TE KORT VAN ADEM. FOTOGRAFIE IS KUNST, MAAR DAT LIJKEN ZE BIJ HET FOTOMUSEUM NOG NIET HELEMAAL TE BEGRIJPEN.

FOTOMUSEUM

Waalse Kaai 47 in Antwerpen, tot 31 mei. tel. 03 242 93 00 en www.fotomuseum.be

Short Stories

Een nieuwe lente, een nieuw geluid en zo hebben ze het in het FotoMuseum duidelijk ook begrepen. De openingstentoonstelling Short Stories blijkt verrassend actueel en goed voor een streepje onvervalste kijkvreugde. Met Inez Van Lamsweerde, Olaf Breuning en Sam Taylor-Wood kan er weinig tegenvallen en de drie staan dan ook in voor de nodige punch. Qua fotografie zijn de jaren negentig eindelijk aangebroken maar helaas, daarmee is de kous niet af. Ondanks de frisse selectie uit het werk van een tiental deelnemers blijft de presentatie koeltjes, een euvel dat niet aan de sfeer in de nieuw opgetrokken vleugel ligt, maar aan een concept dat overtuigingskracht mist. Short Stories heeft wat last van een afgemeten visie: de foto’s worden te veel als uitingen van een bepaald soort fotografie en te weinig als kunst naar voor geschoven, wat moeilijk houdbaar is sinds beide categorieën nauwelijks nog van elkaar onderscheiden worden.

Het bindthema, verhalende aspecten in de hedendaagse fotografie, gaat uit van een verloop of een verhaal dat door de kijker moet worden geconstrueerd. Maar zo lukt het niet, want of we het nu willen of niet, kunst valt te appreciëren om wat het is en niet – echt niet – om wat het zou kunnen zijn. Zo is de Zwitser Breuning aanwezig met foto’s die voornamelijk te smaken zijn om hun smalende, grijnzende, beeldende kracht. Daar kun je je iets bij voorstellen, maar dat kan ook bij een roestige spijker of een omgevallen boom. Wat de foto’s wel hebben, is een geënsceneerd karakter. Short Stories mikt op de bestudeerde compositie die meer dan eens met de computer in elkaar getimmerd is. Voor de liefhebber van het snapshot kan het aanbod dan ook overladen en maniëristisch op de maag vallen. Maar als je het hedendaags wil houden (wat kennelijk de bedoeling was, ook al lijkt het alsof de tentoonstellingsmakers daar zelf nogal van geschrokken zijn), is er geen ontkomen aan: kunstenaars gebruiken de camera al jaren om de wildste combinaties uit te testen. De foto is in vele gevallen breder, theatraler en artificiëler geworden en dat komt door de klinische benadering niet echt goed tot uiting.

Een ander pijnpunt is dat men per se de verwantschap met de reclamefotografie wil tonen. Het idee is nochtans niet uit de lucht gegrepen en het levert mooie plaatjes op – zoals de reusachtige Dieselreclame met spitse verwijzingen naar de Tuin der Lusten van Bosch, de Laocoöngroep en andere toppers uit de kunstgeschiedenis – maar toch klopt er iets niet. Advertenties, hoe artistiek ook, zijn moeilijk verenigbaar met kunst. De twee disciplines dienen een heel ander doel en dat leidt bewust of onbewust tot storing op de zender. Check het maar: het mannelijke model in het midden van de Dieselreclame komt er maar beroerd af met zijn onelegante broeksriem en dat idiote vestje. En dat heb je nu eenmaal veel minder wanneer kunstenaars zich op het beeld kunnen concentreren zonder dat ze ook lange broeken aan de man moeten brengen.

Els Fiers

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content