PB GRONDA, auteur van Nemen wij dan samen afscheid van de liefde, Kentucky, mijn land en het nieuwe Onder vrienden duikt elke week in de populaire cultuur.

Onlangs zag ik Michel Wuyts Sven Nys interviewen voor Het Journaal en wat ontstond, was niets minder dan een perfecte metafoor voor ons land en de opborrelende confrontatie tussen de oude en de nieuwe wereld – of tussen de generaties, als je wil.

Velen zullen denken dat het een grap is, maar mijn vier echte vrienden, mijn hond en mijn adembenemende Russische lief weten dat ik elk woord meen als ik zeg dat Sven Nys de enige Belg is van wie ik echt fan ben.

Sven Nys bezit namelijk alle kwaliteiten die in België vaak ontbreken en die dus zo veel mogelijk gepromoot moeten worden. Realisme, doeltreffendheid, zelfzekerheid, professionalisme, planmatigheid, objectieve introspectie en duidelijkheid in communicatie. Oh ja, en ook: beter presteren dan al de rest.

Het enige kleine nadeel aan Sven Nys is dat hij zijn hele leven heeft gewijd aan dat onnozele veldrijden. Want dat is echt wat de naam laat vermoeden: rijden, in een veld. In de modder, en zo, tegen een paar Hollanders en wat Tsjechen en vooral tegen heel veel andere volkszonen uit de Kempen.

Maar goed. Positief zijn, net zoals Sven Nys, en even abstractie maken van dat veldtrijden an sich. Dan resteert een knap sportman en iemand die de brug kan leggen tussen de makke Vlaamse burgercultuur en de grootsere aspiraties die dit volk nodig heeft om de komende eeuw te kunnen opboksen tegen landen waar ze met fundamentelere dingen bezig zijn dan het behoud van de 1001 verworvenheden.

Sven Nys toont aan dat uit oer-Vlaamse wortels best een hoge boom kan groeien. In een hoevestijl-nieuwbouwvilla naar VTM kijken ’s avonds, alle concurrentie ver achter zich laten de volgende ochtend. Zo kan het zijn, zo mag het zijn. Aan het culturele kader werken we later wel.

Helaas staat daar dan ook zo’n Michel Wuyts. Wuyts belichaamt op zijn beurt heel wat van de eigenschappen die we in dit land zo veel mogelijk moeten leren te vermijden: zelfoverschatting, navelstaarderij, onnozele adoratie en rond-de-pot-gedraai.

Na een wedstrijd veldrijden – au fond een hoop boerenzonen op speed die rondjes crossen – komt Zijne Wuytsheid dan met de ernst voor een staatsbegrafenis De God Nys enkele vragen stellen. Hij bewijst dan graag dat hij inderdaad de enige mens ter wereld is die zinnen zoals ‘ja, ook dit is Nys, de man, de mens – de gevoelsmens achter de sportheld, het fenomeen’ kan uitspreken… terwijl hij naast Sven Nys staat. Je moet maar durven. Door de grond zakken, zou ik. In de plaats van zowel de ene als de andere.

Wat Wuyts doet, vast met goede bedoelingen – nog iets waar we van af moeten, trouwens – is wat we hier op alle vlakken al te vaak doen: talent wurgen en ironisch genoeg verdoemen tot provincialisme door het prematuur dood te knuffelen en van kritiek te ontheffen. Zo’n interview, dat is aangezwollen zever naast droge efficiëntie. Protserigheid naast prestatie. Wuyts naast Nys. Zeg dus niet wat Sven Nys zo fantastisch doet, maar vraag wat er nog beter kan. Vindt hij vast uitstekend.

‘SVEN NYS IS DE ENIGE BELG

VAN WIE IK ECHT FAN BEN –

SPIJTIG DAT HIJ ZIJN LEVEN

WIJDT AAN DAT ONNOZELE

VELDRIJDEN.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content