Als Amerikaanse films over de oorlog in Irak het publiek zo weinig interesseren, is het omdat ze het niet over de oorlog zelf durven te hebben, meent Kathryn Bigelow. Met de stevige actiethriller The Hurt Locker wil ze tonen dat het ook anders kan. ‘Ik denk dat veel mensen zitten te wachten op een échte getuigenis.’

In de vroege jaren 70 woonde Kathryn Bigelow (57) in New York en probeerde ze de eindjes aan elkaar te knopen door lofts te renoveren. Intussen leefde ze zich artistiek uit met allerlei installaties, die doorgaans gebruikmaakten van lange stalen buizen. In wezen is Bigelows visie op kunst nooit veranderd. Ze houdt van grote dingen die lawaai en indruk maken, niet van de introverte, kleinschalige en gevoelige dingen die van vrouwen verwacht worden. Het is een houding die vooral in de filmwereld op weinig begrip en medewerking kan rekenen en die verklaart waarom ze sinds haar debuut in 1982 (het bikerdrama The Loveless) maar 8 films heeft gemaakt. Dat schaarse cv komt mede doordat ze haar films onafhankelijk produceert en voor de release op de studio’s moet rekenen. Die weten zich doorgaans echter geen raad met de uitdagende verhalen die Bigelow hen toeschuift. Near Dark (vampiers) en Point Break (Keanu Reeves & Patrick Swayze) verkochten zichzelf, maar Strange Daysen The Weight of Water bleken te complex voor de marketingmensen en stierveneen stille dood aan de kassa.

Bigelows favoriete thema’s (obsessie, verslaving, geweld, macht en marginaliteit) springen sowieso uit de band en ook in The Hurt Locker kan je er niet naast kijken. Het intense actiedrama heeft het over de ontmijningsdiensten in Irak, soldaten die ingeschakeld worden om springtuig onschadelijk te maken en op de duur verslaafd raken aan de adrenaline die telkens opnieuw door hun aderen raast. Het verhaal op zich is fictie, maar alles is wel gebaseerd op de observaties van scenarist Mark Boal, die als embedded journalist een paar maanden in Irak verbleef en eerder In the Valley of Elah schreef. Bigelow mag dan buiten Hollywood staan, The Hurt Locker kwam wel tot stand op een manier die zeer hollywoodiaans lijkt.

Kathryn Bigelow: Mark en ik hebben dezelfde agent bij het Creative Artists Agency en zij stuurde me in 2003 artikels die Mark geschreven had. Ik vond ze buitengewoon en zo zijn we aan de praat geraakt. We wilden eerst een tv-serie creëren, maar het is dus een langspeelfilm geworden.

Films over de oorlog in Irak doenhet bijna nooit goed in de States.Maakt je dat niet nerveus?

Bigelow: Volgens mij zijn er nog maar weinig films over de oorlog zelf in de Amerikaanse zalen gekomen. Behalve Redacted van Brian De Palma ken ik er geen. De andere Irakfilms gingen steevast over de moeilijkheden die de soldaten ervaren om zich weer in het gewone leven te integreren. Ik denk dat veel mensen zitten te wachten op een verhaal dat beschrijft hoe het er toegaat, een echte getuigenis. Met de waarheid valt immers niet te redetwisten. Het is geen toeval dat de presidentsverkiezingen van vorig jaar maar twee grote thema’s kenden, de economie en de oorlog. Volgens mij wisten Obama en McCain heel goed dat ze het daarover moesten hebben. In de States krijgen we bitter weinig echte nieuwsgaring over Irak en wat onze soldaten meemaken. The Hurt Locker bevat relevante, actuele en kritische informatie maar tegelijk is het een film, een brok fictie die de kijker een fysieke en emotionele ervaring wil geven. Oorlog heeft natuurlijk ook per definitie iets dramatisch.

Moeten we die soldaten zien als helden?

