macht hadden over de filmcarrières van hun werknemers. De Havilland was dat beu en wilde de vrijheid om zelf projecten uit te kiezen die haar interesseerden. Ze won niet alleen de rechtszaak, De Havilland Law maakte ook komaf met de exclusieve contracten van filmstudio’s.

Elizabeth Taylor

In 1964 kreeg een andere dubbele Oscarwinnares het lucratieve idee om haar werkgever voor de rechtbank te slepen. Een jaar daarvoor schitterde Elizabeth Taylor in Cleopatra, op dat moment de duurste film ooit gemaakt. De kaskraker staat echter vooral bekend om de talloze productieproblemen die bijna tot het faillissement van filmstudio Twentieth Century Fox leidden.

In een gelijkaardige aanklacht als die van Scarlett Johansson, beweerde Taylor achteraf dat ze niet volledig was uitbetaald. Twentieth Century Fox reageerde als door een wesp gestoken en klaagde Taylor prompt zelf aan. Haar buitenechtelijke relatie met co-ster Richard Burton zou de publieke opinie over de film hebben beïnvloed, waardoor de inkomsten tegenvielen.

Elizabeth Taylor met Richard Burton op de set van Cleopatra.
Elizabeth Taylor met Richard Burton op de set van Cleopatra.© Getty Images

Uiteindelijk wandelde Taylor weg met een stevige zak geld: zeven miljoen dollar, wat vandaag gelijk staat aan 60 miljoen dollar. En hoe liep het verder met Twentieth Century Fox? Die filmstudio werd in 2019 overgenomen door, jawel, The Walt Disney Company.

Burt Lancaster

In 1987 had Burt Lancaster, die in 1960 een Oscar won voor zijn rol in Elmer Gantry, een mondeling akkoord met filmstudio Columbia Pictures over de hoofdrol in de film Old Gringo. Lancaster was op dat moment al 74 jaar en had ernstige hartproblemen. Daardoor kreeg Columbia naar eigen zeggen de verzekeringen niet rond en weigerde de studio risico’s te nemen: het besloot om Lancaster te vervangen door een andere Oscarwinnaar: Gregory Peck (To Kill a Mockingbird).

Burt Lancaster in 1988.
Burt Lancaster in 1988.© Getty Images

Lancaster liet het daar niet bij en diende een klacht in tegen Columbia. Hij eiste 1,5 miljoen dollar, wat overeenkwam met de minimumdeal die de acteur en het productiehuis hadden afgesproken. Uiteindelijk werd de zaak buiten de rechtbank afgehandeld.

Mel Gibson

In 2017 begon de productie van The Professor and the Madman, een film over het ontstaan van de Oxford England Dictionary, met Mel Gibson en Sean Penn in de hoofdrol. Voor Gibson moest het de realisatie van een twintig jaar durend project worden, maar productiehuis Voltage Pictures dacht daar anders over.

Tijdens de opnames bleek het budget al ver overschreden, waardoor Voltage weigerde scènes op de universiteit van Oxford te gaan filmen. Volgens de Braveheart-ster zou de filmstudio ook hebben afgezien van de deal dat Gibson een laatste zegje zou krijgen in de definitieve cut. Gibson klaagde vervolgens Voltage Pictures aan wegens verschillende contractbreuken.

Later sleepte ook regisseur Farhad Safinia het productiehuis voor de rechtbank: Safinia beweerde dat Voltage door de creatieve aanpassingen inbreuk pleegde op zijn auteursrecht. Om de juridische oorlog compleet te maken, besloot Voltage vervolgens om zelf beide heren aan te klagen wegens contractbreuk en inmenging in contractuele en toekomstig economische relaties.

Mel Gibson.
Mel Gibson.© REUTERS

Elke zaak werd uiteindelijk in vertrouwen afgehandeld, al was niet iedereen daar even blij mee. Mel Gibson, niet vies van een controverse hier en daar, trapte nog stevig na. ‘De Voltage-versie van deze film is een ontgoocheling,’ aldus Gibson. ‘Ik betreur het dat deze film nooit zal worden gezien zoals hij bedoeld was.’ Na een wedstrijdje moddergooien kwam The Professor and the Madman in 2019 uit.

Sylvester Stallone

Ook Sylvester Stallone, koning van de machofilms, kreeg het aan de stok met de heersers van Hollywood. Toen hij in 2014 ontdekte dat hij al 18 jaar niet meer deelde in de winst van actiefilm Demolition Man (1993), ging hij klagen bij Warner Brothers. Hij zou namelijk recht hebben gehad op minstens 15 procent van de inkomsten. De filmstudio erkende haar fout en schreef een cheque uit van 2,8 miljoen dollar.

Sylvester Stallone
Sylvester Stallone© Reuters

Niet voldoende, vond Stallone, en in 2017 klaagde hij Warner Brothers officieel aan. Onder de noemer ‘nooit genoeg, altijd meer’ herhaalde Rambo een jaartje later zijn aanklacht, dit keer voor de films Cobra (1986), Tango & Cash (1989) en The Specialist (1994). Na een juridisch gevecht op het scherpst van de snee – Rocky is er niets tegen – werd de zaak in 2019 ‘amicaal’ buiten de rechtbank afgehandeld.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content