Luc Janssen en Stijn Meuris, allebei berucht om hun grote bek, leerden elkaar pas echt waarderen na een fikse ruzie. Janssen noemde de Monzavoorman een keer te veel Stijn Pleuris, die greep naar de telefoon en de rest is geschiedenis. Jaren later werken de twee spitsbroeders voor het eerst samen aan een tv-programma: het nieuwe seizoen van LUX.

‘Dat is nu de reden waarom ik Stijn erbij wilde, hij let op dingen waar ik geen oog voor heb’, zegt Luc Janssen wanneer Stijn Meuris onze fotograaf de oren van het hoofd vraagt over welke lens hij zal gebruiken. Tijdens het voorafgaande gesprek hebben ze elkaar ook als volleerde pistiers afgelost in hun enthousiasme over cultuur. Respectievelijk 54 en 44 blijven Janssen en Meuris kwajongens. Als de oudste van de twee een affiche van Music For Life ziet hangen, zegt hij dat er volgend jaar drie meisjes in het glazen huis komen: ‘Dan heet het de glazen muis.’ De ondeugende blik van verstandhouding tussen hen die volgt,is goud waard.

Laten we beginnen door ‘la petite histoire’ nog heel even op te rakelen: Stijn, jij hebt eens in een colère naar Luc gebeld, niet?

Luc Janssen: (Snel) Maar dat is al lang geleden. Stijn Pleuris, Sarah Beffens… Het maakte deel uit van een reeks woordgrapjes in mijn programma Collage. Zodra Stijn aan de lijn hing was alles in een paar minuten uitgeklaard. Ik vond het hem ook sieren dat hij belde en toegaf dat het hem zélf ergerde. Sarah Bettens heeft me er ook ooit eens via omwegen op aangesproken, maar bij haar was het zogezegd haar bomma die het zich zo aantrok.

Stijn Meuris: (Lacht) Dat soort uitingen van mijn geestdrift is de laatste jaren fel geminderd, hoor. Maar ik vond dat ik dat moest doen. Al van in mijn tienertijd was ik fan van Luc. Ik moest bewijzen dat ik me niet liet doen. Maar dat incident is dus wel het begin van een bijzonder goede verstandhouding geweest.

Janssen: Kort daarop zaten we samen op een vlucht naar Johannesburg. Toen we er eens ’s nachts naar de hemel lagen te kijken, heeft Stijn mede sterren uitgelegd. Dan ontstaat er iets. Toen we met de redactie deze zomer aan het nadenken waren over hoe we een derde LUX-seizoen zouden aanpakken, wist ik meteen dat ik Stijn erbij wilde. Hij heeft er de skills voor. Ik heb het Stijn in de backstage van Pukkelpop gevraagd. Hij zei meteen ja en vroeg vervolgens toch 24 uur bedenktijd om z’n agenda na te kijken.

Hoe wordt de nieuwe ‘LUX’?

Meuris: Een stuk goedkoper! (Lacht) Neen, maar wel zichtbaar soberder. Het gaat nog meer om het gesprek dat Luc voert. Het wordt minder show and tell. We blijven natuurlijk gebruik maken van fragmenten, maar de structuur wordt veel minder dwingend. Als een gast goed op dreef is, zal Luc hem niet onderbreken om naar het volgende item in de boekenkast te gaan.

Janssen: Daarom zitten we niet meer in de loft. (Grijnst) Die hadden ze nodig om een film in op te nemen, daar had ik dus geen zin meer in. Ook de XL is weg, want tegenwoordig is alles XL.Bij de nieuwe LUX past de S van strak.

Meuris: Strak en fris. Dat merk je ook aan het decor waarvoor we na lange omzwervingen bij de tv-studio van het Amerikaans Theater zijn aanbeland. Luc zit met zijn gast in een zwarte doos of beter: een lichtconstructie in een zwarte doos. De vergelijkingen met Container(een legendarisch cultuurprogramma van de toenmalige BRT, verguisd om zijn intellectualisme; nvdr) zullen niet van de lucht zijn. Het zij zo, dit decor dient vooral om de nadruk op de ontmoeting te leggen. En het biedt geweldige mogelijkheden voor projecties.

