De opkomst en val van River Phoenix, de engel van generatie X
Op 23 augustus had River Phoenix zijn vijftigste verjaardag kunnen vieren, mocht hij in 1993 niet bezweken zijn aan een overdosis op Sunset Boulevard, amper 23 jaar. Het verhaal van de eeuwig jonge en gedoemde James Dean van generatie X.
30 oktober 1993. River Phoenix, zijn vriendin Samantha Mathis en zijn vier jaar jongere broer Leaf (die zich tegenwoordig Joaquin laat noemen) besluiten een avondje te gaan stappen in The Viper Room, de nachtclub op Sunset Boulevard in LA van Johnny Depp. Er staat een optreden van enkele muzikanten gepland die wel even met River, die zelf ook in een rockbandje speelt, willen jammen, maar lang duurt het niet vooraleer de avond een fatale wending neemt. Drie kwartier nadat het gezelschap is gearriveerd, bezwijkt Phoenix aan wat volgens het latere autopsieverslag een overdosis cocaïne en heroïne zal blijken te zijn, wat van de 23-jarige rasacteur uit Stand by Me (1986), Running on Empty (1988) en My Own Private Idaho (1991) met de klap een tragisch filmicoon maakt, de gevallen engel van generatie X.
Als River geen filmster was, was hij een missionaris. Daar zit schoonheid in – de man met een missie, de jonge leider – maar ook een diepe eenzaamheid.
Zijn moeder Arlyn Phoenix
Sneuvelen aan een overdosis: het is de meest clichématige dood die een jonge Hollywoodrebel zich kan voorstellen. En dat voor een acteur die roem hartsgrondig haatte en zich altijd al afzette tegen het celebritycircus waar hij al op vroege leeftijd – hij begon al op zijn tiende met acteren – tegen wil en dank deel van uitmaakte. Lang voor dat in de riante mansions van Beverly Hills en vogue was, propageerde hij vegetarisme, had hij aandacht voor het milieu, en leefde hij zo aards en bescheiden mogelijk. Maar als de veel te vroege dood van River – kindster op zijn vijftiende, miljonair op zijn achttiende en Oscargenomineerde op zijn negentiende – één ding leert, dan is het wel dat rebelleren tegen het systeem dat je geld en status schenkt minstens even desastreuze gevolgen kan hebben als er wellustig in opgaan.
The Viper Room werd een macaber soort pelgrimsoord voor filmfans en ninetiesfetsjisten, en is dat 27 jaar later nog steeds. Het is de plek waar de James Dean van het grungetijdperk het tijdelijke voor het eeuwige wisselde, een jaar voordat Nirvana-frontman Kurt Cobain hem achterna ging. Maar River Phoenix is niet zomaar een vroeg gestorven, fraai gesculpteerde filmster, zoals er in de loop der jaren helaas wel meer waren en altijd zullen zijn. Door het puike en soms pijnlijk persoonlijke curriculum dat hij in amper zes jaar tijd bijeen acteerde, is hij nog altijd het referentiepunt bij uitstek voor elke jonge acteur die op de een of andere manier uit de band springt, en het knappe, zelfbewuste gezicht van een generatie lijkt te gaan worden. Van zijn directe opvolger Leonardo DiCaprio in Romeo + Juliet (1996) over Ryan Gosling in The Notebook (2004) tot Timothée Chalamet in Call Me by Your Name (2017): allemaal werden ze bij hun doorbraak met Phoenix vergeleken, wat hem anno 2020 nog altijd relevant en mythisch maakt, en heus niet alleen in de ogen van de vele fans die hij als alternatieve posterboy in oktober 1993 verweesd en gechoqueerd achterliet.
***
River Phoenix, vernoemd naar de levensstroom uit Hermann Hesses boeddhistische roman Siddartha, wordt geboren in een broeierig klimaat van utopische idealen. In 1970 om precies te zijn, als zoon van timmerman John Bottom en secretaresse Arlyn Dunetz, beiden hippies en ecologisten. Zijn eerste levensjaren lezen welhaast als een psychedelische pastorale van de beat poets, waarbij zijn ouders – leden van de christelijke sekte Children of God – op missie trekken richting Puerto Rico en later Mexico en Venezuela, waar ze in primitieve omstandigheden (over)leven.
Als oudste telg van het excentrieke hippiegeslacht – naast zijn broer Leaf/Joaquin heeft hij nog drie zussen – wordt hij al snel gedwongen om volwassen te worden. Om mee de gezinskosten te helpen dragen klust hij bij als straatmuzikant, maar de jonge River, die later beweert op zijn vierde door leden van de sekte te zijn misbruikt, groeit ook politiek sneller op dan de meeste van zijn leeftijdsgenoten. Op zijn achtste wordt hij een overtuigd vegetariër en begint hij zich ook actief in te zetten voor dierenrechten en het milieu, een engagement dat hij in zijn korte leven met passie zal volhouden.
