1938

Uitgever André Dupuis begint met een wekelijks stripblad voor de jeugd dat hij in het Frans Spirou en in het Nederlands Robbedoes doopt. Tekenaar Rob-Vel gebruikt een piccolo als mascotte voor het blad. Al snel ontmoet Robbedoes de eekhoorn Spip. Samen met het weekblad Kuifje maakt Robbedoes de Belgische strip na WO II legendarisch.

1943

Het personage is ondertussen aangekocht door de uitgever en een nieuwe tekenaar voor de strip treedt aan: Jijé, een van de sterkhouders van het blad Spirou. Jijé voegt reporter Kwabbernoot toe aan de cast.

1948

Jijé geeft het estafettestokje door aan zijn leerling André Franquin. Die maakt van Robbedoes een van de hoogtepunten van de Belgische stripgeschiedenis. Hij bedenkt de graaf van Rommelgem en natuurlijk de marsupilami, het denkbeeldige dier met lange staart dat later een eigen strip en een animatiereeks zou krijgen.

1969

Franquin wordt opgeslorpt door het succes van zijn eigen Guust Flater en is Robbedoes na twintig albums beu. Hij geeft de serie door aan Jean-Claude Fournier, die negen albums lang de tijdsgeest en maatschappelijke kwesties in de serie laat doorsijpelen. De marsupilami houdt Franquin voor zichzelf.

1982

Fournier vertraagt en Dupuis wil niet wachten, zodat er op een bepaald moment drie nieuwe Robbedoezen tegelijk in de maak zijn. Van Nic & Cauvin verschijnen drie verwaarloosbare albums. De mythische tekenaar Yves Chaland moet zijn versie van Robbedoes midden in het verhaal stopzetten omdat vanaf dan enkel Tome en Janry Robbedoes mogen tekenen. Een nieuwe bloeiperiode.

1987

Tome en Janry lanceren naast de hoofdserie De kleine Robbe, waarin ze Robbedoes als een ondeugende bengel opvoeren. Deze lichtvoetige nevenserie wordt al snel populairder dan Robbedoes zelf.

2004

Na veertien albums en een radicale stijlbreuk ( Als in een droom, 1998) zitten Tome en Janry vast met Robbedoes. Pas zes jaar nadien verschijnt het eerste album van een nieuwe tandem: Morvan en Munuera. Voor het eerst krijgt de serie te kampen met een dalende verkoop, waardoor het team na vier jaar en evenveel albums alweer buiten- vliegt.

2005

Het weekblad Robbedoes houdt ermee op, maar de Franstalige versie Spirou houdt vol. Het is ondertussen een van de laatste overlevende stripbladen.

2006

In een nieuwe nevenreeks, Een verhaal van Robbedoes en Kwabbernoot door. .. mogen diverse auteurs één album lang hun gang gaan met de klassieke personages. Dat leidt tot leuke adaptaties van onder meer Emile Bravo, die in Angou-lême een albumprijs wegkaapt voor zijn politieke herlezing in Dagboek van een fantast.

2010

In september moet het 51e album van de hoofdreeks verschijnen, van – alweer een nieuw team – Yoann en Vehlmann. Zo nieuw zijn die echter ook niet: ze maakten al het eerste album van Een verhaal van Robbedoes en Kwabbernoot door…

(G.M.)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content