ROBERT PATTINSON : ‘IK BEN GEEN KAMELEON’

Hoewel Twilight-ster Robert Pattinson in circusprent Water for Elephants alweer een getroebleerde romanticus speelt, valt de Britse acteur in het echte leven niet makkelijk in een hokje te plaatsen. Hoe verklaar je anders een gevarieerd gesprek over traumatiserende clowns, politieke ambities en de cinema van Claire Denis? ‘De oppervlakkigheid van het filmwereldje stuit me dikwijls tegen de borst.’

‘Robert Pattinson?’, slikte ik toen onze chef me de opdracht gaf om de Britse bink uit de Twilight-films aan de tand te voelen. Van een gesprek naar aanleiding van Break-ing Dawn, het tweede deel van de populaire vampierfranchise, herinnerde ik me dat de bleke kerel met de kenmerkende kin amper iets te vertellen had. Bovendien was het wel heel duidelijk dat hij zich ontzettend oncomfortabel voelde in zijn nieuwbakken rol van internationale superster.

Ook de reden van ons tweede gesprek stemde niet bepaald hoopvol. Op papier bevat bestsellerverfilming Water for Elephants alle ingrediënten voor een meeslepend drama: een jongeman verliest zijn ouders tijdens de Grote Depressie, voegt zich bij een circus en wordt verliefd op de betoverende echtgenote van zijn extreem explosieve baas.

Op het witte doek nekt de maniëristische videoclipmise-en-scène van Constanstine– en I Am Legend-filmer Francis Lawrence echter alle kansen op effectieve emoties. Dat zowel Pattinson als zijn tegenspelers – Walk the Line-Oscarwinnares Reese Witherspoon en Inglourious Basterds-schurk Christoph Waltz – onder de ergste vorm van typecasting lijden, werkt evenmin bevorderlijk.

Gelukkig verschilt de Pattinson die ik op een zonnige lenteochtend de hand schud in het Four Seasons Hotel in Beverly Hills dag en nacht van de bedeesde mompelaar die ik enkele jaren geleden ontmoette. Hij oogt stukken zelfverzekerder en deinst er wonderbaarlijk niet voor terug om zijn mening over uiteenlopende onderwerpen te ventileren.

‘Ik vond het net geen vanzelfsprekend project’, vuurt Pattinson terug als ik opmerk dat Water for Elephants bezwaarlijk baanbrekend kan worden genoemd. ‘Het heeft ons ettelijke maanden gekost om het scenario te finetunen. De balans moest perfect zijn. Anders verwerd mijn personage tot een onuitstaanbare etter die zomaar met andermans vrouw aan de haal probeert te gaan.’

‘Hoewel het huwelijk van Christophs en Reeses personages niet echt vlekkeloos verloopt, bestaan er zeker en vast problematischere relaties’, vervolgt hij. ‘Mijn personage wordt echter gek van de gedachte dat zo’n fantastische vrouw haar potentieel niet kan verwezenlijken. Op een bepaald moment zegt hij zelfs letterlijk dat het hem meer om haar vrijheid te doen is dan om zijn liefde voor haar. Zulke nuances maken voor mij een wereld van verschil.’

Vanwaar die voorliefde voor problematische liefdeshistories?

Robert Pattinson: Ik vertrouw altijd op mijn instinct – zowel op persoonlijk als op professioneel gebied. Ik lees stapels scenario’s en besef maar al te goed dat het merendeel niets voor mij is. In tegenstelling tot sommigen van mijn collega’s ben ik geen kameleon die alle soorten rollen aankan. Als ik een project aanvaard, ben ik er zeker van dat ik mijn personage overtuigend zal neerzetten.

Gold dat ook voor de verfilming van literatuurklassieker ‘Vanity Fair’ uit 2004, waarin je je filmdebuut maakte en ironisch genoeg de zoon van Reese speelde?

Pattinson: Dat was inderdaad mijn allereerste ervaring op een filmset. Ik was veeleer toevallig gecast en had totaal geen benul van wat me te wachten stond. Ik sloeg compleet door toen ik voor de studiodeuren stond. Gelukkig bleek Reese de meest beheerste vrouw ter wereld en stelde ze me onmiddellijk op mijn gemak. Ze kwam naar mijn trailer, vroeg om samen de dialogen door te nemen en praatte heel relaxed over onze scènes. Eerlijk gezegd maakte haar kalmte me des te zenuwachtiger. Ik had nooit gedacht dat een glamoureuze superster zo normaal zou overkomen. (Lacht)

Was het vreemd om haar terug te zien?

Pattinson: We zijn elkaar nooit echt uit het oog verloren. Wat wil je? Reese is een van de warmste mensen die ik ooit heb ontmoet. Haar positieve uitstraling is honderd procent oprecht. Dat ongeforceerde verklaart haar aanhoudende succes bij het bioscooppubliek.

Riep ‘Water for Elephants’ herinneringen op aan je eerste circusbezoek?

Pattinson: Dat zal ik nooit vergeten. Ik was een jaar of vijf toen ik met mijn moeder naar Zippo’s Circus in Londen ging. In mijn kinderogen ging het er in die grote tent ontzettend bont toe. Toen het kleine wagentje van de clown ontplofte, liep het spektakel helemaal uit de hand. De deur van het voertuig vloog in het publiek en de clown brak zijn been!

Reden genoeg om nooit nog een circustent te betreden.

