Met De Smaak van de Keyser laat de VRT een nieuwe, prestigieuze fictiereeks op het publiek los. Een gesprek met de twee regisseurs, Frank Van Passelen Jan Matthys. ‘De serie is net op tijd klaar: we waren bijna gek geworden.’

Er loopt blijkbaar een ondergrondse tunnel tussen de dienst toerisme van Limburg en de Reyerslaan in Brussel. Want nadat in Katarakt de fruitteelt in het Hageland uitgebreid in beeld kwam, zendt één vanaf zondag opnieuw een tv-serie uit waarin de provincie in al haar glorie getoond wordt: De Smaak van de Keyser, een tiendelig epos over drie generaties jeneverstokers in Hasselt. Centraal personage is de jonge Alessandra, die na de dood van haar grootvader op vraag van haar grootmoeder Helena in het familieverleden graaft. Vooral het mysterie rond wat er tijdens de Tweede Wereldoorlog precies is gebeurd met de beste vriend van haar grootvader, tevens de grote liefde van Helena, houdt de jongedame en iedereen om haar heen bezig.

De Smaak van de Keyser is het soort serie waarvoor het woord ‘prestigieus’ lijkt uitgevonden. Het budget was naar Vlaamse normen aanzienlijk, er doet een cast van 75 acteurs in mee, er is gefilmd in Vlaanderen, Wallonië en Italië, én er stonden niet één, maar twee mensen achter de camera: Frank Van Passel ( Terug Naar Oosterdonk) en Jan Matthys ( Katarakt). Het resultaat is, te oordelen aan de twee afleveringen die we vooraf te zien kregen, een mooie, zij het erg klassiek vertelde tv-reeks, waarin een deel van de Belgische geschiedenis getoond wordt vanuit het perspectief van de gewone man.

De reeks liep de voorbije weken al als marathon in enkele bioscopen. Is er veel verschil tussen die versie en die voor tv?

Frank Van Passel: Niet echt: er zijn een paar scènes weggevallen en de begin- en eindtitels zitten er natuurlijk niet bij, maar dat is het. Ik heb echter onlangs zo’n marathon meegemaakt, en het viel me op dat die 50 minuten-structuur op tv toch anders werkt. Dit is een serie waarin de nadruk op de personages ligt, en tijdens een marathon komen die beter naar voren. Tijdens de tv-afleveringen werken de plotlijnen dan weer duidelijker door.

Jan Matthys: Dit is typisch een reeks die je op dvd bekijkt, en het liefst met vier afleveringen na elkaar.

Heb je dan compromissen moeten sluiten?

Van Passel: Neen, want De Smaak van de Keyser is altijd als een tv-serie opgevat. Eerlijk gezegd maken wij als regisseur dat onderscheid tussen tv of bioscoop ook niet meer. De middelen, de mensen, de techniek, ze zijn allemaal hetzelfde. Zelfs de manier van projecteren lijkt op elkaar, nu steeds meer mensen een thuisbioscoop hebben.

Maar bij een tv-serie moet je natuurlijk wel rekening houden met de mensen die voor het scherm zitten, in dit geval de één-kijkers op zondagavond.

Van Passel: Je weet dat je tot het merendeel van de bevolking spreekt en je moet je verhaal daaraan aanpassen, dat klopt. Maar dat was hier zeker geen beperking, integendeel.

Matthys: De kijker is ook mee geëvolueerd. Je moet niet meer alles duidelijk tonen en uitleggen.

Van Passel: Het één-publiek is volwassen geworden. Er is ons nooit een norm opgelegd. Tien jaar geleden zei men nog letterlijk dat flashbacks niet konden. Dat bestaat niet meer.

Oké, maar anno 2008 kun je flashbacks bezwaarlijk nog gewaagd noemen.

Van Passel: Absoluut. Al is het pas tien jaar geleden, die tijd ligt eeuwen achter ons. Zoveel is er veranderd. Ik denk dat een reeks als deze op bijvoorbeeld de Franse openbare tv, die veel meer afgevlakt is, moeilijker zou liggen. In dat opzicht is de situatie in Vlaanderen vrij uniek. Er is vaak kritiek op de verkleutering van één, maar tegelijkertijd brengt die zender dingen die op andere openbare omroepen niet kunnen. Toen we onlangs op een conferentie over fictie op openbare zenders van de European Broadcasting Union stukken uit De Smaak van de Keyser lieten zien, vielen de monden van de vertegenwoordigers van de andere landen open. Van álle landen.

De reeks wordt hier en daar al vergeleken met historische epossen als ‘Heimat’ en ‘La Meglio Gioventù’, maar in de twee afleveringen die ik gezien heb, vond ik eerlijk gezegd dat de geschiedenis vooral als decor diende.

