P.B. GRONDA, schrijver van onder meer Onder vrienden en recenter Straus Park, duikt elke week in de populaire cultuur.

Onlangs had ik me met twee andere mama’s verkleed. Dat mocht, want het was om de cadeautjesvisserij in goede banen te leiden op het kerstfeest van de kleuterschool. Voor ons stonden drie grote plastic bakken waaruit kinderen in ruil voor 1, 3 of 5 euro een pakje mochten vissen, ter sponsoring van de schoolwerking.

Wat me opviel, is dat heel dit gebeuren zonder zenuwinzinkingen of explosies van fysiek geweld verliep. Niettegenstaande de weinig ideale positie in een smalle schoolgang, het boven de schauvliegenorm piekende kinderlawaai, het gehuil, het gelul van de papa’s en het gebrul van hardhorende oma’s, gedoe met stinkend wisselgeld, hooggehakte mama’s met scherp parfum, technische vragen van besluiteloze kinderen, de iets te luid in repeat spelende ninetieshit Tutti quanti abbiamo un angelo van Ron en de niet te onderschatten spanning van een one-size-never-fits-all groene pinnenmuts op een dik hoofd als het mijne, zag ik niemand in de rode lopen van de stress. Niemand van de honderden die passeerden op ongeveer zes vierkante meter.

Ik woon nu lang genoeg in het buitenland om België als het buitenland te beginnen beschouwen. En hoewel ik het grootste deel van de tijd doorbreng op een plek die bezwaarlijk het summum van democratie, economische welvaart of morele vooruitgang kan worden genoemd, maak ik me toch vooral zorgen om de Belgen. De Italianen begrijpen een heleboel zaken nog niet voor de volle honderd procent, maar hoe stress te negeren en gewoon rustig adem te blijven halen en oud te worden, dat nu net wel.

Ontzettend veel Belgen zijn volledig verziekt door stress en angst. De Nederlanders ook, naar het schijnt, maar die zeiken zich er wel een weg uit, in groepsessies van zes per zes. In België zit het dieper. In België zit alles dieper, dat is net een van de problemen. Het nationalistisch zijn, het niet-nationalistisch zijn, die onnozele GAS-boetes hier en daar, een radioprogramma dat al eens stopt, de hoest van de kleinste en een ongelukkige val van Sven Nys. Ja… Vreselijk erg, allemaal, ik weet het. Laten we daar zeker niet te licht overgaan. En dan is het binnenkort weer gewoon werkweek. En het duurt nog lang voor het lente wordt.

De wereld dondert voort en in België wordt er gezeurd over het wegdek en de oogst van de appelen. Die indruk krijg je, alleszins. En dat peperdure Duitse luxewagens ergens gratis worden uitgedeeld.

Alles hebben betekent niet dat het leven maar op te rapen valt. Alles hebben houdt in dat alle elementen die nodig zijn om er iets van te maken a priori voor handen zijn. Toch lijkt het leven voor veel Belgen moeilijker dan voor de Mexicaanse vrouw van 21 die naast me stond te verkopen, aan de bak van 5 euro. Beginnend Italiaans en geen geld om meer dan twee prullen te kopen voor haar zoontje. Leek haar niet te deren, en anders was ze te fier om het te laten doorschijnen. Stress is de ziekte van mensen die zich concentreren op wat ze kunnen verliezen in de plaats van op hetgeen ze al hebben. Eat that, Bond Zonder Naam, die krijg je gratis. En een taaltip: de nadruk in ‘Gelukkig Nieuwjaar’ hoort eigenlijk niet op het woord Nieuwjaar, zoals wij het zeggen. Ook die was gratis.

IN BELGIË ZIT ALLES DIEPER: HET NATIONALISTISCH ZIJN, HET NIET-NATIONALISTISCH ZIJN, DIE ONNOZELE GAS-BOETES, EEN RADIOPROGRAMMA DAT AL EENS STOPT, DE HOEST VAN DE KLEINSTE EN EEN ONGELUKKIGE VAL VAN SVEN NYS.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content