Bonny ‘Prince’ Billy @ Vooruit

Bij Bonny ‘Prince’ Billy is het doorgaans erop of eronder. Zijn solo-optreden in de AB herinneren we ons als tenenkrommend, maar dit keer, in Vooruit, bleven we meer dan twee uur geboeid luisteren. De artiest wist trouwens van geen ophouden: hij ging door tot een eind na middernacht.

DA GIG: Bonnie ‘Prince’ Billy in Vooruit, Gent op 24/1.

IN EEN ZIN: Bonnie ‘Prince’ Billy was goedgeluimd, opmerkelijk spraakzaam en grappig en toonde zich van zowel van zijn gulste als zijn spontaanste kant.

HOOGTEPUNTEN: ‘Someone Coming Through’, ‘Another Day Full of Dread’, ‘Quail and Dumplings’, ‘The Lion Lair’, ‘Three Questions’…

DIEPTEPUNTEN: waren we zó weer vergeten, omdat de zanger om de haverklap iets verrassends uit zijn hoed toverde.

BESTE QUOTE, naar aanleiding van de vele toeschouwers die schaamteloos hele stukken van het concert filmden met hun gsm: “Soms heb ik zin om iets te delen met de mensen die toevallig in de zaal zijn. Maar ik houd me in, omdat ik niet de rest van mijn leven via YouTube door mijn uitspraken wil worden achtervolgd.”

In ons platenrek nemen de cd’s van Will Oldham, de Amerikaan die zich verstopt achter de figuur Bonnie ‘Prince’ Billy, algauw 25 centimeter in. En onze collectie is verre van compleet. Het zegt iets over de hoge productiviteit van de 41-jarige singer-songwriter uit Kentucky, die zijn werk al opgenomen zag door Mark Lanegan en Johnny Cash. Zijn rustieke Americana steunt op country en folk, traditionele genres waar hij vaak een eigen draai aan geeft. In zijn parabels over lust, ontrouw en bedrog hanteert hij dan weer een archaïsche taal die je, zoals een criticus ooit opmerkte, “de indruk geeft naar de duivel te luisteren terwijl hij de bijbel herschrijft.”

Tijdens zijn huidige tournee laat Bonnie ‘Prince’ Billy zich ondersteunen door een akoestische band, met Emmett Kelly op gitaar, Arthur Ben Boye op piano, harmonium en autoharp en zangeres Angel Olson als tweede stem. Dat leidde tot een set vol traag voortstrompelende maar organisch klinkende songs waarvan de structuur niet zelden zo onconventioneel was dat begrippen als ‘strofe’ of ‘refrein’ finaal hun betekenis verloren. Naar analogie van free-jazz speelden de muzikanten free-folk, versierd met meerstemmige harmonieën. Die klonken informeler, spontaner en veel minder toonvast dan bij, pakweg, Fleet Foxes. Het ging, zoals met vrienden die wel eens bij een kampvuur postvatten, vooral om het plezier van het zingen.

Oldham toonde zich uitzonderlijk goed gehumeurd en spraakzaam. Zijn verhaaltjes en licht absurdistische doordenkertjes waren altijd grappig en minstens zo onderhoudend als de liedjes. Het concert was alvast geen promo-oefening voor het onlangs verschenen ‘Wolfroy Goes to Town’, want uit die plaat hadden enkel ‘Time to Clear’, ‘New Whaling’ en ‘Quail and Dumplings’ (over de zware besparingsmaatregelen van de Amerikaanse regering die een almaar groter deel van de bevolking in de armoede stort) de setlist gehaald. In de plaats daarvan speelde de zanger twee fijne nummers die ter elfder ure waren geschrapt, omdat ze niet op de cd bleken te passen.

Bonnie ‘Prince’ Billy doet precies waar hij zin in heeft en juist die onvoorspelbaarheid draagt bij tot zijn aantrekkingskracht. Hij droeg zijn set op aan de bejaarde countryzanger Merle Haggard, die momenteel met zware gezondheidsproblemen kampt, putte kriskras uit zijn rijke repertoire en verraste ook enkele keren met gloednieuw materiaal dat nog niet was opgenomen. Boyes piano verwees vaak naar Amerikaanse honky tonks, al onderstreepte ze even goed de melancholie in Oldhams blanke gospelhymnes (‘Someone Coming Through’) of tragikomische schetsen (‘The Lion lair’, ‘Teach Me to Bear You’, ‘Three Questions’). De zanger had het met de nodige zelfspot over recente gebeurtenissen in zijn leven, maar hield het bewust vaag, wat niet wegneemt dat “familiale problemen” en “scheiding” als onweerswolken boven het concert bleven hangen. Dat de set werd afgesloten met ‘Troublesome Houses’ zal wellicht geen toeval zijn geweest.

Dank zij de geestdrift van het publiek zou het daar echter niet bij zou blijven. Will Oldham had er zin in en trakteerde dus op twee bisrondjes, samen goed voor negen extra songs. Daartussen herkenden we covers van Merle Haggard (‘Because of Your Eyes’) en Iris Dement (‘Pack Up Your Sorrows’, waarin Olsen nog eens haar in de Appalachen betrokken zangstijl mocht etaleren). Voorts: de Palaceklassieker ‘New Partner’, het even subtiel als behoedzaam gebrachte ‘Beast for Thee’ (een duet dat herinnerde aan de fraaie dialogen tussen Gram Parsons en Emmylou Harris) en ‘Wolves Among Wolves’ (waarin Oldham daadwerkelijk als een wolf naar de maan huilde). In dit stadium improviseerde de groep er duchtig op los en werd ‘I Called You Back’, tot groot jolijt van de toeschouwers, zelfs onversterkt aan de rand van het podium gebracht.

Toegegeven, niet alle nummers waren voltreffers, maar Bonnie ‘Prince’ Billy en zijn gezellen hielden de routine ver uit hun set en gaven je voortdurend het gevoel dat er dingen gebeurden die niet gepland of afgesproken waren. Heel soms hebben we ons geërgerd, maar we hebben ons tenminste niet verveeld.

Dirk Steenhaut

DE SETLIST: Time to be Clear / Merciless and Great / There is No God / Beware Your Only Friend / Someone Coming Through / ? / You Can’t Hurt me Now / Another Day Full of Dread / New Whaling / Out of Mine / ? / Quail and Dumplings / The Lion Lair / Teach Me To Bear You / Three Questions / Troublesome Houses // Because of Your Eyes / A Beast For Thee / Island Brothers / New Partner // The Sounds Are Always Begging / Wolf Among Wolves / Pack Up Your Sorrows / I Called You Back.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content