WAAROM IEDEREEN ALTIJD OM DE VERKEERDE REDENEN VAN DAVID FOSTER WALLACE LIJKT TE HOUDEN

The End of the Tour, een literaire roadmovie over de vijf dagen die Rolling Stone-journalist David Lipsky doorbracht in het spoor van schrijver David Foster Wallace, doet fans, vrienden en familie weer strijden om wie nu het meest van de auteur houdt. En waarom.

David Foster Wallace’ bekendste wapenfeiten zijn niet zijn sublieme kortverhalen of zijn uiterst gevatte essays over David Lynch en Roger Federer. Zijn bekendste werken zijn niet zijn stukken over 9/11, porno-Oscars of luxecruises. En zelfs zijn bizar ontroerende megaroman Infinite Jest (1996) is niet de reden waarom velen DFW kennen als het grootste literaire genie én de beste Axl Rose-lookalike van de laatste decennia. Het is een korte speech die hij in 2005 aan de afstuderende studenten van Kenyon College in Gambier, Ohio gaf.

In de VS wil de traditie dat universiteiten en hogescholen een bekende figuur vragen om hun studenten aan de vooravond van hun volwassen leven toe te spreken in een commencement speech. Winston Churchill deed het in 1941, John F. Kennedy gaf er een in 1963 en ook Steve Jobs, Bono en zelfs Kanye West en Dolly Parton werden al voor zo’n klus gevraagd.

De toespraak van Wallace, die later als het schaamteloos-geld-uit-uw-zakken-kloppend boekje getiteld This Is Water (ook in vertaling: Dit is water) uitgebracht werd, kwam op het wereldwijde web terecht en ging viraal. Miljoenen mensen vonden troost – en erg tatoeëerbare citaten – in Wallace’ boodschap over empathie, mededogen, bewust leven en een goed mens zijn.

Je kunt dat melig of naïef vinden, maar het hoeft niet. Want ook daarover gaat Wallace’ tekst. Over kiezen of je iets wegzet als melig of naïef en over niet verplicht zijn om net voor die keuze te gaan. Je kunt dat op zijn beurt dan weer wegzetten als melig of naïef. Daar is geen uitweg voor en het is op het einde van dat doodlopende straatje dat DFW je staat op te wachten. Hij wil iets zeggen over een goed mens zijn, beseft dat je dat niet kunt doen zonder naïef of melig te klinken en zegt dan maar meteen ook daar iets over. Uiteraard in het volle besef dat je daardoor alleen maar naïever en/of meliger klinkt. Een dubbele laag zelfbewustzijn in een tekst stoppen zonder die te gebruiken als een cynisch of ironisch metagrapje. Dát is David Foster Wallace.

DE KAPITALE WAARHEID VAN HET LEVEN

Maar wat de schrijver écht beroemd maakte – en allicht de reden dat een film als The End of the Tour überhaupt gemaakt kon worden – is zijn zelfmoord. Op 12 september 2008 hing de toen 46-jarige en aan zware klinische depressies lijdende schrijver zich op. Noem het ironie, de ongezoete variant dan, maar die zelfmoord deed meer voor zijn bekendheid dan al zijn schrijfwerk en die ene toespraak samen.

Het bracht die speech wel opnieuw onder de aandacht. Omdat een van zijn laatste adviezen daarin luidt dat de ‘capital-T Truth about life’ niet draait om wat er na het aardse bestaan komt, maar om je vijftigste te halen zonder jezelf door het hoofd te willen schieten. Dat hem dat zelf niet lukte, maakte van DFW, die zijn hele volwassen leven met depressies, drugs en vrouwen sukkelde, een instantmartelaar. De Kurt Cobain van de Amerikaanse literatuur. De goeroe van een met ironie doodgeklopte generatie die zich door hem met een warme literaire bear hug even uit haar existentiële eenzaamheid verlost wist.

SAINT WALLACE

Wallace genoot vóór zijn dood de gemiddelde bekendheid van een gerespecteerde schrijver, onder meer dankzij het Rolling Stone-stuk van David Lipsky, maar werd na zijn Kenyon College-toespraak, en vooral na zijn heengaan, iets anders, iets heiligers. Om het met de woorden van zijn weduwe Karen Green te zeggen: ‘Zijn zelfmoord veranderde hem in een celebrity writer dude.‘ En zoiets zou hem zelf hebben doen huiveren, voegde ze daar nog aan toe.

Wallace’ zelfdoding gaf het leven aan een immer groeiende Wallace-cultus die onder andere zou leiden tot een door hem geïnspireerde aflevering van The Simpsons (in 2012). De uitspraak van zijn weduwe was dan weer het startschot voor een ‘foute redenen om van David Foster Wallace te houden’-beweging die elke discussie over ’s mans leven, werk en fans keer op keer beslecht met ‘David zou het zelf zus of zo gewild hebben of zou zelf dit of dat gevonden hebben’.

De meest gehoorde klacht over de canonisering van ‘Saint Wallace’ is dat hij als publiek figuur gereduceerd wordt tot een tegeltjeswijsheden spuiend zelfhulporakel voor de mensen die zijn werk lezen als een morele gids doorheen het culturele moeras waar ze, niet eens zo heel erg langzaam, in aan het verzuipen zijn. En dat de door zijn This Is Water-speech in gang getrokken idolatrie, die met een film als The End of the Tour alleen maar erger kan worden, de diepe en briljante complexiteit van zijn werk overschaduwt.

