TIEN JAAR GELEDEN 6/10/2000

CSI maakt zijn debuut op televisie.

Alle goede ideeën komen terwijl je naar tv aan het kijken bent. In 1998 had Anthony E. Zuiker, een scenarioschrijver die bij-kluste als portier in een hotel in Las Vegas, National Geographic Channel opstaan, waar een documentaire liep over het werk van forensische onderzoekers. Hij kreeg een ingeving: Waarom zou je geen misdaadserie kunnen maken, waarin een team van zulke specialisten met DNA-testen en andere wetenschappelijke snufjes moorden oplost. Twee jaar later maakte CSI zijn debuut op de Amerikaanse televisie en de mix van spannende plots, droge humor én wetenschap sloeg beter aan dan Zuiker wellicht ooit had durven te dromen: enkele weken na de start stond CSI al boven aan de kijkcijferlijst en ook elders in de wereld maakten de avonturen van Gil Grissom en co brokken.

In het zog van het succes kwamen er de volgende jaren tientallen nieuwe en vergelijkbare ‘procedurals’ – een (misdaad)-serie waarin elke week één zaak opgelost wordt – rond een bepaalde groep experts, van Without A Trace over Bones tot Medium. Slechts heel zelden kwamen die op kwalitatief vlak in de buurt van het origineel, iets wat ook geldt voor de CSI-spin-offs CSI: Miami en CSI: New York. De gedachte dat je het succes van een serie gemakkelijk kunt dupliceren door het decor te veranderen is trouwens een andere erfenis van CSI: ook NCIS heeft dat al gedaan met NCIS: Los Angeles en dit najaar gaat in de VS Law and Order: Los Angeles van start, de nieuwe spin-off van de langlopende Law and Order-reeks.

CSI had echter niet alleen invloed op de televisiewereld, maar ook op de echte wereld. Toen de reeks een tijdje liep, begonnen er in de Amerikaanse media namelijk verhalen op te duiken over een zogenaamd ‘ CSI-effect’ in de rechtszalen: juryleden die naar CSI en zijn afgeleiden keken, begonnen te verwachten dat aanklagers een hele batterij DNA-tests of vingerafdrukken zouden aanslepen om de schuld van een verdachte te bewijzen. Als dat niet gebeurde, waren die mensen geneigd om te geloven dat de beschuldigde de misdaad niet gepleegd had.

Nu, dat is althans de theorie, in de praktijk blijkt het allemaal nogal mee te vallen. Het ‘CSI-effect’ is de afgelopen jaren een paar keer onderzocht, en telkens kwam men tot de conclusie dat er misschien soms wel eens een jurylid beïnvloed kan worden door de reeks, maar dat een echt effect toch veeleer een uitvinding is van de media die erover schrijven. En zoals CSI bewijst: de wetenschap heeft altijd gelijk.

(S.W.)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content