Acteur-regisseur Alan Rickman maakte een kostuumdrama over het Versailles van Louis XIV en castte – naast Kate Winslet – ook Matthias Schoenaerts, als de fijngemanierde tuinman van de Zonnekoning. ‘Ik geloof niet in typecasting.’

‘Matthias speelde in twee films een agressief personage en daarom zou dat nu zijn type zijn? Wat is dat eigenlijk, een type?’, vraagt Alan Rickman zich af. ‘Ik geloof daar niet in. Matthias is een acteur, hij kan alles spelen. Net als Kate is hij een professional. Ze denken na, ze voelen, ze zijn voorbereid, en ze zijn genereus. Ik had maar veertig dagen om een hele hoop werk te doen, dat zou onmogelijk geweest zijn als zij geen echte werkpaarden waren.’

Rickmans felle reactie wanneer het over typecasting gaat, valt te begrijpen. De Britse gentleman koos vrij laat voor een acteercarrière en begon zelf zijn Hollywoodparcours als de Duitse terrorist Hans Gruber uit Die Hard (1988) – u weet wel: de motherfucker in ‘Yippee-ki-yay, motherfucker’ – en als de sheriff van Nottingham in het Kevin Costnervehikel Robin Hood: Prince of Thieves (1991). Twee badguyrollen die hij – mede door zijn heerlijke, tegen het theatrale aanschurkende vertolkingen – pas van zich wist af te schudden toen hij Zweinsteins meest sarcastische tovenaar Severus Sneep begon te spelen in de Harry Potter-reeks. In de tussentijd nam Rickman nochtans de meest diverse rollen aan, van kolonel Brandon in Ang Lees Sense and Sensibility (1995) tot aartsengel Metatron in Kevin Smiths Dogma (1999).

Met zijn kostuumdrama over de amoureuze perikelen tussen André Le Nôtre (Schoenaerts), de legendarische tuinarchitect van Versailles, en het fictieve personage Sabine De Barra (Winslet), is Rickman als regisseur niet aan zijn proefstuk toe. In 1997 regisseerde hij The Winter Guest met Emma Thompson en haar moeder Phyllida Law in de hoofdrollen. Niet meteen de gemakkelijkste productie voor een beginnend e regisseur, met locatieopnames in een van de koudste stukjes van Schotland, waar ’s winters maar zes uur bruikbaar daglicht is. Waarom dan, jaren later, opnieuw in de regiestoel kruipen? Voor een kostuumfilm dan nog!

‘Weet je,’ reageert Rickman, ‘als je rationeel nadenkt over het leven, zou je geen acteur worden, maar zeker ook geen regisseur. Waarom ik deze film heb gemaakt? Ik weet het niet. Je leest iets wat bepaalde beelden oproept die je graag wilt vastleggen. En als je eenmaal ja hebt gezegd en andere mensen dat ook hebben gedaan, is er geen weg meer terug. Maar het is een voorrecht om films te mogen maken, hoe moeilijk het ook is. Films maken blijft een voorrecht. Heb ik me geamuseerd? Ja. Heb ik het koud gehad? Ja. Heb ik het warm gehad? Ja. Ben ik nat geworden? Ja. Je kunt alles zeggen over films maken, maar het mooie is dat je omringd bent door experts die wroeten in je verbeelding en je helpen om die beelden te realiseren. Je moet zelfs uitkijken dat ze je niet helpen met je eigen stommiteiten. Tegen mijn assistent Jack Ravenscroft zei ik voortdurend dat hij me moest waarschuwen mocht ik iets zeggen wat een opnamedag zou verpesten. Als niemand je daarvoor waarschuwt, zal je crew je iets heel doms horen vragen en ze zullen je nog helpen om die stommiteit waar te maken. They’ll help you do it!

Wat Rickmans films verbindt, zijn de sterke vrouwenrollen. In The Winter Guest laat hij Emma Thompson en Phyllida Law schitteren als moeder en dochter die zich verliezen in wederzijdse zorgen. Voor The King’s Gardens werd zelfs speciaal een fictieve vrouwenrol bedacht tussen de historisch e heren. ‘En vergeet niet: het scenario werd door een vrouw geschreven’, zegt Rickman. ‘Dat er onder het scenario drie namen op de aftiteling staan, is simpelweg een wettelijke kwestie. Als ik had mogen kiezen, had er gestaan: “script door Alison Deegan, verstoord door twee mannen”. Co-scenarist Jeremy Brock en ik hebben enkel structurele veranderingen gedaan, maar het is echt Alisons script.’

Rickman is een overtuigd feminist. ‘Iedereen zou feminist moeten zijn. Het is raar dat daarvoor zelfs een apart woord bestaat.’ Maar verwacht van The King’s Gardens geen pamflettistische retoriek. De film blijft in de eerste plaats een historische romance die barst van het vertelplezier. ‘Ik hoop dat wie de film bekijkt, vergeet dat hij naar een historische film aan het kijken is’, zegt Rickman. Wanneer Rickman de Zonnekoning en zijn hofhouding een afgewerkt deel van de tuinen van Versailles samen laat bezoeken, breekt hij, al dan niet bewust, ook een metaforische lans voor bioscoopbezoek. De flegmatieke regisseur laat geen twijfel bestaan over wat hem de beste manier lijkt om een film te bekijken. ‘Ik denk dat we verloren zijn als we elkaar geen verhalen meer vertellen, als we allemaal thuiszitten voor onze grote tv-schermen, die we op pauze zetten om koffie te maken of om de telefoon te beantwoorden, en als we voor een film niet meer samenzitten als groep.’

THE KING’S GARDENS

Vanaf 1/7 in de bioscoop.

DOOR SAM DE WILDE

Alan Rickman: ‘MATTHIAS SCHOENAERTS EN KATE WINSLET ZIJN PROFESSIONALS ÉN ECHTE WERKPAARDEN.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content