Twee kleine pionnetjes met een heel vervelend geweten, noemen ze zichzelf. Met SpielZeit, een modern gewetensonderzoek, spelen Kaat Haest en Kim Hertogs – die laatste kent u misschien als het nieuwe gezicht van Zone Stad – hun kanskaart uit.

‘Je moet de spelregels maar eens deugdelijk lezen. Je verliest als de liquidatie van je bezittingen de afbetaling van je hypotheek niet meer dekt. Je wint als er niemand anders meer overblijft om jouw monopolie te contesteren.’

Hotel is precies hetzelfde verhaal. Waikiki en Boemerang vonden we schone gebouwen als kind, maar het doel van het spel was wel om de andere spelers failliet te laten gaan door ze zo lang in jouw hotel te laten verblijven dat ze hun rekeningen niet meer kunnen betalen. Levensweg: idem. Het enige criterium om je succes in het leven aan af te meten is je salaris.’

‘Het is ergens ook een metafoor voor de wereld: iedereen plooit zich naar de spelregels die anderen bedacht hebben. Voor een alternatieve weg is er geen ruimte.’

‘Meer nog: wie besluit het spel anders te spelen, is een valsspeler.’

‘Uiteindelijk zijn we allemaal maar kleine pionnetjes in het spel van het leven. En de opperpion, dat is de economie. Nee, als je de regels er goed op naleest, is Monopoly kapitalistische indoctrinatie van onze jeugd.’

‘Zuivere kapitalistische indoctrinatie.’

Tot u spreken vreemd genoeg niet de leden van het Revolutionair Aktiekomitee voor het Marxisties Teater, maar wel Kim Hertogs en Kaat Haest, twee jonge actrices en theatermakers. Het moet gezegd: ze doen het met het nodige gevoel voor overstatement, maar ergens lijken ze het ook wel te menen. De economie bepaalt de spelregels en niemand die zich ertegen verzet: het is min of meer het opzet van SpielZeit, een soortement gewetensonderzoek voor de moderne mens. In De Brakke Grond in Amsterdam leggen ze de laatste hand aan de voorstelling voor ze er in première gaat – om daarna op tour te gaan door ons land.

Bij wijze van introductie: googel de naam ‘Kaat Haest’ en u leert dat ze van Hoogstraten komt, twee jaar geleden is afgestudeerd aan de afdeling Woordkunst van het Koninklijk Conservatorium Antwerpen en met De Tijd een voorstelling heeft gemaakt over schaamte, gebaseerd op verzamelde getuigenissen, getiteld Schaamte.be. Googel de naam ‘Kim Hertogs’ en de zoekrobot suggereert u – we verzinnen het niet – om ‘hot’ eraan toe te voegen. Met dank aan een lingeriescène in LouisLouise en Duts en een shoot in P-Magazine – het internet vergeet niet – ligt Hertogs goed in de markt bij het Mokkels.nl-volkje, maar voor u ‘ah, dat type’ denkt: Hertogs, gediplomeerd communicatiewetenschapper en in 2008 afgestudeerd aan de Toneelacademie van Maastricht, is in de eerste plaats actrice. U kunt haar kennen van rollen in Code 37 en De vijfhoek; recentelijk nog verving ze Lien Van de Kelder in Zone Stad.

De twee werden na hun studies toevalligerwijs buurvrouwen in Antwerpen – ‘We konden bij elkaar binnen kijken. Dat schept een band’ – en merkten dat ze alle twee een theatervoorstelling hadden gemaakt over verzetsheldinnen, Haest over de Nederlandse sociaal geëngageerde dichteres Sonja Prins; Hertogs baseerde Op zoek naar Milena op de correspondentie tussen de Tsjechische journaliste Milena Jesenská en haar Schatzi Franz Kafka. ‘Vorige zomer ontdekten we dat Prins en Jesenská in hetzelfde concentratiekamp hebben gezeten’, zegt Haest. ‘Op de een of andere manier was dat de aanleiding om na te denken hoe je als mens vandaag de dag nog iets goed kunt doen. We wilden kijken hoe je nú een goed mens kunt zijn.’