Bigelow: Ik hoop dat het publiek hen inde eerste plaats zal zien als mensen. Wehebben er alles aan gedaan om de militaireclichés te vermijden. Het hoofdpersonage, James, is vrij uniek, omdat hij verslaafd is aan de strijd, zoals de film het aan het begin formuleert. Net zoals alle andere soldaten heeft hij zich vrijwillig aangeboden, wat het grote verschil is met Vietnam.En James is iemand die de stress van dat conflict nodig heeft om te functioneren. Dat zegt iets over hem en over de psychosociale redenen waarom we oorlog voeren. Die waarheid durven we niet toe te geven.

Eigenlijk wou je in Irak zelf gaan draaien, maar je hebt vrede moeten nemen met Jordanië. Ontgoocheld?

Bigelow: Achteraf bekeken was het de beste keuze. In Jordanië kregen we de steun die we nodig hadden en konden we rustig werken. Bovendien lijkt het landschap als twee druppels water op dat in Irak en wonen er meer dan een miljoen Iraakse vluchtelingen in het land. We hebben dan ook probleemloos de acteurs gevonden die we nodig hadden, zowel voor de sprekende rollen als voor de figuratie. De meeste Amerikaanse films die over het Midden-Oosten gaan, draaien in Marokko en gebruiken Marokkaanse acteurs, wat eigenlijk nogal racistisch is. Die opmerking kregen we in Jordanië vaak te horen, dat het is alsof we een western zouden maken waarin de indianen gespeeld worden doorItalianen. Ik wou zoveel mogelijkauthenticiteit.

Voor de Amerikaanse hoofdrollendoe je een beroep op vrij onbekende acteurs als Jeremy Renner enAnthony Mackie, maar die omringje wel met bekendere namen alsGuy Pearce, David Morse en Ralph Fiennes. Vanwaar die keuze?

Bigelow: Ik heb altijd graag met relatief onbekende acteurs gewerkt, zoals indertijd met Willem Dafoe in The Loveless en Keanu Reeves in Point Break. En als ze enigszins bekend zijn, tracht ik ze een ander soort rol te geven dan ze gewoonlijk spelen. Martin Scorsese zei ooit dat regisseren voor 97 % neerkomt op casting en hij heeft gelijk.

Een film over de oorlog in Irak zonder bekende hoofdacteurs, het klinkt niet bepaald commercieel.

Bigelow: Dat was precies ook de reactie van het studiosysteem. Geen enkele Hollywoodstudio wou ook maar iets met The Hurt Locker te maken hebben. Gelukkig bleek de onafhankelijke filmindustrie wel enthousiast, vooral wegens het gegeven dat de film gebaseerd is op echte getuigenissen. En omdat hij ook een stevige en unieke actie-thriller wil zijn. Op dat vlak heb ik me gespiegeld aan Apocalypse Now en Black Hawk Down, die bestaande conflicten op een heel intense manier behandelen. Voor de rest heb ik geprobeerd om niet aan andere films te denken en me zoveel mogelijk op het onderwerp zelf te concentreren. Het is te pijnlijk enbrutaal om dat niet te doen.

Een mogelijke kritiek is dat hetIraakse standpunt nauwelijksaan bod komt. Waarom niet?

Bigelow: Om de eenvoudige reden dat Mark Boal noch ikzelf Arabieren zijn. Het zou heel onfair en arrogant van me geweest zijn om een wereld te portretteren waar ik zo weinig van weet.In K-19: The Widowmaker heb ik een vreemde cultuur geportretteerd maar enkel nadat ik heel veel tijd had doorgebracht met die Russische onderzeemannen. En dan nog had ik het gevoel dat ik dingen miste. Cultureel gezien was het gewoon onverantwoord om de Iraakse kijk op de oorlog in de film te betrekken. Tegelijk denk ik niet dat de Irakezen die toch aan bod komen cliché-matig worden afgebeeld. We tonen een professor die vijf talen spreekt, een goedlachse jongen die voetbal speelt, noem maar op. We proberen een zo breed mogelijk spectrum te laten zien.

THE HURT LOCKER

Vanaf 23/9 in de bioscoop.

Door Ruben Nollet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content