In de trailer was er rond jullie container zelfs publiek op te merken.

Meuris: Dat selecte publiek dient als klankbord voor het gesprek. Er is geen applausmeester, de mensen zitten er niet als klapvee. Meer zelfs, ze moeten rechtstaan. Het vergt dus toch enige inspanning om een opname van LUX bij te wonen, maar dan ben je wel de bevoorrechte getuige van een goedgesprek. Dat past in het uitgepuurde concept en het is ook de meest eerlijke vorm van een publiek. (Denkt na) Met alles wat we nu gezegd hebben, kom je op papier tot een ontzettend saai cultuurprogramma. Maar geloof me, dat is LUX niet. De tijd vliegt voorbij. Regelmatig zat ik bij de opnames in de regiekamer te denken: fuck man, zet de zender aan, dit kunnen we onversneden in de ether gooien.

Dirk Roofthooft, Ramsey Nasr, Jean Paul van Bendegem, Marie Vinck, Jeroen Meus, Hans Teeuwen… en dat zijn ze nog niet allemaal. Wat moet je doen om in dat indrukwekkend veelzijdig lijstje terecht te komen?

Meuris: Gretigheid. Dat is hét codewoord. De gasten moeten het goed kunnen brengen, en voluit over hun passies kunnen praten. Er zit niet echt een lijn in, maar ik vind ons lijstje wel kloppen. Het zijn allemaal mensen die er hun eigen cultureel parcours hebben op zitten en er veel over te vertellen hebben.

Janssen: De eerste twee seizoenen was ik vooral de charmante gastheer die keurig met mes en vork interviewde. Keurig ben ik nog steeds, maar deze keer heb ik ook mijn fileermes op zak. En dat zal ik wel eens bovenhalen.

Guy Verhofstadt zit ook in de reeks. Bestaat het gevaar niet dat een politicus jullie programma misbruikt om zich als de grote cultuurminnaar te profileren terwijl je hem beter op de rooster zou leggen over een ‘kunstwerk’ als de financieringswet?

Janssen: Lux is TerZake niet, ik zal geen politieke vragen stellen. Daar dient het niet voor. In het eerste seizoen hadden we cultuurminister Bert Anciaux te gast en ik denk niet dat die daardoor één stem gewonnen of verloren heeft. Voor Verhofstadt hebben we heel bewust gekozen omdat hij een man is met een zeer brede culturele interesse. Het is niet dat we na een rode en een groene nu een blauwe politicus inhet rijtje wilden.

Is de lijst ook geen bewijs dat jullie lak hebben aan het onderscheid tussen ‘hoge’ en ‘lage’ cultuur?

Janssen: Ik zeg het liever zo: LUX is geen kunst-, maar een cultuurprogramma. Wat iemand als Jeroen Meus in zijn restaurant doet, is óók cultuur. Toch zeker op zijn manier. Hij is met veel meer bezig dan louter koken. Als een van onze gasten niets met theater of literatuur heeft, moeten we het er niet over hebben. Daarom zal er ook niet langer elke week een muzikale gast zijn. Als zoals in de eerste reeks Luc Tuymans met bevriende muzikanten wil zingen: graag. Maar het nieuwe LUX hoeft niet meer met muziekte worden afgesloten.

Meuris: Al vanaf het eerste seizoen vind ik dat LUX de materie op een elegante en relaxte manier behandelt. En dat ondanks het vergrootglas dat als een donderwolk boven elk cultuurprogramma hangt.

Janssen: We weten welke cultuur we willen én hoe we ermee moeten omgaan. We hoeven niets te bewijzen, dat was mijn voorwaarde van bij het begin. Als we geen zin hebben om iets te doen, doen we het ook niet. Tv maken is nooit een ambitie van mij geweest, voor mij hoefde LUX dus niet. Al komt de VRT ook de eer toe dat er nooit druk of inmenging is geweest. ‘ LUX moet zus of zo’, is nooit gezegd.

