Vijf jaar na zijn succesvolle ‘Elizabeth’ keert de Indiase cineast Shekhar Kapur terug op het voorplan met een nieuwe verfilming van het oorlogsdrama ‘The Four Feathers’. Maar, zo waarschuwt hij, je mag de film vooral niet letterlijk nemen.

‘THE FOUR FEATHERS’

vanaf 11/12 in de bioscoop

Toen Shekhar Kapur als jonge Indiër in Londen aankwam, stelde hij tot zijn grote (en bijzonder aangename) verrassing vast dat hij veel succes oogstte bij de dames. Die vonden niet alleen zijn Indiaas accent onweerstaanbaar, ze vielen allemaal in zwijm voor zijn ‘diepe ideeën’ en zijn mystieke oosterse wijsheid. Zelf stelt Kapur dat hij op dat moment totaal niet bezig was met filosofie en de hoge sferen des levens en dat hij er met plezier een schepje bovenop deed om de dames in kwestie tussen de lakens te krijgen (een idee dat overigens het uitgangspunt werd van The Guru, een film die hij onlangs produceerde). Maar als je de man ontmoet en hem een half uurtje aan het woord laat, kan je niet anders dan onder de indruk komen. Hij praat met de zachte en minzame stem van iemand die weet waarover hij het heeft. Kapur is ook lang niet meer aan zijn proefstuk toe. Na zijn studies in Engeland keerde hij naar India terug om acteur te worden. Hij verzeilde al snel achter de camera en scoorde eerst een paar hits in Bollywood, het kitscherige Mekka van de Indische filmindustrie. Maar hij wou meer dan enkel commercieel succes en dat maakte hij duidelijk met het controversiële Bandit Queen, het waar gebeurde verhaal van een vrouw die aan het kastensysteem ontsnapt en rebellenleider wordt. Bandit Queen veroorzaakte een storm van protest vanwege de officiële instanties, maar zorgde er ook voor dat Kapur internationaal werd opgemerkt. Die aandacht leidde vijf jaar geleden tot Elizabeth, een ambitieuze en sterke historische thriller rond de machtigste vorstin die Engeland ooit heeft gekend. Met The Four Feathers snijdt Kapur opnieuw een episode uit de Engelse geschiedenis aan, namelijk de koloniale oorlogen in Afrika en het Midden-Oosten die aan zoveel jonge Britten het leven hebben gekost. Het is niet de eerste keer dat de gelijknamige klassieke pulproman van A.E.W. Mason op het scherm wordt gebracht, maar Kapur stond erop om eens en voor altijd komaf te maken met de dubieuze hoerastemming in de vorige versies. Hij laat er geen twijfel over bestaan dat het Britse Rijk haar ondergang voornamelijk te wijten heeft aan haar eigen arrogantie en meerwaardigheidscomplex. En de gelijkenissen met de actuele wereldpolitiek zijn geen toeval.

De geschiedenis wordt nu al duizenden jaren gemaakt door mannen, maar we zijn blijkbaar niet in staat om lessen te trekken uit vroegere fouten. Waarom hebben mannen het zo moeilijk om bij te leren?

Shekhar Kapur: Dat is een goeie vraag. Laat me hem toepassen op de film en zo een antwoord proberen te formuleren. The Four Feathers mag dan een episch verhaal zijn met actie en veldslagen, in de grond gaat de film over de innerlijke reis die een mens moet maken om te ontdekken wie hij is. Hoe ga je van onvolwassenheid en naïviteit naar wijsheid en rijpheid? Wat is wijsheid? In mijn ogen mag je niet bang zijn om de controle te verliezen om wijsheid te vergaren. Daarom begint deze film met structuur en controle, vertegenwoordigd door het Britse Rijk, en gaat het vandaar naar dat ene moment in het leven van het hoofdpersonage, Harry, waar hij de moed had om toe te geven dat hij bang is om ten oorlog te trekken. Ik noem dat moed, niet lafheid, want op dat moment geeft hij toe dat hij geen man is. Jezelf zo blootgeven, is essentieel vrouwelijk. Om je als een onwrikbare rots op te sluiten in je binnenste is typisch mannelijk. Wat Harry doet door uitdrukking te geven aan zijn angst, is de controle afgooien. De rest van de film gaat dus over chaos, terechtkomen in het Onbekende, wat Harry letterlijk doet. Daar ontmoet hij al zijn persoonlijke demonen.

