‘Als tiener ben ik pas echt muziek beginnen te ontdekken de dag dat mijn vader een modem mee naar huis bracht’, wist Robin Pecknold ooit te vertellen. ‘Zonder Napster zou Fleet Foxes nooit als Fleet Foxes hebben geklonken.’ Volgens Pecknold maken platen net zo goed de muzikant als andersom. Vier minder bekende lp’s die hoorbaar in het geluid van Fleet Foxes zijn doorgesijpeld.

‘MARTIN CARTHY’ MARTIN CARTHY (1965)

Een sobere tros folktraditionals is dit, in één namiddag op tape gezwierd. Je hoort slechts stem, gitaar en hier en daar een viool (maar wel die van Dave Swarbrick). Toch is Martin Carthy’s eerste plaat een Steen van Rosetta voor wie de wortels van de folkrevival in kaart wil brengen. Op de hoes van The Freewheelin’ Bob Dylan kreeg Carthy een bedankje voor de geleverde inspiratie voor Bob Dylan’s Dream. Hier vind je ook het oude wijsje Scarborough Fair in de versie die Simon & Garfunkel gemakkelijkheidshalve overnamen.En Two Magicians werd later door de folkrockers van Steeleye Span – echte knuffelberen van Pecknold – opgepikt.

‘STORMCOCK’ ROY HARPER (1971)

Van de opgetaste zanglijnen in Plains/Bitter Dancer tot het harde, metallieke twaalfsnarengeluid in Sim Sala Bim: geen afgetekender invloed op Helplessness Blues dan de weerbarstige Engelse zanger, songschrijver en chauvinist Roy Harper. Toch is Stormcock – vier kathedralen van songs, één verbluffende luisterervaring – niet zijn enige aanrader. Grijp naar Valentine (1974) als u uw pastorales iets beknopter verkiest, of naar HQ (1975) ter kennismaking met een meer rockende Harper – Jimmy Page was een zware fan, weet u.

‘JUDEE SILL’ JUDEE SILL (1971)

Toen de 35 lentes jonge Judee Sill in 1979 neerzeeg na een cocaïne- en codeïneoverdosis, liet ze amper twee platen achter. Haar klaterende debuut was haast vloeibaar, maar dan als kwik: somptueuze arrangementen die zich spiegelden aan vierstemmige koorzang, maar ook religieus getinte poëzie die, zoals zo vaak, hardnekkige schuld- en angstgevoelens blootlegde. In de door Graham Nash geproducete single Jesus was A Crossmaker bezong ze J.D. Souther, dat andere verduisterde zonnekind van Laurel Canyon dat haar hart had gebroken. Beginnen deed de plaat met Crayon Angels, een nummer dat Robin Pecknold live graag in zijn eigen Oliver James laat overgaan.

‘PENGUIN EGGS’ NIC JONES (1980)

Zet Nic Jones gerust bij in het rijtje Davy Graham – Bert Jansch – Richard Thompson. Niet alleen was de Engelsman uit Essex in zijn gloriedagen een even percussieve als elegante gitarist die gerust met die drie meesters meekon, hij beschikte zonder twijfel over de mooiste stem. Waarom u dan nog nooit van deze klasbak hebt gehoord? Omdat een zwaar auto-ongeluk in 1982 hem deels verlamde, en een lelijke streep onder zijn carrière trok. Tragisch, en niet enkel omdat Nic Jones met Penguin Eggs net zijn vijfde en volgens velen vitaalste plaat had uitgebracht.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content