Livemuziek liep jarenlang wat verweesd door het Vlaamse televisielandschap, maar daar komt gelukkig verandering in. In ‘Palm Live Café’ houdt Kris Wauters iedere week vrij podium voor muzikanten uit binnen- en buitenland. ‘Of je nu Helmut Lotti heet of Zita Swoon, je kunt je niet verstoppen.’

PALM live cafe : Vanaf 23/10, elke donderdag – 22.30 VT4 (herhalingen op zondagnamiddag)

Waar is de tijd dat Walter Grootaers het kruim van de Belgische rockwereld ontving in een iets te grote polyvalente zaal? Roxy is begraven, de laatste Tienerklanken zijn al veel langer uitgestorven en van die keer dat de Rolling Stones nonkel Bob bezochten, herinnert geen enkel mens zich nog iets. Muziek was altijd wel een beetje ziek in Vlaamse bedjes, maar tot voor kort was de situatie voor livemuzikanten ronduit schrijnend. Onfrisse concepten als Het Swingpaleis, De Notenclub of het gruwelijke Het Gevoel van… in het midden gelaten, vonden de grote Vlaamse zenders het blijkbaar overbodig te investeren in een degelijk muziekprogramma. De artiesten werden veroordeeld tot playback, verbannen naar lokale zenders of moesten in talkshows of verkiezingsprogramma’s opdraven met een gelegenheidsband die de nummers steevast vakkundig de das omdeden.

Maar goed nieuws voor de muziekliefhebber: acht jaar na wijlen Roxy, brengt VT4 een livemuziekprogramma van eigen bodem. Geïnspireerd op het Nederlandse De Heeren van Amstel – later vanuit een vrouwvriendelijke reflex omgevormd tot De Vrienden van Amstel – brengt het Palm Live Café u wekelijks een lap pure muziek. Presentator Kris Wauters vertelt waar het om gaat. ‘Drie bands of soloartiesten spelen live in een klein café, op een kleine scène, voor een klein publiek. Als de eerste band zijn derde liedje speelt, wordt dat meegezongen door de zanger van de tweede band. Als de tweede band zijn laatste nummer brengt, springt de zanger van de derde mee op het podium. De afleveringen zitten dus vol rare, toffe en verrassende combinaties. Het is voor honderd procent een muziekprogramma: allemaal live, er staat niets op tape, er zijn geen video’s, het gaat puur om de muziek. Er komen muzikanten die ik meestal goed ken, we hebben een kort gesprek tussendoor dat uiteindelijk niet veel verschilt van wat ik hen backstage op Marktrock zou vragen. Allemaal erg natuurlijk. Ik kende het programma omdat Clouseau een paar keer voor de Nederlandse versie werd gevraagd.’

En: hoe is het programma als je zelf op het podium moet?

Kris Wauters: In het begin hadden we wel een pak twijfels, over de duetten vooral. Wij brachten toen een nummer dat we niet kenden, met een band waar we nog nooit van gehoord hadden. Dat was wel even schrikken. Bij de Vlaamse artiesten ervaren we nu dezelfde schroom, terwijl dat volgens mij net de sterkte van het programma zal worden. Artiesten hebben vaak twijfels bij een bepaalde combinatie omdat het om een compleet ander genre gaat of omdat ze bang zijn voor hun imago. Maar als ze effectief samen op dat podium staan, valt dat allemaal weg. Iedereen is trouwens gelijk: of je nu Helmut Lotti bent of Zita Swoon heet, je kunt je niet verstoppen achter een productie of een lichtshow, dat schept ook een band. Ik ben er zeker van dat de muzikanten heel graag zullen komen, zodra het concept in muzikantenkringen bekend is. Ze mogen immers spelen, zonder veel compromissen. Dat is een heel aangenaam gevoel, dat er niemand komt vertellen dat een nummer een halve minuut te lang is, zoals dat bij playback vaak het geval is.

Oké, als een band absoluut drie nummers van zeven minuten wil brengen, zal hen vriendelijk gevraagd worden om hier en daar iets te veranderen, maar in principe gaat het puur om het speelplezier. Het is ook fijn om al die mensen uit verschillende werelden te zien samenwerken. Helmut Lotti en Peter Evrard hadden bijvoorbeeld niets met elkaar te maken, in geen enkel opzicht. Maar als ze samen repeteerden, waren ze met veel liefde bezig en losten de onderlinge verschillen meteen op.

Zie je als kijker iets van dat proces?