Zijn het demonen die u zelf herkent?

Kapur: Absoluut. Die gevangenis, met zijn onmenselijke levensomstandigheden, staat voor mijn eigen claustrofobie. Ik vroeg aan mijn decorontwerper om de diepste en donkerste krochten van mijn geest te verkennen en te vinden waar ik echt bang voor ben. Dat Harry net op die plaats sterft en herrijst, is zeker geen toeval.

Het laatste gevecht dat Harry uit zijn lijf moet persen, ziet er vreemd uit. Wat had u daar voor ogen?

Kapur: Eigenlijk had ik het in water willen doen, omdat het de uiteindelijke overgang voorstelt van onwrikbare mannelijkheid naar flexibele vrouwelijkheid, van rots naar water. Maar vind maar eens water in een woestijn! (lachje) Daarom heb ik de duinen genomen als vervangmiddel. Duinen hebben ook dat golvende, als een vrouwelijk lichaam. En Harry valt constant, waardoor het lijkt alsof hij rondspat in een zee. In dat water rekent hij af met zijn laatste demon, om uiteindelijk zelf zoals water te worden. Op het eind van het gevecht schreeuwt hij het uit. Maar die kracht zullen veel mannen nooit vinden omdat wij door de band veel te veel gêne hebben om de vrouwelijke kant van het leven te aanvaarden.

Oké, maar aan de andere kant wordt Harry ook sterker door ten oorlog te trekken en slachtoffers te maken.

Kapur: Je moet The Four Feath- ers zien als een mythe en in dat soort vertellingen is oorlog een weergave van een innerlijk conflict. Ik ben opgegroeid met de hindoefilosofie. Ons grootste boek van wijsheid is de Mahabaratha, en dat gaat over een enorm bloederige oorlog. Daarin wordt aan de lopende band gemoord, maar het is telkens het Goed dat het wint van het Kwaad. Doden maakt deel uit van het conflict, en dat conflict staat voor de innerlijke strijd die elk van ons voert.

Welke rol speelt de figuur van Abou, de zwarte man die Harry helpt en raad geeft? Hij zegt letterlijk dat je pas een echte man wordt door te doden.

Kapur: Voor mij is Abou de traditionele mythische engel, die uit het niets verschijnt om Harry een handje te helpen bij zijn innerlijke trektocht en de strijd tegen zijn demonen. Maar net als alle engelen is hij niet perfect. Perfectie is een leugen. Daarom heb ik Djimon Honsou gekozen voor de rol. Hij ziet er perfect uit en straalt een enorme waardigheid uit. Maar tegelijk heb ik ervoor gezorgd dat die figuur een beetje menselijkheid in zich droeg, om duidelijk te maken dat de twee wel degelijk gemengd kunnen worden.

Abou leert Harry uiteindelijk ook op een andere manier denken. Een boodschap voor ons allemaal?

Kapur: Dat is de andere functie van dat personage. Via hem wou ik het ook hebben over de verschillen tussen de filosofie van het Westen en die van het Oosten. Harry heeft het de hele tijd over wat hij wil en zal doen. Ik zal mijn vrienden vinden! Het is de Wil die dicteert wat er zal gebeuren. Dat is typisch westers. In de oosterse filosofie wordt de toekomst gedicteerd door het Lot en door God. Het conflict tussen die twee denkwijzen wou ik ook in de verf zetten.

In de wereld van vandaag kan je letterlijk van een conflict spreken. Ik kan me niet voorstellen dat u dat voorzien had.

Kapur: Natuurlijk niet. De thema’s die ik wou aankaarten, waren Harry’s innerlijke strijd en de botsing tussen de oosterse en westerse wijsbegeerte. Maar elke keer als ik de film toon aan een westers en zeker een Amerikaans publiek krijg ik dezelfde reactie. Zij zien The Four Feathers als een metafoor voor de strijd tussen de islam en het christendom. Het Arabische leger dat het Britse legioen overspoelt, verbeeldt voor hen hun angst dat de Arabische wereld de macht zal overnemen. In hun ogen gaat het over 11 september en speelt het verhaal zich af in de Soedan omdat die streek zo goed lijkt op Afghanistan en Irak. Het enige wat ik daarop kan zeggen is: de geschiedenis herhaalt zich. Nu zegt iedereen dat die Arabische soldaten op Talibanstrijders lijken, maar toen we de film draaiden, kreeg ik vooral de opmerking dat Harry zo opvallend veel op Christus leek. (lacht) Daar zag ik geen graten in omdat Christus net een heel vrouwelijke figuur was, en dat is een eigenschap die Heath Ledger in de loop van de film overneemt.