KIM HERTOGS: Moesten zij nog leven, dan zouden ze ook zeggen: ‘Vooruit met de geit. Stop met in het verleden te blijven graven en zoek uit waar het nu over gaat.’ Daar ben ik zeker van.

KAAT HAEST: Zeker dat ze letterlijk ‘vooruit met de geit’ zouden gebruiken?

HERTOGS: Absoluut. Vroeger spraken mensen met dat soort uitdrukkingen. (lacht)

HAEST: Nu, de rest klopt wel. De wereld van nu snappen: dat was het opzet.

Klinkt behoorlijk ambitieus.

HAEST: Het is begonnen met de vaststelling dat het zware tijden zijn voor ons geweten als je ethisch góéd wilt leven. Neem iets simpels als naar de supermarkt gaan. Je staat voor al die rekken, wat koop je? Bio, eco of fair trade? Een fles rode wijn die een eerlijke prijs geeft aan de wijnboeren in Chili of een fles die niet met het vliegtuig naar hier is gevlogen? Kies je tomaten die gezond zijn voor jezelf of tomaten die goed zijn voor het milieu? Als je het goede wilt doen, vereist snel wat eten gaan kopen flink wat research.

HERTOGS: En dat heb je op alle vlakken. Wij zijn niet alleen als gekken met voeding bezig: als het over gezondheidszorg, onderwijs of milieu gaat, heb je precies hetzelfde.

HAEST: Als je pakweg beslist om vegetariër te worden, bespaar je elke dag duizenden liters water. Maar hoe ver moet je daar dan in gaan? Als je daarin consequent bent, en je ecologische voetafdruk zo klein mogelijk probeert te houden, wil dat dan ook zeggen dat je niet meer met het vliegtuig op reis mag?

HERTOGS: Mag je dan leren schoenen kopen? En zit er ook geen beendermeel in gelatine – en bijgevolg in bijna elk snoepje? Moet je dat dan ook laten?

HAEST: En dan heb je nog de vraag of het allemaal een verschil maakt of gewoon een manier is om je geweten te sussen. Ik bedoel: je kunt je geld wel beleggen in een groen fonds, maar als dat dan achter je rug gebruikt wordt om in een louche Chinees bouwbedrijf te investeren, heeft dat geen wezenlijk verschil gemaakt – behalve voor je geweten.

HERTOGS: Je merkt: we stellen onszelf veel vragen.

Het is maar een suggestie, maar je kunt ook gewoon de goedkoopste tomaten kopen. Zoals de rest van de karretjesduwers in de Colruyt.

HERTOGS: Dat is wat de meeste mensen doen. Zich niks aantrekken van al die vragen en gewoon verder leven. Ik snap dat wel. Ik ben zelf vorig jaar óók twee keer naar India gevlogen – en één keer naar New York. Het is niet dat ik me laat verlammen door al die vragen, maar dat wil niet zeggen dat je het moet opgeven om goed te leven – of dat op zijn minst niet kunt proberen. Dat je-m’en-foutisme, daar willen we net tegen in opstand komen. Dat is een strategie om in het leven te staan, maar ik kan het niet. Ik worstel liever met mijn geweten dan dat ik het wegcijfer.

Het heeft ook te maken met het gevoel dat er een systeem achter zit – zo’n opperpion waar we het in het begin over hadden. Veel van die dingen waar we het over hebben, worden uiteindelijk bepaald door iets als economie. Zonder dat iemand zich daar nog vragen bij stelt. ‘Het is nu eenmaal zo’, dat is de redenering.