Wauters: Weinig. In theorie zie je enkel het eindresultaat, en dat is avontuurlijk genoeg. We maken wel opnames backstage om de kijker voor of na de reclameblokken warm te maken voor de rest van het programma. Er is trouwens geen tijd voor: negen nummers per aflevering met interviews tussendoor, dat is al goed voor 50 minuten televisie. Maar misschien komt daar na X aantal seizoenen wel verandering in hoor.

Wijkt het Palm Live Café veel af van het originele format?

Wauters: Het format is erg vrij, maar ik ben er voorstander van om dicht bij het origineel te blijven, zodat het publiek het programma kan leren kennen. In Nederland was het ook aanvankelijk een underground programma: pas na een jaar of twee vond het zijn weg naar een breder publiek.

Zie je het in Vlaanderen ook zo gaan?

Wauters: Ja, als we kunnen groeien ten minste, want dat is absoluut noodzakelijk voor dit soort programma. VT4 wilde ons aanvankelijk in prime time, maar is daar gelukkig van teruggekomen. Het is gevaarlijk je blind te staren op het Nederlandse succes. Het programma is daar razend populair, maar gebeurde ook niet van de ene dag op de andere. Je moet dus niet meteen succes verwachten, ik wil zelfs nog niet aan cijfers denken. Daarom: chapeau voor VT4. De zender worstelt vaak met kijkcijfers, maar durft het toch maar aan om een livemuziekprogramma te brengen. We gokken natuurlijk ook op de honger van het Vlaamse publiek naar dit soort programma’s.

Tot voor een paar jaar was ‘De Zevende Dag’ zowat het enige programma waar je livemuziek kon horen.

Wauters: Klopt. En zelfs dat is voorbij. Op dit ogenblik is er gewoon niets meer, als muzikant kan je op televisie nergens meer live spelen, met wat geluk mag je links en rechts eens playbacken. Oké, je kunt ook niet verwachten dat een programma als Hitkracht of Tien om te Zien een liveshow wordt: dat zou technisch wel lukken, maar het kost handenvol geld. En zulke programma’s zijn in de eerste plaats bedoeld als promotievehikel voor de nieuwe single van een artiest, ze hebben dat livegevoel niet zo nodig. Maar goed, het is inderdaad pover gesteld op de Vlaamse televisie.

Waar ligt dat volgens jou aan? Gaat het om technische knowhow? Om budgetten? Of ligt de doorsneekijker gewoon niet wakker van livemuziek op tv?

Wauters: Ik ben er rotsvast van overtuigd dat muziekliefhebbers echt zitten te wachten op dit soort programma. Ik geef toe dat het technisch een hele klus is om het geluid goed te krijgen, maar ik heb nu de eerste aflevering gezien en ik ben er heel gelukkig mee. De artiesten ook trouwens. Het heeft volgens mij alles te maken met middelen. Het is verschrikkelijk duur om dit soort programma’s te maken. Iedereen kijkt graag naar Jools Holland, maar dezelfde kwaliteit hier brengen, is gewoon onmogelijk. De Vlaamse commerciële zenders zwemmen nu eenmaal niet in het geld. En iedereen is altijd zo gefixeerd op het buitenland. Ik ook hoor: als ik mijn maandelijks rubriekje voor Autowereld vergelijk met wat Jeremy Clarkson in Top Gear allemaal doet, vloek ik ook weleens. Met muziek is dat precies hetzelfde: muziekprogramma’s kosten bakken geld en hoe groter het budget, hoe groter de kwaliteit. Zonder de hulp van een sponsor zou ons programma trouwens niet bestaan. Punt. Ik vind dat ook helemaal niet erg, ik zie Palm veel liever geld pompen in dit initiatief dan tientallen reclamespots te kopen die iedereen toch maar wegzapt.

Een nadeel van die commerciële aanpak is wel dat de opdrachtgevers mooie kijkcijfers verwachten. Je moet dus wel bekende gasten programmeren.

Wauters: In principe is iedereen binnen het pop- en rockidioom welkom. Zowel Helmut Lotti als Will Tura komen aan bod, maar ook groepen als Zita Swoon en Hale-Bopp krijgen een forum. De enige voorwaarde is dat ze het live kunnen waarmaken. Ik begrijp wel dat VT4, zeker in de eerste afleveringen, liever veilig speelt en voor bekende artiesten kiest, maar op termijn willen we daar zeker verandering in brengen.

Echt onbekend talent komt toch nauwelijks aan bod?