U heeft nu zowel in Hollywood als Bollywood gewerkt. Wat is het grootste verschil?

Kapur: In Bollywood is alles onafhankelijk. Je zou ervan versteld staan hoe we daar films maken. Ik heb elke dag ideeën voor films en die leg ik altijd eerst aan mijn vrienden voor. Meestal zeggen die dan: ‘Shekhar mijn jongen, dat slaat nergens op.’ (lacht) Maar nu en dan is er een idee dat hen ook wel zint, en maken we die film. Ik neem één dag om alles op papier te zetten, nooit meer. Daarna bel ik een populaire acteur op en leg ik hem dat idee voor. Als hij ja zegt, verschijnt er de volgende dag een grote advertentie in de kranten om te zeggen dat er een nieuwe film van X gemaakt zal worden met Y in de hoofdrol, en dat de opnames over tien dagen zullen beginnen. Op dat moment is er dus nog geen script. Op basis van die advertentie krijgen we telefoontjes van mensen die het idee interessant vinden en de film willen kopen. We onderhandelen over het bedrag dat ze willen neertellen, ik ga naar de bank om bijkomende fondsen te verzamelen met mijn huis als onderpand, en dan beginnen we te draaien. Het eerste wat we filmen, zijn al de grote actie- en dansscènes. Die tonen we vervolgens aan distributeurs, waardoor er weer meer geld vrijkomt. Het is een omslachtige en krankzinnige methode, maar de film blijft wel altijd jouw eigen bezit. Hollywood werkt heel anders. Daar stopt iemand je een script in handen, de studio zorgt voor het geld en houdt de rechten. Alles is er tot in de puntjes gecontroleerd. Een film draaien in Bollywood is als shoppen in een bazaar. Je kan er kiezen uit duizenden producten, je onderhandelt over de prijs van elk item, je loopt er tussen de verschillende geuren en geluiden. Aan het eind van de dag kom je terug naar huis met een hele mand vol dingen waarvan je niet goed weet wat ze zijn en hoe ze bij elkaar gaan passen. Een film draaien in Hollywood is als shoppen in een supermarkt. Alles staat netjes gerangschikt met de juiste prijs erop en een opsomming van de ingrediënten.

En wat ligt u het best?

Kapur: Het ideaal ligt ergens tussenin, denk ik. De chaos van Bollywood werkt heel provocerend. Je balanceert constant op het randje van de paniek, wat je creativiteit onge- looflijk stimuleert. Maar zonder enige organisatie en discipline kan je ook geen kunstwerk creëren dat een publiek kan begrijpen. Beide werelden hebben dus hun voor- en nadelen. De kunst is om de juiste balans te vinden, en dat is niet altijd even gemakkelijk.

U bent bezig met een film over Nelson Mandela, ‘Long Walk to Freedom’. Hoe staat het daarmee?

Kapur: Het gaat heel traag. Het is ook nogal arrogant van mij om te beweren dat ik alles over Nelson Mandela in tweeënhalf uur kan samenvatten. Je moet eerst bepalen wat je precies wil zeggen, maar het probleem is dat je altijd bepaalde dingen moet laten vallen. En met een leven zo complex als het zijne valt dat niet mee. Al moet ik zeggen dat het beetje bij beetje toch de goeie richting uitgaat. Ik pas dezelfde strategie toe als bij Elizabeth. Ik probeer uit te maken wat de emotionele kern is van wat ik wil vertellen. Als je die vindt, raak je automatisch ook alle intellectuele en politieke aspecten van zijn leven aan.

En wat is die emotionele kernvraag in Mandela’s geval?

Kapur: Welke prijs een mens moet betalen om God te zijn. Mensen zoals hij worden door ons tot God verheven, en daar moeten ze een zware tol voor betalen. Elke relatie die ze hebben, lijdt eronder. Ze moeten hun rol opofferen als echtgenoot, als zoon, als vader, als vriend, als minnaar. Wij maken een God van hen en dus moeten ze zich ook zo gedragen. De eisen die aan zo iemand gesteld worden, zijn onmenselijk. We willen niet dat zo iemand oud wordt. Hij moet eeuwig jong en perfect blijven. Dat is de film.

Door Ruben Nollet

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content