Bijna waren ze gesplit, maar Coldplay staat er weer en sterker dan ooit. Want ondanks het succes is er voor zanger Chris Martin niets veranderd: ‘We zijn outsiders en dat zullen we altijd blijven.’

Door Sveti Slavik

Coldplay, ‘A Rush Of Blood To The Head’ komt uit op 26 augustus bij EMI

Met argusogen werd deze zomer uitgekeken naar de concerten van Coldplay. De opnames voor de opvolger van debuutalbum Parachutes verliepen stroever dan gepland en zanger Chris Martin had zich laten ontvallen dat het mogelijk het laatste album van de groep zou zijn. Zowat een jaar geleden ging de band trouwens al bijna uit elkaar. Op de nieuwe cd is van die strubbelingen echter niet veel te merken. In vergelijking met Parachutes zijn de songs op A Rush Of Blood To The Head rijper, avontuurlijker en minder fragiel. De plaat etaleert het schizofrene karakter van Coldplays muziek: enerzijds emotioneel en melancholisch – vooral door de verscheurende stem van Martin – anderzijds ongeremd rockend. Niet zo verrassend is dan weer dat het gros van het album gaat over hoe kort het leven is en hoe je de dingen het best meteen aanpakt. Ook andere thema’s als paranoia, angst en zorgen keren terug.

A Rush Of Blood To The Head is duidelijk geïnspireerd door Echo And The Bunnymen. Niet alleen wat het lichtsombere gedachtegoed betreft maar ook muzikaal: Daylight toont bijvoorbeeld nauwe verwantschap met The Cutter, een hit uit 1983 van Echo And The Bunnymen. Toeval is dat niet: Ian ‘Mac’ McCulloh en Chris Martin koesteren heel wat bewondering voor elkaar en ze verschijnen af en toe samen op het podium. Een anekdote die Martins respect voor McCulloh perfect illustreert: voor de opnames van de nieuwe single In My Place trok Martin een regenjas – het handelsmerk van McCulloch – aan. De zanger van Echo And The Bunnymen was op dat moment aanwezig in de studio.

‘Het was fantastisch dat Mac in Liverpool was’, zegt Chris Martin. ‘We liepen elkaar tegen het lijf in een bar naast de opnamestudio. Ik heb verschillende mensen ontmoet die me op mijn gemak stellen met wat ik muzikaal doe – Tim Wheeler van Ash, Danny McNamara van Embrace en anderen – maar met Mac is het iets speciaals, omdat hij zo berucht is. Hij is helemaal zoals je hem verwacht: onvermoeibaar rokend, een onafscheidelijke zonnebril. In het begin doe je het een beetje in je broek voor hem maar langzamerhand besef je dat hij door precies hetzelfde wordt gedreven als jij en je band. Ik hou van zijn zangstijl en zijn groep maar ik hou nog het meest van hem omdat hij van niemand bang is. Als ik zeg dat ik David Bowie heb ontmoet, zegt hij: ‘Nee, nee, David Bowie heeft mij ontmoet’. Alleen als hij drinkt kun je moeilijk met hem omgaan. Tijdens de opnames van In My Place was hij helemaal lazarus door de rode wijn. ‘Go on my son, go on my son’, bleef hij maar herhalen.’

Op het podium, tijdens een van de concerten van Coldplay, struikelt Martin tijdens zijn aankondigingen soms op een merkwaardige manier over zijn woorden, wat voor enkele bizarre momenten zorgt. ‘Dit is een nieuwe song, een goede. Tenminste, dat vinden wij. Jullie vinden het misschien maar rommel’. Even later schept hij op dat Trouble miljoenen dollars heeft opgebracht, om vervolgens de intro te onderbreken met de mededeling dat dat niet echt waar is. ‘Ik maak de slechtste introducties ter wereld’, geeft hij later toe. Niet dat het er veel toe doet. Het onderstreept alleen maar de impulsiviteit en spontaniteit van Martin.

Tijdens het optreden worden hits uit Parachutes netjes afgewisseld met nieuwe songs, zoals In My Place, Daylight en God Put A Smile Upon Your Face. Omdat het publiek niet vertrouwd is met het nieuwe materiaal, blijft de reactie veeleer lauwtjes. Er is wel enthousiast applaus na elke song maar niemand staat recht, tot de laatste song van de officiële set, Yellow. Dat is een nummer dat Liam Gallagher van Oasis soms beluisterde in de kleedkamer en dat hem opnieuw zin deed krijgen in songschrijven. Wie Heathen Chemistry van Oasis al beluisterde, weet waar de groep de mosterd haalde.

Het succes van ‘Parachutes’ verraste iedereen, jezelf inbegrepen. Wat zijn je verwachtingen voor het nieuwe album?