Wauters: Pas op, bij elke redactievergadering schuif ik toch zoveel mogelijk minder bekende artiesten naar voor. Hale-Bopp is bijvoorbeeld wel bekend in het milieu, maar niet bij het grote publiek. Idealiter bestaat een aflevering uit één grote populaire naam die pop of rock speelt, een andere bekende naam zonder monsterhits en één relatief onbekende artiest. In welk genre dan ook. Het programma wordt sterker met een goed evenwicht.

Je zou ook kunnen redeneren dat grote artiesten al vaak genoeg in de schijnwerpers staan. Is een muziekprogramma als dit geen ideale springplank voor vers talent?

Wauters: Kijk, voor de waarde van het programma zijn onbekenden broodnodig, maar als je op dit moment drie onbekende artiesten in het programma aan bod laat komen, kijkt er geen hond. Dat is niet de bedoeling. Een commerciële zender maakt dit soort programma’s om er geld aan te verdienen. Zo simpel is dat. Als de eerste cijfers minder zijn, riskeert Palm Live Café na acht afleveringen afgevoerd te worden. Een initiatief als dit heeft nood aan groeiruimte: zodra het programma zich gesetteld heeft bij de kijker, zal er zeker ruimte vrijkomen voor minder bekende artiesten.

Is de Vlaamse vijver niet wat klein?

Wauters: Onderschat dat niet. In de eerste productievergaderingen hebben we lijstjes aangelegd van mogelijke gasten, en die oogden heel indrukwekkend, er zijn opmerkelijk veel kandidaten. Ik sluit ook niet uit dat er in de toekomst buitenlandse gasten de revue zullen passeren. Als we morgen Neil Finn, ik roep maar iets, te pakken krijgen en hij is bereid om in het format te stappen, laat maar komen! De Nederlanders reageren al enthousiast op onze uitnodigingen: ze kennen het programma natuurlijk en er zijn daar heel wat bands die maar wat graag in België zouden doorbreken. Een band als Kane is echt een geknipte gast.

En Clouseau?

Wauters: Bah, Clouseau is een goede kandidaat, maar ik zit er niet op te wachten. Koen ook niet trouwens. Hoewel men van alle kanten heel hard aan onze mouw trekt om het toch te doen, staan we daar allebei niet echt voor te springen. Waarover zou ik Koen in godsnaam moeten interviewen? Ik weet alles al!

Als muzikant bij Clouseau hield je je vroeger meer op de achtergrond, tegenwoordig profileer je jezelf meer en meer als presentator. Een bewuste keuze?

Wauters: Neen, mijn rol als sidekick in Clouseau bevalt me prima. Ik schrijf liedjes, produceer platen, zorg dat alles muzikaal in orde is en dat wil ik ook blijven doen. Door de jaren heen stonden we veel voor de camera’s en dan vragen ze je wel eens om in een panel te zetelen of om dit of dat te presenteren. Ik heb die boot altijd zoveel mogelijk afgehouden, vaak omdat het om dingen ging die me niet echt interesseerden. Ik hoef niet zo nodig op televisie. Dat maakt het heel gemakkelijk om neen te zeggen. Mijn enige criterium is: zou ik zelf naar dat programma kijken?

Na ‘Idool 2003’ en nu ‘Palm Live Café’, zullen kijkers je hoe langer hoe meer als het muzikale geweten van Vlaanderen zien, toch?

Wauters: Dat is niet erg. Ik ben al sinds 1989 voltijds met muziek bezig, dit ligt gewoon in het verlengde van mijn professionele bezigheden. Ik heb vroeger tegen heel veel dingen neen gezegd omdat ze mij niet lagen, maar toen Koen Idool 2003 kwam voorstellen, zag ik dat onmiddellijk zitten. ‘Uitdaging’ is zowat het grootste clichéwoord dat je kunt gebruiken, maar dat was het wel. Iedereen was er ook van overtuigd dat ik het goed zou doen. Zelf was ik daar nog niet zo zeker van, ik ben nu eenmaal geen geboren presenator. Ach, het is na al die jaren muziek best fijn om eens een zijstapje naar de televisie te maken. Maar volgend jaar werken we met Clouseau aan een nieuwe plaat. En dat is nog steeds veel belangrijker dan al de rest.

Door Bram van Moorhem Foto Guy Kokken

‘Iedereen kijkt graag naar Jools Holland, maar dezelfde kwaliteit hier brengen, is gewoon onmogelijk. De Vlaamse commerciële zenders zwemmen nu eenmaal niet in het geld.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content