Van down under tot Hollywood, van karakteractrice tot actieheldin, van screen queen tot scream queen : voor Naomi Watts is het maar een kleine, zij het gracieuze stap. Een gesprek met de Australische schone over starlets met ballen, huilen tegen zeildoeken en flirten met gorilla’s.

Wie haar eerder aan het werk zag in films als Mulholland Drive, The Ring, 21 Grams of I Heart Huckabees, hoeft ongetwijfeld niet meer overtuigd te worden van het talent van de ravissante Naomi Watts (38). Ook Hollywood heeft nu de Australische actrice ontdekt: met haar rol in King Kong debuteert ze in een onvervalste en peperdure blockbuster. In de mega-update die Lord of the Rings-regisseur Peter Jackson van de klassieke monsterprent maakte, treedt Naomi Watts in de voetsporen van de legendarische scream queen Fay Wray. Watts vertolkt de hoofdrol van Ann Darrow, de blonde starlet die tegen wil en dank het vriendinnetje wordt van de woeste monstergorilla, en door haar harige beau in de legendarische climax wordt meegesleurd tot bovenop de Empire State Building. Beestige romantiek en adembenemende actie verzekerd, al mocht het voor de frêle Watts blijkbaar best wat minder realistisch en intens zijn. ‘Ik ga niet zitten liegen. Het was fysiek slopend, en dit doe ik waarschijnlijk nooit meer. Gelukkig wist ik amper waar ik aan begon.’

Had je de originele ‘King Kong’ gezien toen Peter Jackson je vroeg voor de rol van Ann Darrow?

Naomi Watts: Ja, en ook de remake uit de seventies. Zo’n klassieker móet je gezien hebben. Er zit ontzettend veel in die film: avontuur, romantiek, actie en sciencefiction. Toen Peter me vroeg voor de rol, heb ik niet lang getwijfeld, ook al moest het scenario toen nog geschreven worden. Ik wist dat hij het talent had om er iets buitengewoon origineels van te maken.

Watts:(lacht) Het zou er inderdaad sterk van afgehangen hebben wie er dan wél in de regiestoel had gezeten. Het klopt dat Peter de voornaamste reden was waarom ik snel heb toegehapt, maar wat wil je? De Lord of the Rings-trilogie was gewoon briljant – Peters vroegere films als Heavenly Creatures of Brain Dead zijn trouwens ook geweldig. En ik wilde altijd al een keertje in zo’n grote spektakelfilm meespelen.

Het is je eerste actierol. Spannend?

Watts: Zeker. Ik draai intussen al een aantal jaren mee, maar ik heb vooral emotionele karakterrollen gespeeld in commercieel bescheiden films. Voor mensen die niet wekelijks naar de bios- coop gaan, wordt King Kong waarschijnlijk de eerste film waarin ze me aan het werk zien. Dat maakt het extra spannend.

Met de rol van Ann Darrow volg je de legendarische Fay Wray op. Is het personage veel veranderd in vergelijking met de originele versie?

Watts: Toch wel. Tijden veranderen, en dus ook de personages. Je mag ook niet vergeten dat het scenario niet alleen door Peter Jackson werd geschreven, maar ook door Fran Walsh en Phillipa Boyens. Er waren dus twee vrouwen bij betrokken, en dat merk je. De moderne Ann Darrow is niet meer zo braaf en volgzaam als in het origineel uit 1933 – vrouwelijke personages stonden toen altijd ten dienste van de mannelijke held. Het verhaal speelt zich opnieuw in de jaren dertig af, maar de nieuwe Ann is veel méér dan de archetypische damsel in distress. Ze heeft ballen aan haar lijf en kan zelfs midden in de jungle haar mannetje staan. Je komt ook meer te weten over haar persoonlijke achtergrond, wat in het origineel kennelijk totaal overbodig werd geacht. Je gelooft het nooit, maar ik praat zelfs meer dan ik schreeuw. ( lacht)

Fay Wray was dé scream queen bij uitstek. Jij schreeuwt toch ook, mag ik hopen?

Watts: Jazeker, maar met mate. Een tijdje geleden heb ik het origineel nog eens bekeken, en hoewel ik de film intussen al tien keer heb gezien, was ik opnieuw onder de indruk van de manier waarop Fay Wray haar keel kon openzetten. Echt indrukwekkend (lacht).

Aanvankelijk zou Fay Wray een cameo vertolken in deze film. Klopt het dat je haar vlak voor haar dood nog hebt ontmoet?

Watts: Inderdaad, in de lente van 2004. Een bizarre ervaring was dat. Fay maakte me meteen duidelijk dat zij en niemand anders de enige echte Ann Darrow was, en dat bracht me toch wel een beetje van mijn melk. (lacht) Gelukkig is het uiteindelijk nog goed gekomen. Ze merkte dat ik enorm veel respect voor haar had, en uiteindelijk gaf ze me zelfs heel wat nuttige tips. Ze zou trots geweest zijn op de manier waarop we het personage aan de moderne tijdgeest hebben aangepast. Fay was een feministe avant la lettre, een vrijgevochten dame die tegen het mannenbastion durfde in te gaan. Voor actrices van mijn generatie heeft ze in Hollywood mee de weg geëffend.

Ann Darrow is een ambitieus filmsterretje dat lang moet wachten op haar doorbraak. Betekent dat dat ze veel met jou gemeen heeft – jij brak ook pas door op je 32e?

Watts: Zeker. Ik weet ook wat vechten is. Niet dat je haar heroïsche strijd met die van mij kan vergelijken, maar het gevoel als actrice afgewezen te worden, herkende ik maar al te goed. Ik heb ook tien jaar lang een heuvel moeten op- en afklimmen, tot ik met Mulholland Drive eindelijk een eerste piek bereikte. Sindsdien heb ik gelukkig niks meer te klagen.

