Vlaams auteur Erwin Mortier is te gast in ‘Het Uur van de Wolf’, het oerdegelijke culturele magazine op Nederland 3. (vrijdag 19/3 – 21.05) DOOR GUNTER VAN ASSCHE

1 Je werd vier jaar geleden al ‘ns gevolgd door ‘Het Uur van de Wolf’. Is er veel veranderd sindsdien?

Er is ontzettend veel gebeurd in de eerste maanden na die opnames. Ik herinner me dat ik tijdens de uitzending hardop hoopte ooit van mijn pen te kunnen leven. In 2000 werkte ik namelijk ook nog in een psychiatrische instelling. Luttele maanden nadien werd mijn debuut Marcel een succes, ook in het buitenland. Sindsdien kan ik het voltijds als auteur rooien.

2 Je boeken vielen vaak in de prijzen en werden voor enkele landen vertaald. Hoe gaat een schuchtere jongen om met zo’n belangstelling?

( lacht) Ik ben minder schuchter dan sommige mensen denken. Belangstelling is voor mij allemaal een kwestie van doseren: eerlijk gezegd had ik gemakkelijk kunnen teren op het succes van mijn debuut, en aan de lopende band lezingen gaan geven. Maar ik ging heel selectief om met die aanvragen. Als schrijver is het namelijk belangrijker om, welja, te schrijven.

3 ‘Ik ga voluit schrijven, alle remmen los’, zou je nieuwe credo luiden.

Heb ik het ooit zo wild euforisch gesteld? Wat ik wellicht bedoelde, is dat ik niet meer zal schrijven vanuit het standpunt van een kind, zoals dat ervoor telkens het geval was. Maar van een volkomen stijlbreuk is geen sprake.

4 Literaire tv-programma’s zouden geen leven beschoren zijn in Vlaanderen. Ben je het daarmee eens?

Ik zou al heel gelukkig zijn mocht er op de Vlaamse tv ooit een goed cultureel programma komen. Het is spijtig dat de openbare omroep zomaar een belangrijke verantwoordelijkheid laat liggen. Om te vergelijken: ik las net dat Nederland 3 één uur lang een gesprek met Hella Haasse uitzendt. Dat zou hier niet kunnen. Nogal wat mensen krijgen een zenuwtoeval als ze de term literatuur op tv horen. Als we die term dus wat vaker laten vallen, zijn we gelijk van hen af. ( grinnikt)

5 Je gaat binnenkort de hort op met Adriaan Van Dis en Bart Moeyaert. Wat gaan jullie doen?

Ik wacht eigenlijk zelf nog op een bericht waarin me alles wordt uitgelegd. Waarschijnlijk brengen we om beurt fragmenten uit eigen werk. We zijn niet uit eigen initiatief tezamen gekomen, maar ik kijk er wel naar uit.

6 Van Dis staat bekend voor zijn sterke profileringsdrang. Wordt zo’n performance geen onderlinge competitie?

Dat zou best spannend zijn! Ik heb wel mijn bedenkingen bij het concept. Onze stijlen hebben veel gemeen, en we zijn aan mekaar gewaagd – alsof je drie schilders met exact hetzelfde palet bijeen-brengt. Misschien zou het inderdaad interessanter zijn om een aantal schrijvers samen te brengen die een geheel andere stijl beheersen.

7 Een Pieter Aspe? Misdaadauteurs doen het trouwens goed op tv. Lijkt je dat niets?

Ik sta daar erg weigerachtig tegenover, uit vrees misnoegd te worden over het eindresultaat. Ik heb trouwens mijn buik vol van de zoveelste misdaadserie op tv: ik ben ervan overtuigd dat één blik op onze televisie volstaat om een buitenlander wijs te maken dat we in een politiestaat leven. Eigentijdse intelligente series zijn erg dun bezaaid, zelfs op de meerwaardezender met zijn zogezegde ‘betere detectives’!

8 Kijk je deze week naar de uitreiking van De Gouden Uil op Canvas?

Ik denk niet dat ik thuis ben. En ik zit er ook niet zo op te wachten. Uiteindelijk is zo’n uitreiking een consensus van vijf man; in feite moet je van jezélf al weten of je een goed schrijver bent. Mijn prognose? Volgens mij wint Hafid Bouazza. Ik zou anders graag Arnon Grunberg zien winnen. Asielzoeker is echt knap.

9 Je partner, radiomaker Lieven Vandenhaute, zou een personage zijn in ‘Het Hijgend Hert’ van jullie persoonlijke vriend Gerard Reve.

Lieven werd in dat boek opgevoerd als ‘de Jongen met de Schrammen op zijn Schouders’, maar vraag me niet waarom. Gerard heeft nooit een echte reden opgegeven. Het zou met Gerard natuurlijk best wel kunnen dat er enige ironie achter schuilt.

10 Je was de enige Vlaming op de longlist voor de AKO-literatuurprijs. Een teken aan de wand?

Welnee, ik denk dat het goed gaat met de Vlaamse literatuur. De respons die ik krijg in Nederland blijft me verbazen – ik mocht er direct met de grote jongens meedoen. In Vlaanderen wacht men liever af. Pas toen ik in The Guardian een lovende recensie had gekregen, durfde iedereen me openlijk te feliciteren voor Marcel. Je moet eerst potten breken in het buitenland, voor je hier goed bevonden wordt. l

Gunter Van Assche

Je moet eerst potten breken in het buitenland,voor je hier goed bevonden wordt.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content