In 1980 breekt de clan met de Children of God, die niet alleen in Jezus maar ook in vrije liefde geloven, waarop het gezin Bottom, dat zich omdoopt tot Phoenix, terug richting de States trekt. Onder impuls van zijn moeder besluit River, die nooit school heeft gelopen, om zijn kans te wagen in de showbusiness, ‘omdat hij geld nodig heeft en je daar tenminste geen diploma voor nodig hebt’. Hij scoort rolletjes in reclamespots en tv-series, en in 1985 maakt hij zijn filmdebuut in Explorers van Joe Dante, een scififilm die op de succesgolf van E.T. tracht te surfen en waarin hij een jonge wiskundegeek vertolkt. Veel deining veroorzaakt de film niet, maar zijn vertolking leidt er wel toe dat hij een jaar later een van de beproefde tieners mag incarneren in Stand by Me, een coming-of-agedrama van Rob Reiner. De film wordt kritisch geprezen, haalt 50 miljoen op aan de box office en maakt van de vijftienjarige River het engelachtige, maar dan al getormenteerde gezicht van een nieuwe generatie Amerikanen.
Gezegend met een knappe snoet, diepe frons en James Dean-achtige flair maakt Phoenix een levendige, rebelse indruk, als een wild, ontembaar acteerbeest. Het is alsof hij de nostalgische hunkering naar zijn te vroeg verdampte jeugd en de existentiële pijn van het jong, vroegrijp en outsider zijn in al zijn adolescente personages weet te stoppen. Rol na rol leert het grote publiek hem kennen als een jonge, blonde filmgod met capricieus karakter, terwijl hij ook steeds vaker films kiest waarin de grenzen met zijn onalledaagse privéleven vervagen. Op het therapeutische af, alsof hij zijn innerlijke demonen op het witte doek wil verjagen.
In Peter Weirs Mosquito Coast (1986) incarneert hij de zoon van een idealist die in Zuid-Amerika zijn eigen Utopia wil stichten, wat echo’s oproept aan zijn exotische jeugd te midden van de Latijns-Amerikaanse jungle. In 1988 komt hij nog persoonlijker uit de hoek met Running on Empty van Sydney Lumet, een mix van superieure soap en sociaal commentaar die hem zijn eerste en enige Oscarnominatie oplevert. Daarin speelt hij de zoon van radicale antioorlogsactivisten die moet kiezen tussen loyaliteit aan zijn subversieve familie en een eigen, stabielere plek in de wereld vinden door zijn artistieke roeping te volgen.
***
Een ster is geboren, en niks lijkt Phoenixs opgang aan het Hollywoodfirmament te kunnen stoppen. De dollars en aanbiedingen stromen binnen en Spielberg laat hem in The Last Crusade (1989) de jonge Indiana Jones incarneren. Hij siert magazinecovers en meisjeskamers, en gebruikt zijn roem om zijn dier- en menslievende idealen uit te dragen. Seuten hebben Tom Cruise en Jason Priestley om te aanbidden. Alternativo’s dwepen met Johnny Depp en River Phoenix. Bovendien start hij samen met zijn zus Rain en enkele vrienden het alternatieve folkrockgroepje Aleka’s Attic en wordt hij beste maatjes met bassist Flea van Red Hot Chili Peppers. En met Michael Stipe van R.E.M., die na zijn overlijden ook de rechten opkoopt van zijn enige, weliswaar nog steeds niet uitgebrachte studioalbum.
Wat nog ontbreekt, is die ene knaller van een film die van Phoenix pas echt een toonaangevende leading man maakt. Die film komt er in 1991, wanneer regisseur Gus Van Sant hem cast aan de zijde van collega-tieneridool Keanu Reeves in de dromerige, van de platgetreden Hollywoodpaden afwijkende roadmovie My Own Private Idaho. Daarin speelt Phoenix, die zelf nooit een sterke vaderfiguur heeft gekend, een timide burgemeesterszoon die zich uit vrije wil prostitueert en de marge induikt om zich af te zetten tegen het burgerlijke gezag.
