Tomas Augustus zit in zijn huis verschanst. Buiten waart een dodelijke ziekte rond – hij is een van de weinige overlevenden. Terwijl hij op het einde wacht, overdenkt Tomas zijn lege leven: slechts van één vrouw heeft hij ooit gehouden.

‘Hier is hij, de laatste mens; hier ben ik’, denkt Tomas Augustus op de occasionele momenten dat hij zijn huis verlaat en door de lege straten van de stad loopt. Het einde der tijden had van hem best wat dramatischer gemogen, op zijn minst met witte ruiters of een sprinkhanenplaag, maar hij leeft in een geplunderde stad waar de weinige overblijvers zich in bendes verenigen, drones af en toe poolshoogte komen nemen en Tomas zijn lege, nutteloze bestaan op papier zet.

Hij is altijd een man geweest die het leven van anderen probeerde te imiteren. Als kind raakte hij verminkt en dankzij zijn machtige, schimmige schoonvader leidt hij tot net voor de apocalyps een praktijk waarin vrouwen plastisch werden bijgewerkt. Nooit heeft Tomas Augustus van iemand gehouden. Tot hij de veel jongere Maria ontmoet, een kunststudente die de nieuwe Marina Abramovic wil worden. Maria weet hoe ze moet onderhandelen. Ze biedt hem haar lichaam aan, op voorwaarde dat hij dat eerst verandert. Waarom? Omdat ze dat interessant vindt en omdat ze weet dat de verbouwing van haar gezicht haar naam als kunstenaar meteen zal vestigen. De cynische Tomas kan niet weigeren. Voor het eerst is hij verliefd. Voor het eerst kan hij het woord liefde zonder walging uitspreken. In zijn verveelde, overgeconsumeerde wereld zeggen mensen dingen als ‘Die mensen in Afrika gaan dood van de honger, maar zij leven wél’. Voor Tomas is Maria misschien nog de enige die hem betekenis kan geven.

Deze roman is veel. Er zitten overduidelijke invloeden van Edgar Allan Poe en van Albert Camus in, en zeker ook van de projecten van Abramovic. Existentialistischer dan dit krijg je romans nog zelden te lezen. Of je het ook een ‘existentiële thriller’ moet noemen, is geen interessante discussie, tenzij voor marketeers. Quarantaine is spannend, bevreemdend en heel actueel. Het einde van de betekenisloze mens is zelden zo beklemmend beschreven. ‘Er was het leven dat ik dacht te hebben opgebouwd, maar alles wat ik deed, vond zijn oorsprong in een zwart gat, de holte die ik onder mijn huid was, waarin ik zelf voortdurend dreigde te verdwijnen’, vat Tomas Augustus zichzelf samen terwijl hij klaarstaat om voorgoed in dat zwarte gat te verdwijnen.

QUARANTAINE *****

Wytske Versteeg, Prometheus, 176 blz., ? 17,95.

JOHANNA SPAEY

CENTRALE ZIN : O, het eeuwige verlangen op te gaan in iemand anders, om met huid en haar te verdwijnen in het leven van een willekeurige vreemde!

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content