‘IEDEREEN WIL EEN WESTERN MAKEN’

MICHAEL FASSBENDER

Van The Proposition (2005) over Meek’s Cutoff (2010) tot Django Unchained (2012): geen genre dat de voorbije jaren zo vaak werd begraven, opnieuw tot leven werd gewekt en in een nieuw jasje werd gestoken als de western. In galop de postmoderne prairie op met Slow West, de eerste langspeler van voormalig The Beta Band-lid John Maclean.

In Slow West, een western die op het Sundance Film Festival met de Grand Jury Prize aan de haal ging, zie je hoe een zestienjarige jongen op zoek gaat naar liefde in negentiende-eeuws Amerika. De tengere Jay (Kodi Smit-McPhee, oftewel de knul uit The Road) reist zijn geliefde achterna, een meisje dat halsoverkop met haar vader uit de Schotse Highlands is vertrokken. Helaas blijkt het joch nauwelijks opgewassen tegen het gevaar dat op de loer ligt, laat staan dat hij zich met een Winchester een weg door het wetteloze wilde Westen kan banen. Nog een geluk dus dat hij, en bij uitbreiding ook regisseur John Maclean, kan rekenen op de immer betrouwbare Michael Fassbender, die deze keer in de gelooide huid kruipt van een outlaw die Jay door het onherbergzame landschap loodst.

Een en ander resulteert in een gevoelige, soms harde en vaak grappige film over de clash tussen generaties, (film)tradities en mens en natuur. En dus mag ook hier het etiket ‘revisionistische western’ van stal worden gehaald. Met John Maclean zit een outsider en debutant in de regiestoel, die eerder zijn sporen verdiende in de muziekbranche. Van 1998 tot 2003 maakte Maclean als toetsenist deel uit van het Schotse folktronica-ensemble The Beta Band en van 2005 tot 2008 van de indierockers The Aliens, groepen waarvoor hij ook de clips inblikte.

‘Ik ben volledig met die band gestopt. Onze zanger wilde solo gaan en eigenlijk waren we blij met zijn keuze’, grijnst Maclean. ‘We hadden ons eindpunt bereikt en cinema is altijd al mijn eerste liefde geweest. Ik heb kunststudies achter de rug, dus wilde ik graag de controle over onze muziekvideo’s hebben – dát was mijn filmschool. Michael Fassbender had een paar van die in L.A. gedraaide clips gezien en daardoor kon ik een kortfilm met hem draaien: Man on a Motorcycle (2009). Ik had welgeteld één dag met hem en ik moest filmen met mijn gsm, maar ik heb mijn kans gegrepen. Daarna volgde nog een kortfilm met Michael – Pitch Black Heist,die in 2011de BAFTA-award won – en daarna kon ik een eerste langspeelfilm maken.’

Je bent beste vrienden met Michael Fassbender, die een grote Hollywoodster is. Ik las dat hij al voor Slow West tekende nog voor hij het script gelezen had.

JOHN MACLEAN: Dat klopt niet helemaal. Omdat we al hadden samengewerkt, was er wel een groot vertrouwen. Michael werd deze keer ook betrokken bij het schrijfproces, en dat was voor hem een extra motivatie. Een grote naam als Michael mee aan boord hebben, is een droom voor elke debutant. Maar ik ben trots op de hele cast. Na Fassbender wilde ik er graag Kodi Smit-McPhee bij, voor zijn fysieke verschijning. Ik wilde iemand die er fragiel uitzag. Zijn personage is afkomstig uit de aristocratie, dus hij moest een klassiek uiterlijk hebben. Hij vatte ook het optimisme van zijn personage, hoewel hij het in de film hard te verduren krijgt. De meeste van de andere acteurs heb ik puur op zicht gekozen.

Je studeerde schilderkunst aan de Royal College of Art in Londen. Helpt dat om een western, bij uitstek een visueel genre, te maken?

MACLEAN: Absoluut. De camera is nogal statisch in Slow West. In tekenen is compositie het voornaamste, in goede westerns ook. Ik kon terugvallen op een rijk iconografisch verleden, van religieuze schilderijen tot moderne kunst. Dat kan gaan van de manier waarop het bloed op de muur spat in een shoot-out, maar het kan evengoed een verwijzing zijn naar een schilderij van Christus aan het kruis. Het is voor mij ondenkbaar om als filmmaker níét met schilderkunst bezig te zijn.

Slow West oogt alvast klassiek. Zijn er bepaalde titels uit het genre die een grote invloed op je hadden?

MACLEAN:(knikt)McCabe & Mrs. Miller (1971) van Robert Altman, maar ik wilde eigenlijk meer naar films verwijzen die géén western zijn. Er zitten veel meer referenties aan de Japanse of Europese cinema in: Robert Bressons Un condamné à mort s’est échappé en Woman in the Dunes van Hiroshi Teshigahara bijvoorbeeld. Dat zijn films die hun verhaal vertellen aan de hand van objecten. Nu worden te veel films gedraaid met CGI en gigantische sets, waardoor de schilderachtige schoonheid verdwijnt. Ik voel een grotere verwantschap met de werkwijze van Kurosawa of Bresson, die shots maakten van kleine details. Het is veel belangrijker om werk te steken in de manier van belichten, in de locaties en in de kostuums dan te tobben over of je nu vijfhonderd of duizend figuranten nodig hebt. Gelukkig hadden we daar het budget niet voor. In ons geval was het kiezen tussen vijf of tien figuranten. (lacht)

Essentieel voor een goede western zijn de monumentale landschappen. Jij vond die warempel in Nieuw-Zeeland.

MACLEAN: Tot mijn eigen verbazing, want ik had een heel ander soort natuur gezien in de Lord of the Rings-trilogie. Mensen denken bij westerns automatisch aan Monument Valley, waar veel klassiekers van John Ford zich afspelen, maar ik wilde het genre een ander gezicht geven, een beetje zoals Sam Peckinpah (regisseur van o.a. de westernklassieker The Wild Bunch, nvdr.), die bijvoorbeeld veel groen gebruikte. Als Peter Jackson niet in Nieuw-Zeeland aan het werk is, kun je er zijn fantastische crew gebruiken. En dat heb ik gedaan. De man die voor ons de effecten heeft verzorgd, werkt al jaren voor hem. Gek genoeg gaan al die tricky shots waar men zich vooraf de meeste zorgen om maakt haast vanzelf. Dialoogscènes, dát zijn pas moeilijke opnames. Hou die maar eens spannend of verrassend.

Tot in de jaren zestig was de western razend populair. Nu is het genre zo goed als dood. Waaraan ligt dat volgens jou?

MACLEAN: Westerns zijn geen grote boxoffice-successen meer, toch niet in vergelijking met al die comicverfilmingen, hoewel ze romantiek, spanning, fraaie landschappen en alles bevatten wat een filmliefhebber zich kan wensen. Als je gaat luisteren bij mensen uit de branche blijkt dat iedereen doodgraag een western wil maken. Elke producent, regisseur of acteur koestert een verborgen liefde voor het genre. Kennelijk is de western vooral iets voor mensen met cinema in het bloed. Stilletjes hoop ik dat die nog altijd met miljoenen zijn.

SLOW WEST

Vanaf 18/11 in de bioscoop.

DOOR DIETER VANDEN BOSSCHE

John Maclean ‘VANDAAG ZIJN ER TE VEEL FILMS MET CGI EN GIGANTISCHE SETS, WAARDOOR DE SCHILDERACHTIGE SCHOONHEID VERDWIJNT.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content