MAN OF THE WEST****

GARY COOPER, een echte MAN OF THE WEST: met manieren én een duister verleden.

Maandag 27/8, 20.50 – Arte. Anthony Mann, VS 1958

met Man of the West tekende genrespecialist Anthony Mann voor zijn allerlaatste en donkerste western. Het is ook een van de dertig cowboyfilms die westernicoon Gary Cooper draaide. Als Cooper met één western geassocieerd wordt, dan wel met High Noon (1952) – logisch ook, hij won er een Oscar mee. Het epische Man of the West, hoewel een klassieker én een bejubeld meesterwerk, blijft ironisch genoeg een vrij onbekende en onderschatte film, niet toevallig twee adjectieven die bij Mann wel vaker vallen.

Cooper speelt in dit verhaal over wraak, erecodes, loyaliteit en het donkere verleden dat opnieuw de kop opsteekt Link Jones, een eerzame burger van diep in de vijftig. Hij is op weg naar de stad Fort Worth om er een schoollerares voor zijn dorpje in te huren. Je voelt meteen nattigheid: Cooper geeft twee keer een valse naam op en doet nogal vreemd.

Veel van de charme van deze als een shakespeariaanse tragedie verpakte western komt van de dualiteit waarmee Mann naar Cooper kijkt. Is hij de welgemanierde old western style man die zich verloren lijkt te voelen in dat nieuwe wilde Westen waar de stoomtrein pas gearriveerd is? Of is hij een getormenteerd figuur die angstvallig zwijgt om zijn duister verleden te verbergen?

Mann geeft je een antwoord op die vragen in een subliem gevisualiseerde scène op een afgelegen en vervallen ranch: weidse landschappen met eenzame figuren aan de horizon maken plots plaats voor dreigende close-ups. Cooper is net voordien samen met een saloonzangeres (Julie London) en een oplichter (Arthur O’Connell) achtergelaten door een trein die net overvallen is. Het bonte gezelschap komt op de ranch terecht, het schuiloord van een boevenbende onder leiding van de waanzinnige Dock (Lee J. Cobb). En dan blijkt dat Dock vroeger voor Cooper een soort vaderfiguur geweest is en dat Cooper evenveel moorden en bankovervallen op zijn kerfstok heeft als die brutale outlaws.

Vanaf dat moment drijft Mann schitterend de psychologische beklemming op. Maar Mann blijft ook dé cineast van het neurotische geweld. Bij hem dient geweld niet louter om de actie te kleuren, maar maakt het deel uit van de psyche van het personage. Precies als het landschap, dat hij in magnifieke CinemaScopecomposities weet te vatten. Kijk maar hoe hij het pastorale groen en de grillige rotsstructuren gebruikt om de grimmige strijd van Cooper te symboliseren.

(L.J.)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content