HAEST: De drang naar winst heeft het overgenomen, in plaats van dat er ethisch over wordt nagedacht. Hoe het onderwijs in elkaar zit, bijvoorbeeld, gaat niet over mensen leren hoe ze in het leven kunnen staan. Neen, het doel is werknemers afleveren die meteen inzetbaar zijn op de arbeidsmarkt.

Ik zag dat jullie een indrukwekkende stapel literatuur met jullie hebben meegezeuld naar Amsterdam. Een kleine meter boeken van namen als Martha Nussbaum, Jonathan Safran Foer, Paul Verhaeghe of Joris Luyendijk: geen van de grote intellectuelen van deze tijd ontbreekt.

HAEST: De research is een beetje uit de hand gelopen. (lacht)

HERTOGS: Het is nogal ambitieus, maar het opzet van SpielZeit was de wereld te snappen. Dan heb je de hulp van anderen nodig. Het heeft ook met bewondering te maken. In een wereld die zo complex is, kijk ik enorm op naar de mensen die er net iets meer van snappen dan ik. Als Luyendijk van op zijn blog voor The Guardian bericht vanuit het hart van de financiële wereld in Londen en haarfijn laat zien hoe volstrekt gewetenloos die sector is, vallen de kleppen van mijn ogen. Bij Identiteit van Paul Verhaeghe had ik dat ook. Hij laat zien hoe onze identiteit mee evolueert met de wereld waarin we leven: ik vond dat fascinerend. Hoe het neoliberalisme, zoals hij het noemt, ook van ons als mensen egoïstische individuen heeft gemaakt, die met elkaar concurreren. Hoe we geen ei meer gaan vragen aan de buren en geen grasmachine meer delen, hoewel dat perfect zou kunnen. Ik merk dat ook bij het maken van deze voorstelling. Wij hebben geen subsidies gekregen – ondanks een dubbel positief advies van de commissie, dat wil ik toch nog even meegeven – wat maakt dat er een heleboel mensen ons bijna gratis uit de nood helpen. Wel, ik heb het daar moeilijk mee. Als ik ze beter zou kunnen betalen, zou mijn geweten gesust zijn. Zelfs op onze menselijke relaties heeft dat systeem impact.

Het klinkt behoorlijk marxistisch uit de mond van twee exponenten van wat steevast de engagementloze generatie genoemd wordt.

HAEST: Dat is een etiket dat op ons geplakt is, maar ik vraag me af of dat idee niet al voorbijgestreefd is. Ik zie meer en meer dingen borrelen. Ik zie meer en meer nieuwe initiatieven van leeftijdsgenoten die engagement verpakken op maat van de tijdsgeest. Wat Alexia Leysen doet met Dagen zonder Vlees, dat is een zeker pragmatisch engagement zonder dat het een geweten wil schoppen. Ik vind het fijn om te merken dat dat leeft.

HERTOGS: Tegelijk zie je ook dat een begrip als duurzaamheid geen holle term meer is. Die hele subcultuur van doe-het-zelfmeubels en ecologisch tuinieren: dat is ook engagement. De wegwerpmaatschappij maakt plaats voor selectieve luxe. Ik zie veel mensen die wél een laptop van Apple kopen, maar als het over hun auto of meubels gaat genoegen nemen met tweedehands.

Het pakt wel iets minder goed op beeld dan de studentenprotesten van de late jaren zestig en vroege jaren zeventig.

HERTOGS: Dat was een andere tijd. Toen gingen mensen er heel hard van uit dat de wereld maakbaar was en dat ze die met betogen zouden veranderen.

HAEST: Het is ook minder duidelijk tegen wie we zouden moeten vechten. Moeten wij op straat komen tegen de politici, als het vrij duidelijk is dat zij ook maar gegijzeld worden door de banken? Het is zo simpel niet meer.

