L’ÂGE D’OR HEEFT HEIMWEE NAAR KNOKKE

PAYS BARBARE van GIANIKIAN en RICCI LUCCHI

Martin Scorsese won er eentje in 1967, Jean-Luc Godard in 1980, Béla Tarr in 1994, Jia Zhangke in 1998 en Carlos Reygadas in 2002. Met zulke namen op het palmares zou het zonde zijn om de L’Âge d’Or-prijs niet verder te zetten. De nieuwe formule, inclusief gelijknamig festival, sluit de experimentele film weer wat inniger in de armen.

Door het wegvallen van Filmvondsten moest Cinematek zijn L’Âge d’Or, die sinds 1986 aan dat festival gekoppeld was, herdenken. De prijs mee opdoeken was geen optie. Daarvoor is het palmares te mooi en de onderscheiding te origineel: L’Âge d’Or bekroont niet de sterkste film, de beste acteur of de knapste regisseur, maar een film ‘die door zijn opzet of schriftuur de brede cinematografische paden verlaat’. Zo wilde Jacques Ledoux, de wereldvermaarde conservator die het Belgisch Filmarchief tot 1988 leidde, filmregisseurs aanmoedigen om te breken met filmisch en maatschappelijk conformisme. Hij noemde de trofee overigens naar een subversief en poëtisch meesterwerk van groot voorbeeld Luis Buñuel.

De eerste L’Âge d’Or werd in 1958 toegekend aan Kenneth Anger, een controversiële sleutelfiguur uit de Amerikaanse undergroundcinema. Dat gebeurde in het kader van de Competitie van de Experimentele Film van Knokke (EXPRMNTL). Die kustgemeente was tussen 1949 en 1974 een van de schaarse plekken waar avant-garde- en undergroundfilmmakers elkaar konden ontmoeten. Een performance van een naakte Yoko Ono is maar een van de vele gebeurtenissen die de dure badstad destijds hebben opgeschrikt.

In het internationale milieu van de experimentele film heeft men overigens nog altijd heimwee naar EXPRMNTL. Daar gaat nu al rond dat Cinematek met het op til staande L’Âge d’Or-festival weer aansluiting wil vinden bij die traditie. Dat nieuwe festival wil een plaats zijn ‘waar de cinematografische grenzen – tussen experimentele film, alternatieve fictie, ideosyncratische documentaires – worden genegeerd of weggewerkt’. Naar lengte, techniek of formaat wordt niet gekeken.

Drieëntwintig recente films mogen zo op het splinternieuwe L’Âge d’Or-festival naar de gouwe ouwe L’Âge d’Or-prijs dingen. Om u een idee van het aanbod te geven: Gianikian en Ricci Lucchi richten hun ‘analytische camera’ op de ‘onthutsende normaliteit’ van de archiefbeelden van Mussolini’s Afrikaanse campagnes en leggen de link naar het heden. Wolfgang Lehmann heeft vijf jaar lang door hem gevonden of gefilmde beelden van dieren gemonteerd en speelt er schaar-steen-papier mee. Voor een naakte Yoko Ono hoeft u voorlopig niet te vrezen.

NIELS RUËLL

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content