BOMMEN IN BAGDAD – ‘Point Break’-regisseuse Kathryn Bigelow slaat keihard terug met een Irakthriller die met scherp op hart en hersenen mikt.

Kathryn Bigelow met Jeremy Renner, Anthony Mackie, Guy Pearce

De 57-jarige Kathryn Bigelow heeft iets met verslavingen. Die fascinatie resulteert niet in een opeenstapeling slaapverwekkende drugsdrama’s, maar wel in een reeks filmische adrenalinestoten die zelfs de sloomste zetelzombie een marathon doet uitlopen. Na de waaghalswedstrijden van Keanu Reeves en Patrick Swayze in Point Break, het vampierenverdriet van bloedzuigervader Lance Henriksen in Near Dark en de helletocht van herinneringsdealer Ralph Fiennes in Strange Days zoomt de cineaste in op de explosieve exploten van sergeant William James (Jeremy Renner), het nieuwste lid van een Amerikaanse ontmijningseenheid in Bagdad. Al vanaf dag één jaagt die de rest van zijn team de stuipen op het lijf met zijn roekeloze methodes – weg met dat beschermende harnas! – om de schijnbaar eindeloze reeks bomauto’s, mijnenvelden en andere ontplofbare voorwerpen te ontmantelen.

Ideaal materiaal voor Bigelow om twee vliegen in één klap te slaan. Enerzijds bouwt ze een viriele thriller op die genoeg nagelbijt-momenten bevat om een bataljon manicures dagenlang werk te bezorgen. Anderzijds doorploegt ze – zoals vanouds – de donkere kantjes van de mannelijke psyche. Die mix van brein en branie zorgt ervoor dat het eindresultaat minder affiniteit heeft met de prekerige Irakpamfletten die de bioscopen recent teisterden, dan met de overdonderende blockbusters waarvoor John McTiernan en Bigelows ex James Cameron in de eighties en de nineties garant stonden.

Daarnaast bewijst de frenetieke filmmaakster dat je niet over fonkelende Hollywoodsterren, duizelingwekkende budgetten en honderden CGI-wizards moet beschikken om te kunnen wedijveren met de contemporaine kassakanonnen. Nevenacteurs ‘ for life‘ Jeremy Renner ( 28 Weeks Later) en Anthony Mackie ( Million Dollar Baby) krijgen de kans om te schitteren, terwijl ‘B-listers’ als Guy Pearce en David Morse terloops passeren. De schamele 11 miljoen dollar die de prent kostte, weerhield de ploeg van Paul Greengrass- en Ken Loachcinematograaf Barry Ackroyd er niet van om het ene beklijvende beeld na het andere te schieten. En de biologerende visuele en geluidseffecten zetten digitale poppenkasten als Transformers: Revenge of the Fallen en G.I. Joe: The Rise of Cobra compleet voor lul.

Inderdaad: hedendaags Hollywoodentertainment van de meest explosieve soort!

Steven Tuffin; (S.T.)