HERTOGS: Dat collectieve is er ook uit. Het systeem speelt net in op de individuele verantwoordelijkheid van mensen. In De mythe van de groene economie van Mathias Lievens en Anneleen Kenis wordt dat goed uitgelegd. Jíj moet spaarlampen kopen. Jíj moet je afval sorteren. En het vreemde is dat dat werkt: je voelt je persoonlijk verantwoordelijk.

HAEST: Ik woon sinds kort in Amsterdam, een stad waar niemand zijn afval sorteert. We zijn gaan vragen aan een groene politica hoe dat komt: blijkt dat ze hier de beste afvalverbrandingsoven van de wereld hebben – en het gewoon geen zin heeft om te sorteren. Maar toch voel ik me er slecht bij als ik mijn groenafval bij de conserven smijt. En dat terwijl huishoudelijk afval maar voor tien procent van alle vuilnis zorgt. De overige negentig procent – de verantwoordelijkheid van de bedrijfswereld – daar sta je niet eens bij stil.

Rest nog één voor de hand liggende vraag: waarom een theatervoorstelling?

HAEST: Dat vragen wij ons ook af. (lacht) Als we al die ideeën naar een politieke context zouden moeten vertalen en in een discours met rationele argumenten moeten gieten, zou dat niet lukken. Daar zijn we dan weer te veel softies voor.

HERTOGS: Ik merk ook bij mijn vrienden en familie dat met puur rationele argumenten overtuigen niet werkt. Theater is een prima manier om over dat gewetensonderzoek te vertellen zonder dat het drammerig wordt. Je kunt iemand charmeren of aan het lachen brengen. En zo via een omweggetje iets teweegbrengen.

Het valt wel op dat er in het theater een nieuwe generatie lijkt op te staan, met mensen als Tom Struyf en Charlotte De Bruyne: jonge makers die het podium niet gebruiken om een personage te spelen in een zoveelste adaptatie van Antigone, maar om een persoonlijk verhaal te vertellen – met rollen die heel dicht bij henzelf liggen.

HERTOGS: Ik snap wel wat je bedoelt. In onze omgeving zie ik dat meer en meer ontstaan. Opkraskuit – drie jonge theatermakers – produceert een soort theatrale salons. Laura van Dolron, die nu toert met Sartre zegt sorry, doet een soort filosofische stand-up. Allemaal eigen documenten ten persoonlijken titel. Er is wel een zeker individualisme in het theater binnengeslopen – zonder de negatieve connotatie van dat woord.

HAEST: Ik voel me ook geen speler. Ik weet niet of ik dat wel kan, in iemand anders zijn huid kruipen. Dan is het ook logisch dat ik naar andere dingen op zoek ga.

HERTOGS: Ik denk dat dat persoonlijke en dat oprechte ook gewoon belangrijk is. Ik moet nu ineens denken aan die emotionele speech van Meryame Kitir in de Kamer na de aankondiging van de sluiting van Ford Genk. Ergens was dat ook goed theater. Waarmee ik niet bedoel dat ze het speelde, maar wel dat er een grote dramatische kracht uitging van hoe ze er stond. Soms maak je met gevoel meer impact dan met louter rationele argumenten. Op een podium kun je dat laten zien: wij spélen geen verontwaardiging, wij zijn verontwaardigd.

SPIELZEIT

27-28/3, NTGent-Arca, later ook in Antwerpen en Turnhout. Speellijst en info op hertogshaest.be.

DOOR GEERT ZAGERS — FOTO’S PIET GOETHALS

KAAT HAEST: ‘HET ZIJN ZWARE TIJDEN VOOR ONS GEWETEN. BIO, ECO OF FAIR TRADE? EVEN NAAR DE SUPERMARKT GAAN VEREIST AL FLINK WAT RESEARCH.’

KIM HERTOGS: ‘VEEL MENSEN KOPEN WÉL EEN APPLE, MAAR NEMEN GENOEGEN MET EEN TWEEDEHANDSAUTO OF DITO MEUBELS. OOK DAT IS ENGAGEMENT.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content