P.B. GRONDA, schrijver van Nemen wij dan samen afscheid van de liefde, Kentucky, mijn land en Onder vrienden, duikt elke week in de populaire cultuur.

Na het horen van Hostile Eyes van The Setup geloof ik dat 2013 een goed jaar zal worden voor de Belgische hardcore. Net zoals 2003 een goed jaar was voor de Belgische hardcore – de Dropkick Murphys op Groezrock! En net zoals 1993 een goed jaar was voor de Belgische hardcore, toen Congress de basis legde voor de H8000-scene.

Hardcoremuziek is kleinschalig, underground en een zaak van doe-het-zelvers. En ze wordt niet gesubsidieerd. Nu ja, onrechtstreeks wel, omdat jeugdhuizen steun kunnen krijgen om onder andere optredens te organiseren. Maar met de paar honderd euro en de tien drankbonnetjes die doorgaans worden betaald, kun je geen cd’s opnemen of instrumenten of de huur van een busje bekostigen. Je drijft dus op passie, overtuiging en de inkomsten van een andere job.

Er was op het einde van 2012 terecht heel wat te doen om schrijvers en muzikanten die door een stomme vergissing van de regering plots veel meer belasting zouden moeten betalen op hun inkomsten uit auteursrechten. Dat werd gelukkig rechtgezet. Het incident maakte wel duidelijk dat veel schrijvers in de armoede leven en daarnaast ook dat ze geweldig kunnen zagen.

Ik ben voor subsidies omdat sommige kunstvormen een maatschappij de kleur geven die ze nodig heeft om meer te zijn dan een hoop boeren binnen bepaalde staatsgrenzen. In het Vlaanderen van CD&V en N-VA en Vlaams Belang klinkt de propaganda dat gesubsidieerde cultuur voor ‘elke belastingbetaler’ moet zijn steeds luider. Al wie dat echt gelooft, kan evengoed meteen alle boeken verbranden. Ik betaal ook belastingen en die gaan naar bijvoorbeeld campagnes tegen roken en voor het dragen van de gordel. Heb ik niks aan want ik rook niet en ben niet levensmoe. En dat is nu net de bedoeling van het systeem: maatschappelijke herverdeling van een deel van de individuele verdiensten.

Anderzijds kan ik als schrijver die bij tijden drie of vier jobs combineert weinig begrip opbrengen voor schrijvende hobbyisten die klagen dat ze te weinig verdienen met hun schrijfsels en dan maar ‘werkloos zijn’ of gaan zitten wachten tot de overheid ‘er eindelijk iets aan doet’.

Toen ik nog jong was, durfde ik ook wel eens te klagen: ik ben toch een ongeëvenaard talent, waarom kopen er godverdomme geen half miljoen mensen mijn boek – en als Vlaanderen niet zo’n kleine provincie zou zijn, maar een land met 50 of 60 miljoen inwoners, dan hadden we tenminste een leefbare markt.

De waarheid is dat veel boeken nu eenmaal niet interessant zijn voor een groot publiek, literair of populair. De waarheid is ook dat veel Vlaamse schrijvers vandaag niet door de natuurlijke selectie van uitgeverijen en de grotere concurrentie in een professioneler land zouden raken.

Een volwassen maatschappij koestert haar kunsten en leert ervan. Zo ver zijn we hier duidelijk nog niet. Maar laten we ons daar vooral niet te veel van aantrekken en doorwerken. Want je lot laten afhangen van een trut zoals Joke Schauvliege of de volgende excuusminister? Fuck off, daarvoor heb ik te lang hardcore gespeeld. 2013 wordt een goed jaar voor de Belgische literatuur.

JE LOT LATEN AFHANGEN VAN EEN TRUT ZOALS JOKE SCHAUVLIEGE OF DE VOLGENDE EXCUUSMINISTER? FUCK OFF, DAARVOOR HEB IK TE LANG HARDCORE GESPEELD.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content