Pattinson: Zo dacht ik er ook jarenlang over. Mijn oudere – uiterst gemene – zus had me wijsgemaakt dat de clown tijdens het incident de geest had gegeven. Zoiets gruwelijks wilde ik nooit nog aanschouwen. Je had mijn gezicht moeten zien toen mijn ouders me jaren later vertelden hoe de vork echt in de steel zat. (Lacht)

Voel je je als acteur deel van een moderne variant op de circuswereld?

Pattinson: Het valt niet te ontkennen dat film en circus gelijkaardige trucs hanteren om het publiek zijn dagelijkse zorgen te doen vergeten. Toch gaat de vergelijking niet volledig op. Als je je dag in dag uit op een filmset bevindt, is de magie van de cinema snel verdwenen. De meeste shoots verlopen ongelooflijk mechanisch. Al die klassiekers waarin filmopnames als toverachtige taferelen worden voorgesteld, zijn je reinste onzin. Pas als alle shots, tegenshots, speciale effecten, enzovoort op elkaar zijn afgestemd, kom je – af en toe – tot een sprookjesachtig resultaat. De magie van het circus is veel directer. De toeschouwer kan de naden van het schouwspel amper bespeuren.

Je personage uit ‘Water for Elephants’ ziet zich genoodzaakt zijn universitaire carrière vroegtijdig af te breken. Had je zelf ooit studieplannen?

Pattinson: Ooit droomde ik van een carrière in de politiek. Vandaar dat ik na de middelbare school Internationale Betrekkingen en Diplomatie wilde gaan studeren. (Buldert het uit) Waarschijnlijk klink ik nu als een verschrikkelijke blaaskaak! Ik zie de kop al voor me: ‘Robert Pattinson en zijn politieke ambities.’

Het getuigt van meer diepgang dan het gros van je collega-acteurs.

Pattinson: (Zucht) Dat kan ik me inbeelden. De oppervlakkigheid van het filmwereldje stuit me dikwijls tegen de borst. Eventjes terug naar de politiek: ik zou de verantwoordelijkheden van zo’n job nooit ofte nimmer aankunnen. Misschien moet ik mikken op het leiderschap van een kleine dictatuur. (Lacht)

Een van de belangrijkste rollen uit ‘Water for Elephants’ wordt gespeeld door Tai, een levensechte olifant. Viel het mee om met haar samen te werken?

Pattinson: De dag dat ik haar ontmoette, zal ik nooit vergeten. Ik sloeg een hoek om en stond plots oog in oog met een van de betoverendste wezens ter wereld. Dat ze enkele seconden later een handstand deed, maakte de situatie des te overweldigender. We konden het meteen met elkaar vinden. Diezelfde dag nog speelden we een eerste partijtje vangbal. Tijdens de shoot amuseerden we ons te pletter. En zelfs nu – maanden na de opnames – hangen we nog regelmatig samen rond.

Moet je tijdens je vrije tijd geen menselijke contacten onderhouden?

Pattinson: Niemand lijkt te beseffen hoe eenzaam mijn bestaan is. Als ik een paar dagen vrijaf heb, word ik keihard geconfronteerd met mijn isolement. Mijn vrienden zijn geleidelijk aan gestopt met bellen en sms’en. Waarom zouden ze ook? Ik ben bijna altijd aan het werk. Als ik hen dan eens probeer te contacteren, hebben zij het meestal te druk om af te spreken. Gelukkig ken ik hier in Los Angeles genoeg bars en restaurants waar ik kan rondlummelen zonder dat ik te veel word lastiggevallen. Het overgrote deel van mijn vrije tijd vul ik echter met het bekijken van films. Ik dreig een rasechte cinefiel te worden.

Aan wat voor films geef je de voorkeur?

Pattinson: Ik probeer zoveel mogelijk bioscoopreleases mee te pikken. Daarnaast ben ik een rabiate ‘video on demand’-liefhebber. Ik kan urenlang rondsnuffelen in de gigantische catalogi van de verschillende onlinefilmdiensten. Op die manier ontdekte ik onlangs het indrukwekkende White Material van de Franse regisseuse Claire Denis.

Wat vond je zo opmerkelijk aan die film?

Pattinson: Het doet deugd om te merken dat er nog steeds cineasten zijn die met de zevende kunst experimenteren. De films van Denis bekijk je niet, je ervaart ze. Ze hebben een ongelooflijk viscerale uitwerking. Als iemand me vraagt waarover White Material gaat, moet ik hem het antwoord schuldig blijven. De enige manier om dat degelijk uit te leggen, is hen de film tonen.

Tot slot: wat is er in hemelsnaam gebeurd met de door en door verlegen Robert Pattinson die ik enkele jaren terug trachtte te interviewen?

Pattinson: (Lacht) Wat moet ik vroeger toch een vervelend ventje geweest zijn! Niet alleen journalisten, maar ook vrienden en kennissen vertellen me dat ik tijdens het begin van de Twilight-hype uiterst ellendig leek. Het heeft me flink wat tijd en moeite gekost om met mijn succes te leren omgaan. Vroeger zette ik het onmiddellijk op een lopen als fans me benaderden – wat had ik hen te vertellen? Nu besef ik dat ik hen een ongelooflijk plezier doe door een praatje te slaan, een handtekening te zetten of samen op de foto te gaan.

WATER FOR ELEPHANTS

Vanaf 4/5 in de bioscoop.

DOOR STEVEN TUFFIN

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content