Kijk je nog wel eens terug naar films als ‘Tank Girl’, een van die prullen uit je begindagen?

Watts: Nee, maar ik schaam me er ook niet voor. Als beginnende actrice moet je niet verwachten dat producenten meteen de rode loper voor je uitrollen. Ik heb me indertijd goed geamuseerd met Tank Girl, maar het resultaat viel een tikkeltje tegen – en dan druk ik me voorzichtig uit. (lacht)

In ‘Tank Girl’ werd je tenminste nog geconfronteerd met echte, levende acteurs. Viel het mee om tussen de green screens te worden gezet en emotionele scènes te spelen met een ingebeelde aap?

Watts: Het was nieuw voor me, en soms was het best wel lastig. Nu, Peter is gelukkig een geweldig goeie coach die een kraakheldere visie heeft op die CG-scenes. Hij kan je perfect duidelijk maken wat hij van je verwacht. Ik kreeg ook telkens heel gedetailleerde story boards mee, zodat ik elke scène shot voor shot in mijn hoofd kon visualiseren. Je voelt je natuurlijk wel eens onnozel wanneer je staat te huilen of te schreeuwen in een lege ruimte tegen een groen zeildoek, maar het is een kwestie van vertrouwen. Je legt je lot in handen van de regisseur en de computerafdeling, en je hoopt op een overtuigend resultaat.

Je werkte voor die scènes ook samen met Andy Serkis, de acteur die in ‘The Lord of the Rings’ al model stond voor de Gollum, en op wiens mimiek en bewegingen Kong werd gebaseerd.

Watts: Andy was een enorme steun. Hij is echt een briljant acteur. Hij kon alleen maar brullen en op handen en voeten om me heen lopen, maar ik had het gevoel dat ik dankzij hem de waarheid zag. Snap je wat ik bedoel? Hij geeft een ziel aan dat digitale monster, en daar kun je spontaner en dus ook eerlijker op reageren dan op een tekening die in je hoofd zit. Dat Andy heel wat kleiner en gelukkig ook minder behaard was dan Kong, maakte in dat geval weinig meer uit. (lacht)

Vond je, als serieuze karakteractrice, liefdesscènes met een aap toch niet een tikkeltje gênant?

Watts: Absoluut niet. King Kong is in wezen een relatiefilm, een variant op het thema van de schone en het beest. Trouwens, ook echte gorilla’s hebben heel wat menselijke trekken. Je ziet wanneer ze verdrietig, kwaad of jaloers zijn, net zoals in een gewone, menselijke relatie.

Zal deze film een sekssymbool van je maken, zoals na de seventies-remake gebeurde met Jessica Lange?

Watts: Dat weet ik niet. Ik denk dat deze versie toch iets smaakvoller is. De film met Jessica Lange was best geestig, en zij was en blijft een sexy en getalenteerde actrice, maar het geheel zag er nogal knullig uit. In de nieuwe versie krijg ik bijvoorbeeld geen nieuwe permanent na elke scène, en mijn jurk verdwijnt ook niet plots. (lacht) Er zitten zeker sensuele momenten in, maar seksueel geladen zou ik de film niet noemen. Het is gewoon een liefdesverhaal over twee eenzame zielen die langzaam naar mekaar toegroeien.

Watts: Daar heeft men me de jongste jaren wel vaker voor gewaarschuwd, en toch heb ik niet het gevoel dat mijn levensstijl veel veranderd is. Hopelijk blijft dat zo. Ik word op straat bijna nooit herkend – kennelijk zie ik er in het dagelijks leven helemaal anders uit dan op het witte doek. Met uitzondering van een enkele paparazzo die al een keertje voor mijn huis bivakkeerde, heb ik over een gebrek aan privacy nooit te klagen gehad.

Zijn looks belangrijk voor jou?

Watts: Ik zie er liever goed dan slecht uit, maar ik besteed er nooit veel aandacht aan. Ik ben een five minute girl: ’s morgens vijf minuten in de badkamer, een gemakkelijke jeans en een slobbertrui aan, liever geen make-up als het niet hoeft en hop, de straat op. Dit is de eerste film waarin ik word opgevoerd als het mooie meisje, en dan nog speel ik bepaald geen glamour queen. Ik hou ervan om totaal verschillende personages neer te zetten, waarbij het accent telkens op het innerlijke ligt. Dat ik zelden word herkend, vind ik daarom net een compliment. Het betekent dat ik gevarieerd uit de hoek kom, en mijn ego ten dienste stel van mijn personages.

Je werkt ook hard de jongste tijd. Heb je nooit het gevoel dat je geleefd wordt?

Watts: Toch wel, al let ik op om daar geen al te pathetische uitspraken over te doen. Tenslotte ben ik dankbaar voor wat me de jongste jaren overkomt, ook al begint het stilaan door te wegen. Sinds Mulholland Drive ga ik van film naar film – na King Kong ben ik ook weer meteen naar China vertrokken voor de opnames van The Peinted Veil (een drama gebaseerd op een roman van Somerset Maugham, DM). Ik heb jaren geknokt om de positie te bereiken waarin ik me nu bevind, maar ik voel wel dat het tijd wordt om het wat rustiger aan te doen. Ik heb gezworen na The Peinted Veil zes maanden vakantie te nemen, welke mooie rollen ze me ook mogen aanbieden. Het leven is tenslotte meer dan werken alleen.

Door Dave Mestdach

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content