Het zal het onbetwiste hoogtepunt van zijn carrière blijken. Maar als je de biografen en documentaires mag geloven, is het ook de film die zijn ondergang inluidt. Phoenix gaat steeds verder voor zijn rollen, op het obsessieve en zelfdestructieve af. Ter voorbereiding van My Own Private Idaho duikt hij de onderwereld van Portland, Oregon in, waar hij zich omringt met junkies, hoeren en zwervers en zijn eerste shot heroïne zet. Wanneer hij enkele maanden later terugkeert naar LA, ‘die kwaadaardige stad’, begint hij zich steeds meer af te zonderen van familie en vrienden, en maakt hij en public en desnoods in interviews een almaar waziger indruk. Al snel voedt dat de geruchten dat hij ten prooi is gevallen aan drank en drugs, ook al had hij daar aanvankelijk nog zo’n afkeer van. Wegens hopeloos cliché, maar ook: wegens zijn vader John, die altijd al een alcoholprobleem had.
Heeft het met de dope te maken? Of spelen er andere zaken? Feit is dat Phoenix’ laatste passages op het witte doek – de flikkenfilm Sneakers (1992) en de muzikale romcom The Thing Called Love (1993), waarin hij te zien is met zijn vriendin Samantha Mathis – geruisloos passeren. Het is alsof er iets geknakt is, zijn levenslust verdampt door verwarring, depressie, zelfhaat en illegale substanties. Acteren lukt amper nog, ontsnappen aan de status van het tegenculturele jeugdidool dat hij geworden is al helemaal niet meer. In 1993 besluit Phoenix, die nochtans verschillende van zijn vrienden had helpen af te kicken, met de Nederlandse regisseur George Sluizer de film Dark Blood op te nemen, maar die zal, om de bekende, tragische redenen, nooit worden voltooid.
‘Hij zweefde en kon niet meer normaal lopen’, zou Sluizer, die na jaren gebakkelei over de rechten in 2012 toch nog een versie van de film uitbracht, later onthullen over de catastrofale opnames. ‘Hij was weg van de wereld.’ Hij had ’tot morgen’ gezegd tegen de regisseur toen hij op de avond van 30 oktober 1993 een concert ging bijwonen in The Viper Room, die vermaledijde plek waar de ooit fier fonkelende, van talent, charisma en levenslust barstende ster van River Phoenix uiteindelijk doofde. Of tenminste: toch het aardse omhulsel ervan.
‘Ik zou willen dat ik ergens heen kon gaan waar niemand me kent’, snottert River in de meest hartverscheurende scène uit Stand by Me, de film waarmee hij voor het eerst in de limelights stond. Jaren na zijn dood zou zijn moeder Arlyn in Esquire onthullen dat haar oudste zoon, met wie ze altijd een warme, affectieve band had, precies dat sentiment deelde, ook toen de camera’s niet draaiden. ‘Naarmate River ouder werd, voelde hij zich steeds oncomfortabeler bij de gedachte de posterboy te zijn van alle goede dingen. Hij wenste vaak dat hij gewoon anoniem kon zijn. Maar dat was hij nooit. Toen hij geen filmster was, was hij een missionaris. Daar zit schoonheid in – de man met een missie, de jonge leider – maar ook een diepe eenzaamheid.’
Zou hij effectief een grotere carrière hebben gehad dan zijn jongere broer Joaquin, die hem in zekere zin opvolgde en inmiddels wél een Oscar op de schouw heeft staan? Was hij nog steeds alive and kicking geweest als hij zich niet omringd had met foute vrienden? Was het zijn bizarre jeugd en zijn te vroege roem die hem al op zijn drieëntwintigste, een jaar jonger nog dan James Dean, deed crashen op Hollywoods boulevard of broken dreams? Of was hij simpelweg een te gevoelige jongen in een te harde wereld? Eén ding is zeker: River Phoenix – rasacteur, tieneridool, wereldverbeteraar en eeuwig jonge filmlegende – zal nooit of te nimmer worden vergeten.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."
River Phoenix
Op 23 augustus 1970 geboren in Metolius, Oregon als River Jude Bottom.
Heeft drie jongere zussen (Rain, Liberty en Summer) en één vier jaar jongere broer (Leaf, die zich later Joaquin laat noemen).
Zijn ouders zijn lid van de christelijke sekte Children of God.
Groeit in armoedige omstandigheden op in Puerto Rico, Mexico en Venezuela.
Gaat in 1980 terug in de States wonen en begint te acteren.
In 1986 wordt hij een tieneridool dankzij zijn hoofdrol in Stand by Me.
Groeit uit tot de filmster van generatie X, vooral met dank aan Gus Van Sants roadmovie My Own Private Idaho.
Zanger, tekstschrijver en gitarist van het rockbandje Aleka’s Attic.
Bezwijkt op 30 oktober 1993 aan een overdosis coke en heroïne, amper 23 jaar.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier