VAN DE HIGH SCHOOL IN DE DROP

Ook tieneridolen worden groot en dus besloot Zac Efron – de mooie knul uit High School Musical – het maar eens als échte acteur te wagen. Te beginnen bij The Paperboy, een hitsige portie pulp fiction waarin Nicole Kidman hem een golden shower schenkt. ‘Ik laat de grapjes met plezier – euh – over mij heen komen.’

In 2006 werd Zac Efron, toen pas negentien, in één klap een wereldster annex meisjesidool dankzij High School Musical, die zingende en swingende Romeo en Julia-update waarop ook nog eens twee succesvolle sequels volgden. Zes jaar later doet Efron er alles aan om dat imago van gladgeföhnde posterboy van zich af te acteren. Enter The Paperboy, een adaptatie van Pete Dexters populaire pulproman in een regie van Precious-revelatie Lee Daniels. Daarin speelt Efron een jonge journalist die anno 1969 tracht te voorkomen dat een ter dood veroordeelde killer (John Cusack) op de elektrische stoel belandt. En dat met de hulp van zijn oudere broer (Matthew McConaughey) en een oversekste southern belle (Nicole Kidman) met een ongezonde fascinatie voor moordenaars. Een curieuze cocktail van sexy suspense, raciaal retrodrama en kleurrijke camp.

The Paperboy is heel wat anders dan High School Musical. Was dat een extra motivatie voor jou?

ZAC EFRON: Ja, maar niet omdat ik mijn verleden wil uitwissen. Wel omdat ik wil groeien als acteur en een andere manier van films maken ontdekken. Ik wist niet of ik de rol wel zou aankunnen – omdat de film zich afspeelt in een periode van raciale spanningen die ik niet zelf heb meegemaakt en omdat mijn personage volwassen wordt door de meest vreemde figuren en de meest vreemde voorvallen. Dat onbekende trekt me enorm aan. Een tweede reden was Lee Daniels. Ik heb nooit een regisseur ontmoet die zo energiek is op de set en zoveel vragen stelt aan zijn acteurs. Meestal zijn het de acteurs die moeten worden ingetoomd.

Over vreemde figuren en voorvallen gesproken: wat met die scène waarin Nicole Kidman over je heen plast om je te redden van je kwallenbeten?

EFRON: Toen ik voor het eerst het scenario las, wist ik niet wat ik ervan moest denken. Nog steeds niet eigenlijk. Ik heb me gewoon overgegeven aan Lee Daniels’ visie en als ik het resultaat zie, ben ik daar blij om. Het is een bizarre, excentrieke scène, maar Nicoles personage is dat ook. Ik laat de grapjes die zullen volgen met plezier – euh – over me heen komen. (lacht)

Buiten staan de tienermeisjes nog steeds jouw naam te schreeuwen. Hoe ga je daarmee om?

EFRON: Alles went. Je werkt om een zekere status te bereiken die je de macht geeft om de beste rollen te krijgen, dus moet je niet hautain doen over je fans of klagen over de tol van de roem. Ik prijs me gelukkig en ik deel met plezier handtekeningen uit. Het zijn ook niet de fans die vervelend zijn; het zijn de paparazzi. Zij zijn het die je privacy niet respecteren. Ook wat dat betreft, is iemand als Nicole Kidman een groot voorbeeld voor mij. Ze is een van de mooiste en bekendste sterren ter wereld, maar toch blijft ze integer als mens en actrice. Ik ken niet veel Hollywooddiva’s die werken met Stanley Kubrick, Lars von Trier, Noah Baumbach en andere baanbrekende filmauteurs. Von Trier mag mij in elk geval altijd bellen.

ZAC EFRON: ‘BAANBREKENDE FILMMAKERS ALS LARS VON TRIER MOGEN ME GERUST BELLEN.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content