INFINITE JEST

Diep, briljant en complex is dat werk zeker. Niet toevallig wordt Wallace’ in 1996 gepubliceerde meesterwerk Infinite Jest vaak in één adem genoemd met die andere twee vuistdikke en regelmatig voor onleesbaar versleten titels waar je de Engelstalige literatuur van de twintigste eeuw grofweg mee in drie kunt delen. James Joyce’ Ulysses (1922) als de ultieme roman van het literaire modernisme, Thomas Pynchons Gravity’s Rainbow (1973) als hét voorbeeld van de postmoderne roman en Wallace’ Infinite Jest als dé uitdrukking van wat daarna kwam – of je dat nu een variant op het postmodernisme wilt noemen of veeleer een tegenbeweging.

Dat hele zelfbewuste naïviteitsprobleem van Wallace’ Kenyon address, dat doodlopende straatje van de onvermijdelijke meligheid, is in feite een kleine variant op wat Wallace in Infinite Jest in het groot en op meer dan duizend pagina’s probeert: schrijven over wat het betekent om een (goed) mens te zijn. Een groot verhaal vertellen – in casu: iets over een dystopische toekomst met een Wes Anderson-achtige familie en een mysterieuze videoband in de hoofdrollen – terwijl je weet dat die grote verhalen door de door jou bewonderde postmodernisten nog maar net zijn doodverklaard.

Generatiegenoot en goede vriend Jonathan Franzen schreef zich in The Corrections (2001) en Freedom (2010) met overweldigend succes een weg uit die patstelling door terug te grijpen naar een sociaal-realisme dat dichter aanleunt bij negentiende-eeuwse realisten als George Eliot dan bij twintigste-eeuwse vormvernieuwers als Thomas Pynchon. Maar voor Wallace is de literaire erfenis van het postmodernisme naast zich neerleggen nooit een optie geweest. Zijn taal moest een beeld geven van de ’tsunami of stuff coming at you’, maar waar het voor de postmodernisten volstaat om met ironie en cynisme de fundamentele hypocrisie van onze realiteit bloot te leggen, is Wallace de schrijver die, opnieuw met het risico melig en naïef over te komen, zegt: ‘Oké, maar wat nu?’

THIS IS WATER

En die ‘oké, maar wat nu?’ zit ook – zij het dan in een meer homeopathische variant – in DFW’s This Is Water-toespraak. Tikkeltje vreemd dan dat net de speech waarin Wallace zelf zijn belangrijkste thematiek zo eenvoudig en oprecht mogelijk uit de doeken doet door de zelfverklaarde échte kenners steeds met de vinger wordt gewezen als dé oorzaak van zijn herleiding tot een pseudopoëtisch en semifilosofisch medicijn tegen eenzaamheid, een trendy literator voor hipsters.

In The End of the Tour, James Ponsoldts verfilming van David Lipsky’s boek over de vijf dagen die hij met Wallace doorbracht tijdens een promotietournee, geeft DFW (Jason Segel), nochtans aan de Rolling Stone-journalist (Jesse Eisenberg) te kennen dat ook Infinite Jest over eenzaamheid gaat, en dat het hem helemaal niet verbaast dat mensen die zich serieus aan een klomp van duizend pagina’s zetten, mensen zijn die wel enigszins vertrouwd moeten zijn met dat gevoel.

Lezen mensen dus wel eens iets van David Foster Wallace omdat ze op zoek zijn naar troost, wijsheid of een heel klein beetje zekerheid?

Ja.

En misschien zelfs omdat ze op zoek zijn naar een paar concrete tips over hoe ze hun leven moeten leiden?

Ja.

En zijn die aanwijzingen makkelijker te vinden in een ‘gebruiksaanwijzing’ als This Is Water dan in een literaire clusterbom als Infinite Jest?

Jazeker.

En was Wallace zelf niet van mening dat lezen pas leuk wordt wanneer het je voor een intellectuele uitdaging stelt?

O, jazeker.

En zou hij zelf niet hebben moeten huilen van het lachen bij het idee het hoofdpersonage te worden in een film?

Absoluut.

Maar – of dacht u echt dat hier alleen maar toegevingen zouden staan? – doen alle mensen die The End of the Tour bij voorbaat afschrijven, en die de This Is Water-boodschap door haar onversneden meligheid niet doorgeslikt krijgen, niet zowel de kijkers, lezers als de schrijver zelf tekort? Enerzijds door er zomaar van uit te gaan dat Wallace’ genialiteit enkel echt komt bovendrijven in zijn complexere werk. En anderzijds door er zomaar van uit te gaan dat wie David Foster Wallace via de film of de toespraak zou ontdekken, zich bij het proeven van de rest van zijn oeuvre alleen maar zou kunnen verslikken. Benieuwd wat DFW, naast pop- en literatuur- ook filmkenner, daar zelf over gedacht zou hebben.

THE END OF THE TOUR

Vanaf 24/2 in de bioscoop

DOOR SAM DE WILDE

MILJOENEN MENSEN VONDEN TROOST IN THIS IS WATER, WALLACE’ BOODSCHAP OVER EMPATHIE, MEDEDOGEN, BEWUST LEVEN EN EEN GOED MENS ZIJN. JE KUNT DAT MELIG OF NAÏEF VINDEN, MAAR HET HOEFT NIET.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content