Chris Martin: Het kan alle kanten uit. Het succes van Parachutes was een enorme verrassing, omdat we ervan uitgingen dat het jaren zou duren vooraleer we een hit hadden. We hadden onszelf al voorbereid op jarenlang gezwoeg. Wat we kregen, was zo onverwacht en oversteeg alles waar we ooit van hadden gedroomd. Maar er zijn geen garanties dat we dat zomaar kunnen herhalen.

Dat klinkt pessimistisch. Je zag de afgelopen weken toch de reacties tijdens concerten?

Martin: Ik ben niet pessimistisch maar realistisch. We passen nergens in en we hebben nog nooit ergens in gepast. We zijn altijd outsiders geweest en dat gevoel hebben we nog altijd. Onze missie is muziek maken, niet alleen hele goede songs maar iets dat echt in het oog springt.

Is er muzikaal veel veranderd tegenover het eerste album?

Martin: Het tweede album is anders maar toch klinkt het helemaal als Coldplay. Je herkent ons meteen maar de songs zijn energieker en meer up-tempo, rijper en zelfzekerder. We zijn gegroeid als mensen en we hebben er alle vertrouwen in dat we een cd hebben gemaakt die de verwachtingen van de fans zal inlossen.

Hebben het rondreizen en de ervaringen na het eerste album de inhoud van de teksten bepaald?

Martin: Ik denk niet dat het succes of de tournees ons sterk hebben beïnvloed. De teksten die ik schrijf, gaan verder dan dat. Het gaat meer om emotionele gedachten dan om ervaringen. Misschien zitten er wel enkele lijnen in die weerspiegelen wat er het laatste jaar is gebeurd maar dat kan je moeilijk aanwijzen.

Je staat op de covers van magazines. Zorgt dat voor extra druk?

Martin: Nee, want ik ben geen popster. Ik ben me er wel van bewust dat ik voorzichtiger moet zijn in mijn uitspraken – ook privé – omdat meer mensen ze kunnen lezen en horen. Maar het voordeel daarvan is dat ik mensen bewust kan maken over zaken die me na aan het hart liggen.

Je bent voor velen een voorbeeld?

Martin: Ik wil zeker geen rolmodel zijn, dat is nooit de bedoeling geweest. Niemand heeft trouwens ooit de bedoeling een rolmodel te worden. Maar ik ben me inderdaad bewust van mijn positie en daar probeer ik zo goed mogelijk mee om te gaan. Je mag je niet laten beïnvloeden door je bekendheid. Veel mensen denken verkeerdelijk dat een artiest overloopt van zelfvertrouwen. Zo kan het soms overkomen in een song, maar de meeste artiesten zitten vol twijfel. Met dat soort onzekerheden moet je kunnen omgaan. Als iemand het gemaakt heeft, wordt hij of zij vanzelf op een voetstuk geplaatst, maar je moet onthouden dat we allemaal mensen zijn. Artiesten zijn mensen met een talent maar ze hebben net dezelfde problemen als de rest van de mensheid. Geen enkele popartiest heeft antwoorden op de grote levensvragen. Popmuziek gaat niet over de waarheid en je kan er absoluut geen redding in vinden.

Popster maar met de voeten op de grond.

Martin: Inderdaad, we hebben ons nooit anders voorgedaan. We doen de dingen waar we in geloven, met mensen die ervoor gemaakt zijn, de enigen die het kùnnen doen. Ik kan niet doen alsof ik iemand anders ben, zoals zoveel mensen. Zij beantwoorden gewoon aan hun imago, ik heb dat niet eens. Dit is wat ik ben, take it or leave it. We willen allemaal geliefd zijn maar er zijn grenzen aan wat ik daarvoor bereid ben te doen.

Nochtans krijgt Coldplay van de pers niet altijd respect.

Martin: Inderdaad. De Britse pers heeft nooit aan onze kant gestaan en dat verrast ons. In het begin werden we gesteund maar zodra onze singles succes hadden, veranderden ze het geweer van schouder. Maar dat zit ons niet dwars: we maken geen muziek voor de pers maar voor onszelf en voor onze fans. Weet je, ik heb het nog altijd moeilijk met mensen die beweren dat ze ons graag hebben. Het is altijd gemakkelijker geweest om mensen te geloven die ons niet lusten. Dat komt door het Britse klassensysteem. We behoren tot de middenklasse, we hebben een universitaire opleiding gehad. We hebben de band in 1996 opgericht in University College in Londen en onze muziek was toen niet echt modieus. Maar we zijn ons altijd bewust geweest van onze missie en we geloven er nog altijd rotsvast in: muziek maken die de mensen raakt.

‘Het succes heeft ons compleet verrast. We waren voorbereid op jarenlang gezwoeg en plotseling hadden we een hit.’

‘Ik heb geen antwoorden op de grote levensvragen. Popmuziek gaat niet over waarheid en redding.’

‘Ik blijf wie ik ben, te nemen of te laten. We willen allemaal geliefd zijn maar ik ben niet bereid om daar alles voor te doen.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content