Van Passel: Dat klopt toch niet: vooral vanaf de vierde aflevering speelt de Tweede Wereldoorlog echt een belangrijke rol. Maar De Smaak van de Keyser is zeker niet het verhaal van een volk, zoals Heimat en La Meglio Gioventù dat waren. Wij vertellen over de beslissingen van een paar mensen, en laten zien hoe het verleden het leven vandaag nog altijd beïnvloedt. Zodra Hitler met zijn Flamenpolitik(het beleid van de Duitse bezetter, waarbij men trachtte het Vlaamse deel van de bevolking ervan te overtuigen mee te werken; nvdr.) begint, moeten de Belgische soldaten in de krijgsgevangenkampen kiezen of ze Vlaams of Waals zijn en op dat moment nemen sommige mensen een beslissing die de rest van hun leven zal bepalen.

Matthys: We tonen de oorlog ook vanuit het perspectief van de achterblijvers, de vrouwen en kinderen. Hoe de bezetter bij mensen thuis intrekt bijvoorbeeld, en dat is toch een stuk geschiedenis dat nog niet veel aan bod is gekomen.

Van Passel: Het is me tijdens die marathonuitzending duidelijk geworden hoeveel verhalen uit die tijd nog vastzitten. Mensen begonnen na afloop echt tegen elkaar te vertellen, en dat is altijd de bedoeling geweest van de reeks: verhalen losweken. Oké, ik denk niet dat er naar aanleiding van De Smaak van de Keyser praatgroepen zullen ontstaan, maar als we één iemand aan het praten krijgen, zijn we al geslaagd. Het was ook nu of nooit: de generatie die alles nog bewust heeft meegemaakt, is aan het overlijden. Als je deze reeks over tien jaar zou maken, zou er waarschijnlijk nauwelijks nog een getuige overblijven.

En dan zou het hoofdpersonage tegen de honderd zijn.

Van Passel: Terwijl we nu eigenlijk al vals hebben moeten spelen, want we hebben er een generatie tussenuit gelaten.

Ik dacht al dat bepaalde mensen er wel erg jong uitzien in de scènes die zich in 2008 afspelen.

Van Passel: Dat kon ook niet anders, want anders moet je met vier generaties werken en dan is het verhaal niet te vertellen.

‘De Smaak van de Keyser’ wordt voorgesteld als een ’typisch Belgische’ reeks. Wat moet ik me daarbij voorstellen?

Matthys: Het is een echt Belgische productie. De reeks is gefinancierd met hulp van de RTBF, ze wordt ook uitgezonden op de Franstalige zender, een deel van het verhaal speelt zich af in Wallonië, er doen Waalse acteurs in mee, de crew was gemengd…

Van Passel: Het is een kwarteeuw geleden dat er nog eens een reeks gemaakt is met geld van twee taalgemeenschappen. We hebben daar ook voor gevochten, omdat we dat zo belangrijk vinden. Het is toch niet te geloven hoe er bij een fantastische film als Loft gediscussieerd wordt of hij al dan niet in Wallonië uitgebracht moet worden. Ook inhoudelijk komt de verhouding tussen Vlamingen en Walen aan bod. Wat Jacques Brel zong in Les Flamingants –‘nazis durant les guerres’ – daar gaat deze reeks voor een groot deel over. Over hoe mensen in de collaboratie zijn terechtgekomen, hoe dat trauma op veelVlamingen weegt en hoe dat onderwerp tot op vandaag blijft doorleven. Een van de Belgische soldaten die in een krijgsgevangenkamp terechtkomt, moet daar langer blijven omdat hij Franstalig is, en de frustratie die daaruit voortkomt, heeft een immense invloed op de rest van de personages.

Het is wel ironisch dat de serie opgenomen is op het moment dat de twee gemeenschappen meer dan ooit tegen-over elkaar stonden.

Matthys: Ja, dat hebben we ook vaak mogen horen toen we in Wallonië aan het filmen waren.

Van Passel: We hebben veel verbrande bruggetjes moeten herstellen. Als Vlaamse ploeg krijg je in Wallonië met een immens wantrouwen te maken, omdat de mensen daar het gevoel hebben dat Vlamingen totaal geen respect meer voor hen hebben. Maar het leuke is dat je na een paar maanden echt een ‘Belgiëgevoel’ krijgt. Ik ben een grote Walloniëfan, en ik hoop dat dat in de reeks ook te zien is.

Jullie zijn allebei van bij het begin bij de reeks betrokken. Zijn jullie na vier jaar opgelucht dat ze er eindelijk is?

Van Passel: Ik moet toegeven: ik ben heel blij dat ze af is. De laatste maanden ben je werkelijk met niets anders meer bezig: je kent elke zin, elke noot en elke fout.

Matthys: Als je met de auto rondrijdt, zie je overal dingen die je aan de reeks doen denken, je hoort flarden dialogen in de winkel…

Van Passel: Het is niet gezond meer. We hebben er eigenlijk veel te hard aan gewerkt. Als dat nu niet zou stoppen, dan zou ik er letterlijk gek van worden. De Smaak van de Keyser is dus net op tijd klaar. (Lacht)

Door Stefaan Werbrouck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content