Traditionele folk met elektronische beats? In het brein van Yves Barbieux is alles te verzoenen, zo ook geloofwaardigheid en Eurosong. Zijn Urban Trad verdedigt op 24 mei de nationale driekleur in Riga. Met het nodige realisme, uiteraard. ‘Op het songfestival word je maar beoordeeld op één liedje, niet op een carrière.’

Eurovisiesongfestival, 24/05 vanaf 21.00 op TV1 (en op diverse andere zenders)

Urban Trad ontstond drie jaar geleden uit een studioproject van Yves Barbieux. De naamgenoot van een Bretoense patroonheilige (beweer nu nog eens dat voorbestemming niet bestaat) verzamelde een aantal muzikanten rond zich om de al behoorlijk vitale folk zowaar van elektronische beats te voorzien. Het resultaat, een energetische crossover tussen Keltisch getinte folk en moderne dansmuziek, was te horen op One o Four, een plaat die bij folkies in binnen- en buitenland op applaus werd onthaald. Met het tweede album Kerua en de deelname aan de jaarlijkse zoektocht naar de grootste gemene deler van de Europese (wan)smaak, hoopt Urban Trad nu ook het hart van het brede publiek te stelen. Met de ingesteldheid is er alvast geen probleem: Barbieux blijkt een nuchter muzikant die weinig romantische idealen koestert en zich niet te beroerd voelt om een compromis te sluiten. Dit gesprek verliep bijvoorbeeld in een olijke mengelmoes van Frans en Nederlands.

Laten we eerlijk zijn, Eurosong is sinds 1956 een synoniem voor hyperkitsch. Ben je niet bang dat jullie deelname de reputatie van Urban Trad zal aantasten?

Yves Barbieux: Neen, fans kennen ons al langer dan vandaag, onze deelname kan alleen meer mensen warm maken voor de muziek. Het is nooit onze ambitie geweest om op het Eurovisiepodium te staan, maar we zijn natuurlijk wel geflatteerd dat de RTBF ons nummer heeft gekozen. Ach, als sommige mensen denken dat het slecht is voor onze reputatie, dat ze maar doen. Ik wou gewoon een risico nemen. Ik ben er zeker van dat er iets staat te gebeuren. Misschien hebben Belgen na Eurosong wel zoiets van: oh, wat jammer dat die stakkers op de laatste plaats geëindigd zijn, laten we hun plaat maar kopen zodat ze zich snel beter voelen. (lacht)

Het songfestival is voor jullie dus een onderdeel van een sluwe marketingstrategie?

Barbieux:Bah, sluw… er is geen geheim masterplan voor na het festival, maar het is uiteraard wel een unieke gelegenheid om in een paar minuten heel Europa te bereiken. Eurosong is trouwens een heel merkwaardige wedstrijd. Niemand weet wie stemt, wat het reglement inhoudt of hoe er gestemd wordt. Wie bepaalt wie wint? Het is mij een raadsel.

Hoe weeg je in een mysterieuze wedstrijd zoals deze dan je kansen af?

Barbieux: Wel, ik denk dat we met Sanomi zowel eerste als laatste kunnen worden. Als het een echte muziekwedstrijd zou zijn, met een jury die oordeelt over de muzikale kwaliteit, ben ik pretentieus genoeg om te zeggen dat we hoog zouden scoren. Maar met een onzichtbare jury en onbekende spelregels weet je maar nooit. Eurosong is een beetje zoals Google. Iedereen kent en gebruikt de zoekmachine, maar niemand weet blijkbaar hoe het werkt. (lacht)

Stel dat je ooit moet kiezen tussen muzikale integriteit en commercieel succes, wat zou het worden? Een combinatie van beide is niet toegelaten.

Barbieux: Ik begrijp muzikanten niet die te allen prijze hun eigen ding willen doen. Je moet zo nu en dan compromissen sluiten. Dat hoeft geen slechte zaak te zijn, een artistiek compromis is soms ook vruchtbaar. Er zijn natuurlijk ook commerciële compromissen, maar die vind ik niet problematisch. Kijk, ik heb geen zin om als gekwelde artiest voor een halfvol café mijn hoogst persoonlijke ding te doen. Ik speel niet uitsluitend voor mezelf, ik vind het fijn dat mensen dansen en lachen op een optreden. Als dat niet zo was, had ik wel een ander beroep gekozen.

Maar dan bestaat het gevaar toch dat je toegevingen begint te doen omdat je weet wat het publiek verwacht?

Barbieux: Dat weet ik nog zo niet. Mijn principe is dat je altijd voor een zo groot mogelijk publiek werkt. Gelukkig valt mijn muzikale smaak daarmee samen. Maar dat betekent nog niet dat ik tijdens het componeren voortdurend met het publiek in mijn achterhoofd zit. Als het me echt alleen maar om commercie zou gaan, dan schreef ik allang Engelstalige nummers met een vette beat eronder. (lacht) Neen, je moet daar realistisch in zijn: obscure, experimentele dingen passen nu eenmaal niet bij Urban Trad. Ik maak soms wel van die dingen, maar puur uit liefhebberij.

Ben je van plan om die stukken ooit op de mensheid los te laten?

Barbieux: Tuurlijk zou ik dat heel graag doen, maar Urban Trad is zo professioneel geworden, dat ik tijd noch zin heb om op mijn zeldzame vrije momenten nog meer aan muziek te knutselen. Laten we wel wezen: als ik nu een zeer eigenzinnige, extravagante plaat uitbracht, is de kans klein dat ze zou aanslaan. Als je echter een groot project op poten zet, kan je krediet opbouwen om later wel zulke dingen te doen. In dat opzicht kan het dus geen kwaad om rekening te houden met de smaak van de meerderheid om daarna zachtjes andere dingen te proberen.

Er was een tijdje terug behoorlijk wat controverse rond het extreem-rechtse verleden van Soetkin Collier. Was die aandacht niet een beetje overdreven?

Barbieux: Dat kan je wel stellen, ja. Als een minister zegt dat hij niemand naar Riga stuurt met extreem-rechtse overtuigingen, dan heeft hij geen seconde naar de huidige situatie van Soetkin gekeken, laat staan dat hij zich heeft afgevraagd hoe zij vandaag over dat verleden denkt. Ze is misschien in zo’n milieu grootgebracht, maar mensen veranderen. Oké, je moet ergens de grens trekken: als ze vorig jaar op een fascistische opkomst aanwezig was geweest, dan had het er helemaal anders uitgezien. Maar dat was niet zo.

Heeft het incident spanningen in de groep veroorzaakt?

Barbieux: Niet in de groep, neen, maar het legde wel een immense druk op onze schouders. We mochten niet zwichten, we moesten snel reageren. Twee weken na de gekte werd onze single immers in Riga verwacht, volledig gemixt en gemastered, dan moet je het hoofd wel even koel houden. Ik denk dat het probleem uiteindelijk diplomatisch opgelost is. Soetkin zal er niet bij zijn op het songfestival, maar ze speelt nadien gewoon weer mee. Ik vind het belangrijk om samen door te gaan en zo hopelijk mensen te overtuigen dat ze niet te snel mogen oordelen. Nu die onzichtbare jury in Riga nog. (lacht)

Door Bram Van Moorhem

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content