VAN POOL TOT PIRAMIDA

Wie geeft er nu al zijn spaargeld uit aan een trip naar het Hoge Noorden om er in rioolbuizen geluiden op te nemen? Het Deense Efterklang, dat van Spitsbergen terugkeerde met de basis voor Piramida. ‘We moesten altijd een geweer bij ons hebben.’

Het begon met enkele foto’s van Spitsbergen, de groep eilanden tussen het Noorse vasteland en de Noordpool, die de leden van Efterklang toegestuurd kregen. De ruwe natuur en desolaatheid oefenden zo’n aantrekkingskracht op hen uit dat ze meteen besloten hun volgende plaat daar te maken. Of toch er geluiden te sprokkelen. ‘We hadden nog geen enkele song geschreven’, zegt bassist Rasmus Stolberg. ‘Alle wegen lagen nog open. We wilden opnames maken waarmee we later, in onze studio, aan de slag zouden kunnen. Dat is zo stilaan een vaste werkwijze. Onze muziek zit dan wel vol elektronica, we maken zelf onze samples en drumsounds, aan de hand van field recordings die we verzamelen in de vrije natuur.’

De titel van de nieuwe plaat verwijst naar een leegstaande Russische nederzetting op Spitsbergen. ‘Vroeger woonden er zowat duizend mensen, personeel van de plaatselijke Russische steenkoolmijn’, zegt Stolberg. ‘Vijftien jaar geleden zijn die halsoverkop vertrokken. Vandaag is Piramida een spookstad. De kans het geluid van zo’n desolate plek te vangen, konden we niet laten liggen, maar een vergunning krijgen was niet makkelijk. Uiteindelijk konden we mee met een documentaireploeg. Een serieuze expeditie. Ik herinner me de tocht van drie uur per rubberboot, waar we om de haverklap doorweekt werden door het opspattende water van de Noordelijke IJszee. En op Spitsbergen bestond het risico dat we oog in oog met een poolbeer kwamen te staan. Vrij intens allemaal. Voor je eigen veiligheid moet je er altijd een geweer bij de hand hebben, maar niemand van ons kan met een vuurwapen omgaan.’

In een filmpje op hun website zie je de bandleden gewapend met microfoons en opnameapparatuur door leegstaande gebouwen dwalen, in rioolbuizen kruipen of op een muur van glazen flessen trommelen. ‘Soms moesten we halsbrekende toeren uithalen om bepaalde geluiden te kunnen vangen’, zegt Stolberg. ‘De stad is een ruïne, het ligt er vol glasscherven en je moet er voortdurend uitkijken dat je niet door een vloer zakt of een balk op je hoofd krijgt. Best gevaarlijk. Onze fijnste ontdekking was een cilindervormige olietank bezet met ijzeren pinnen, die we de bijnaam Miss Piggy gaven. Telkens als ik met een drumstick op een van die pinnen sloeg, kreeg ik een specifieke klank, zodat ik het gevaarte kon bespelen als een echt instrument. We hebben op zowat alles geslagen. Als een ding een bruikbare toon voortbracht, konden we met een computerprogramma de ontbrekende tonen gemakkelijk reconstrueren en er vervolgens, via een klavier, mee aan het componeren slaan. Ook fascinerend: Piramida is de meest noordelijke plek ter wereld waar een vleugelpiano staat. Die klinkt weliswaar zo vals als een kat, maar we hebben er toch enkele bruikbare samples aan overgehouden.’

De reis naar het barre, nauwelijks bewoonde eiland riep onvermijdelijk filosofische vragen op. Hoe overleef je in een vijandige omgeving? Wat vertellen achtergelaten voorwerpen over hun gebruikers? Hoeveel tijd heeft de natuur nodig om alle sporen van menselijke aanwezigheid te wissen? ‘Door het isolement en het intimiderende landschap besef je dat je als mens zonevreemd bent, dat je er niet thuishoort’, aldus Stolberg. ‘Dat Piramida vandaag een soort vuilnisbelt is, zegt ook iets over hoe we ons als soort soms gedragen. De leegte van het poolgebied laat je uiteraard niet onberoerd, maar eigenlijk kun je net zo eenzaam zijn in een dichtbevolkte stad of in een relatie. In de periode dat we aan de cd werkten, gingen Casper (Clausen, Efterklangs zanger, nvdr.) en zijn vriendin uit elkaar. Dat heeft een serieuze weerslag gehad op de songs. Het verval, de vergankelijkheid van Piramida werd zo een metafoor voor een afbrokkelende romance. Alleen: dat was toeval, een samenloop van omstandigheden.’

Magic Chair, de vorige cd van Efterklang, was een optimistische popplaat, maar Piramida sluit veeleer aan bij de melancholische sfeer van Tripper uit 2004. Het album staat in ieder geval dichter bij wie de muzikanten, inmiddels naar Berlijn verhuisd, écht zijn. Nu ze in alle vriendschap afscheid hebben genomen van drummer en medeoprichter Thomas Husner, zijn ze tot een trio gereduceerd, maar ambitie blijft het sleutelwoord. ‘We wagen ons het liefst aan avonturen waarvan de uitkomst niet te voorspellen valt’, zegt Stolberg. ‘Onze creativiteit wordt pas geprikkeld als we nieuwe uitdagingen opzoeken.’

PIRAMIDA

Uit op 28/9 (4AD), in concert op 8/11 in AB.

DOOR DIRK STEENHAUT

‘PIRAMIDA IS TEGENWOORDIG EEN SPOOKSTAD, ÉN DE MEEST NOORDELIJKE PLEK MET EEN VLEUGELPIANO, DIE WEL ZO VALS ALS EEN KAT KLINKT.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content