Meuris: Wat me als nieuwkomer opviel, is dat er bij LUX geen sprake is van het stagiairsyndroom: de angst om in de fout te gaan, of iets niet te kennen. Daar word je niet op afgerekend. Wat ik wel merk, is hoe iedereen altijd mee is. Zo vroeg ik de regisseur om ter inspiratie eens naar een clip van Battles op YouTube te surfen. Wel, niemand bij LUX viel uit de lucht.

Jullie moeten aan het einde van het gesprek een boeiend programma overhouden. Waken jullie over de mix aan onderwerpen die een gast aanbrengt?

Meuris: Er zijn inderdaad thema’s waar haast elke gast mee afkomt: David Lynch, Joy Division, ABBA… ‘Memen’ heet dat: een besmettelijk informatiepatroon waarbij we onbewust samen dezelfde dingen goed vinden. Tijdens het voorbereidende gesprek met de gasten is dat het moment om hen te vragen even verder te denken. Dan komen de echt boeiende dingen naar boven.

Janssen: Het is de bedoeling bij LUX dat je aan de hand van de fragmenten de gast achteraf beter kent. Luc Tuymans heb ik niet gevraagd om zijn werken uit te leggen. Maar via de fragmenten die hij aanbrengt – tot het verzoek om een paaldanseres te laten optreden in de studio – wordt Tuymans TuymEns, begrijp je? En ga je zijn werk ook beter begrijpen. Via cultuur krijg je eigenlijk human interest.

Jullie hebben bij de nieuwe ‘LUX’ een opmerkelijke afsluiter: Jan Hoet geeft zijn mening over het voorafgaande gesprek.

Meuris: Laat me eerst iets zeggen over Labo de Lux, het onlinegedeelte van het programma. Zoals zovelen dacht ik vooraf: oh ja, dat moet er ook nog bij. Maar bij LUX zal dat vanaf nu een wezenlijk onderdeel van het programma vormen: we willen dat de mensen hun creativiteit met ons delen. Ik ben best trots op de manier waarop we het tv-programma in de website laten overlopen: met een cliffhanger in het betoog van Hoet. We hebben hem gekozen omdat hij altijd ongezouten zijn gedacht zegt. Als hij iets niet goed vindt, zegt hij het ook. Zo stelt hij na het gesprek met Jean Paul van Bendegem dat die bang is van de vagina en dan stopt het filmpje. Als je de uitleg wil, moet je naar onze website.

Hoet prijst sinds een tijdje keukens aan. Is dat voor jullie, toch beruchte anticommerciële jongens, geen verraad?

Janssen: Hugo Claus heeft dat toch ook gedaan? Zelf heb ik reclameopdrachten altijd geweigerd omdat ik er zo’n hekel aan heb. Alleen als heel goede vrienden aandringen, wil ik wel eens toegeven, zoals voor een plaat van Soulwax. Maar dan doe ik het wel met zo’n overdreven enthousiasme dat iedereen wel moet denken dat ik er een huis aan heb overgehouden. Ach, toen op een moment bijna iedereen, ook in mijn omgeving, reclamespotjes begon te doen, heb ik mij daar wel aan gestoord, maar nu niet meer. ‘Je hebt net gebouwd zeker?’, denk ik dan. Maar ik blijf reclame vervuiling vinden.

Meuris: En Jan Hoet kan zich nog altijd echt opwinden. Dat engagement vind ik zo mooi, daar weegt een reclamespotje niet tegenop.

Janssen: Als Jan Hoet achter jou een kamer binnenkomt, voel je dat. En al is het nog maar elf uur in de ochtend en komt hij net van de nierdialyse, hij vraagt meteen een dubbele whisky en rookt drie sigaretten tegen de snelheid van een stripfiguur. Rock-‘n-roll. Wie droomt er niet van om zo oud te worden? Neen, die man is oké.

Door Hans Van Goethem / Foto’s: Sigfrid Eggers

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content