Minne moat 40 is een fenomeen
En af en toe stopt ie zelfs met babbel
Moa ti hinnen ul, en wik dat ie doet i machtig
’t Kan niemand lik 4T scrabbeln
‘PLOTS FOLKLORE’
Hoe komt een scrabbelaar uit Leopoldsburg in een hiphopgroep met twee West-Vlamingen terecht?
40: De vraag zou omgekeerd moeten zijn: hoe raken twee Izegemse West-Vlamingen in de ban van hiphop? Dankzij iemand uit Leopoldsburg dus! (Lacht) Voor ’t Hof Van Commerce bestond, zaten Flip, Serge en ik al samen in een ander groepje, The Prophets Of Finance. Dat was begin jaren 90, de hoogdagen van groepen als Primus, Urban Dance Squad en Red Hot Chili Peppers. De hiphopkennis van Serge en Flip begon en eindigde toen bij Run DMC en de Beastie Boys. Ik heb hen dan maar enkele mixtapes old school hiphop cadeau gedaan en ik vermoed dat dat de kiem van ’t Hof Van Commerce heeft gelegd. Voor alle duidelijkheid, het scrabbelen in Min Moaten is een Izegemse verbastering van het woord scratchen. Ik ben geen letterkundig genie of zo. (Lacht)
Net als Flip hou jij er naast ’t Hof Van Commerce nog andere projecten op na die niets met hiphop te maken hebben.
40: Ik was op den duur uitgekeken op hiphop. In het begin was het een heel vrij genre, maar gaandeweg slibde het helemaal dicht met strakke regeltjes van wat wel en niet kon, tot de dresscode toe. Het leuke aan ’t Hof is dat we al die foute poses met de gepaste humor kunnen doorprikken.
Wanneer heb jij ‘Min Moaten’ voor het eerst gehoord?
40: Toen Flip het zong tijdens een optreden. Ik stond samen met Serge en Junior helemaal vooraan en we zakten met z’n drieën haast door de grond. Wat ik zo mooi vind aan dat nummer, en bij uitbreiding de hele Ocharme Ik-plaat, is dat Flip daar een hoop gevoelens uit die hij in het openbaar nooit zou verwoorden. Hij is niet het type dat je bij de schouders pakt, diep in de ogen kijkt en zegt: ‘Jij bent mijn maat.’ Ik heb het gevoel dat die songs destijds als therapie werkten voor Flip, als een dialoog met zichzelf.
Die innerlijke dialoog groeide wel uit tot een van de grootste Vlaamse meezingers van de voorbije tien jaar.
40: Het klopt, die song lééft in België. Dat merk ik zelf wanneer ik omga met mensen die slechts oppervlakkig in muziek geïnteresseerd zijn. DJ 4T4 of Ultrasonic 7 kennen ze niet, en van ’t Hof Van Commerce hebben ze vaagweg gehoord. Maar als ik vertel dat ik een van Flip Kowliers vrienden uit Min Moaten ben, weet iedereen meteen wat ik bedoel. Zo maak je dus onvrijwillig deel uit van de nationale folklore, een bizar gevoel.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier
