Met ‘Dolls’, zijn tiende film in ruim dertien jaar, heeft Takeshi ‘Beat’ Kitano de esthetiek van geweld kordaat opgeborgen. Of toch niet? ‘Persoonlijk vind ik dit de gewelddadigSTe film die ik ooit heb gemaakt.’

Dolls Vanaf 4/6 in de bioscoop

Dolls is een zuivere brok visuele hypnose, een formeel strakke trip door de literaire, theatrale en picturale gemeenplaatsen van Japan. Net als in het 17e-eeuwse bunraku-poppentheater (waarmee de film ook opent) bewegen de personages zich als levende poppen voort, onverstoorbaar op weg naar de dood. De film bestaat uit drie verhalen vol amour fou en noodlot: twee fatale geliefden doorkruisen als de door een rode draad ‘gebonden bedelaars’ streken en seizoenen; een yakuza-baas probeert in een parkje een liefdesbelofte uit het verleden te doen herleven; en een door een ongeval getekende popzangeres vindt contact met een obsessionele fan. Oorzaak, gevolg, schuld, verantwoordelijkheid, in Takeshi Kitano’s afgemeten deterministische universum zijn de begrippen vogelvrij, even noodzakelijk als een vallend blad, even dwalend als de gestoorde mensen zelf. Katsumi Yanagishima’s snijdende fotografie, modegod Yohji Yamamoto’s knappe kostuums en vooral Kitano’s strenge acteursregie en montage maken van Dolls een twee uur lange, bedrieglijk naïeve vlucht in nippon-folklore en yen-zen, een kritische meditatie over een land dat in een paar decennia tijd zijn erfgoed heeft verwaarloosd.

Volgens de Japanse folklore wordt iedereen geboren met een rode draad rond de vinger, die naar de ware liefde moet leiden. Is de symboliek in de film een verwijzing naar dat gebruik?

Kitano: Zeker. Mannen en vrouwen die voor elkaar gemaakt zijn, zijn volgens de traditie verbonden met een rode draad. Er is ook een uitdrukking, iets in de zin van ‘de noodlottige rode draad’. Daarnaast zijn er in Japan seizoensfestivals waar de jonge mannen een boog door de straten dragen met een rode draad aan. De rode kleur wordt trouwens ook in de kabuki-stukken gebruikt: de ‘goeien’ hebben vaak een rode wenkbrauw, ‘de slechten’ een blauwe. Er zitten in de film dus inderdaad heel wat verwijzingen naar traditie, folklore en dergelijke. Mijn crew en ik hadden ook genoeg tijd om te bedenken hoe we die code bij de gebonden minnaars zouden uitbeelden. We kwamen met diverse schakeringen van rood voor de dag, die een en ander moesten illustreren. We bedachten zelfs verschillende manieren om de draad te verven. Ik was me dus echt wel heel erg bewust van de manier waarop de kleur hun relatie kon verbeelden.

Spijtig dat een westers publiek die culturele betekenissen niet kent.

Kitano: Ach, zelfs in Japan begrijpen ze vandaag de dag geen snars meer van die verwijzingen.

Daarom doet u het ook.

Kitano:(lacht) Ja, dat kan best. In elk geval, om het publiek, of het nu Japans of westers is, maak ik me weinig zorgen.

In de westerse traditie heeft zo’n draad ook betekenis. Bij de Grieken was hij verbonden met de notie van noodlot en er is de uitdrukking: ‘aan een zijden draadje hangen’. Het leven beweegt zich voortdurend op de rand van de fataliteit en de dood.

Kitano: Inderdaad. De 19e-eeuwse Japanse schrijver Akutagawa Ryûnosuke noemde een van zijn romans De draad van de spin. Dat boek gaat over de tere draad waarmee alles samenhangt, en die makkelijk kan worden gebroken als een groep mensen met de spin en zijn net wil beginnen sollen. De draad is een meta- foor voor iets als het noodlot bijvoorbeeld, of de levensbestemming tout court.

De personages dragen duidelijk mythisch gewicht. Maar als je ze letterlijk neemt, moet je besluiten dat ze echt pathologisch handelen.

Kitano: De drie vertellingen zijn min of meer archetypisch. Ze lonken een beetje naar de traditionele, tragische liefdesverhalen van Chikamatsu Monzaemon (Japans toneelschrijver die leefde van 1653 tot 1725, nvdr). Je moet bij zo’n keuze natuurlijk ook meteen denken aan het verschil in mentaliteit tussen Chikamatsu’s tijdperk en dat van de moderne mens. Je kunt het gedrag van mijn figuren zien als een handeling van liefde, van aanvaarding, van berouw of van spijt, volgens de richting die de film uitgaat. Maar als je vanuit het gezichtspunt van de hedendaagse mens kijkt, zijn hun motieven ook wat morbide. Ik wil hun gedrag en de gebeurtenissen in de film niet interpreteren. Elke kijker moet de film op zijn manier bekijken. Maar afhankelijk van de positie die je inneemt, kan hun gedrag heel anders lijken.

De fan in het derde verhaal is een waarlijk verontrustende schepping. Spreek je uit eigen ervaring?

Kitano: De aanbidding van beroemdheden is een universele zaak. Zelfs in Japan hoor je verhalen over stalking, over hoe fans hun idool willen ombrengen. Het leuke aan de zaak is dat de acteur die de fan speelt mij ook in werkelijkheid heeft achtervolgd. Hij was op reis in India, zo vertelde hij me, toen hij plots een openbaring kreeg. Hij moest Takeshi Kitano gaan opzoeken, werd hem ingefluisterd. Hij keerde terug naar Japan en wachtte – echt waar – twee tot drie maanden buiten voor alle plaatsen waar ik werkte. Elke dag, elke dag! Dus vroeg ik hem uiteindelijk: ‘Wat moet je hier?’ En hij: ‘Ik kreeg een openbaring in India dat ik Takeshi Kitano moest gaan opzoeken.’ Ik bedoel maar, hij wachtte verdorie drie maanden! Dat leek me lang genoeg om zijn oprechtheid te bewijzen. Dus gaf ik hem een baantje als mijn chauffeur. Hij is nu al verscheidene jaren bij me in dienst en hij is een prima chauffeur. Hij werkt keihard. Als bonus gaf ik hem een rol in de film. Zeg nu zelf: het werkt toch perfect voor hem! Het moet wel, want hij is de kerel. Hij speelt niet zomaar een personage. Neen, hij is, hij was Nukui. Hij was een groupie!

De film is een puur esthetische ervaring, maar daartegenover staat de metafoor van twee mensen die als marionetten aan een touwtje hun dood tegemoet lopen. Op dat punt verschilt de film toch weer niet van de ‘yakuza’-films, waar de dood als joker rondloopt. Alle personages willen het niets overtreffen, met geweld of liefde.

Kitano: Weet je, ik heb een ingenieursopleiding gevolgd, met een flinke hap fysica daarin. In fysica leer je dat het niets eigenlijk alles is. Niets is het begin van plus en min, de oorzaak van de big bang en het universum. Jouw interpretatie is zeker een manier om naar de yakuza-films en deze film te kijken. Persoonlijk vind ik Dolls de gewelddadigste film die ik ooit heb gemaakt. Maar niet om jouw redenen. De yakuza-personages zijn bereid op elk moment te sterven. Zij ervaren op een dagelijkse basis hoe hun leven aan een draadje hangt. Maar de mensen in Dolls zijn niet echt bereid te sterven. Hoe ze sterven, is dan ook niet op een logische manier te verklaren. De redenen voor hun dood ontsnappen ons. In die zin is de dood van de personages in Dolls veel onverwachter dan die van de personages in de andere films.

Hoe vreemd het ook uitdraait, één ding weten we: met eerlijkheid en gelijkheid heeft het leven niets te maken. We komen er fundamenteel ongelijk in, sommigen véél rijker of slimmer dan anderen, en dan moeten we onszelf ervan overtuigen dat iedereen gelijke kansen heeft. De dood daarentegen is wel eerlijk, billijk en gelijk voor iedereen. De dood kan iedereen zomaar overkomen, overal en altijd. De dood kan op een wrede en plotselinge manier bij de personages toeslaan, dat heb ik wellicht willen benadrukken. Maar ik denk niet dat ik op je vraag heb geantwoord, niet?

Welke vraag?

Kitano: Precies.

Neen, ik wou enkel zeggen dat je niet kunt ontkennen dat de ‘fous amoureux’ op weg zijn naar de dood. Net zoals de agent in ‘Hana-Bi’ met zijn zieke vrouw op weg is naar de dood. Allemaal willen ze het de dood betaald zetten.

Kitano: De personages in Dolls bezitten bepaalde van Chikamatsu’s verhalende elementen, maar eigenlijk wonen ze in de moderne, actuele wereld. Ook die van de yakuza’s dus. Ze stellen daden hier en nu, doen iets om hun loopbaan te verzekeren, doen iets om de herinnering aan iemand anders levend te houden en blablabla. Ze krijgen een soort beloning door bepaalde acties te ondernemen en andere te veroorzaken. Neem nu Matsumoto: de kerel had toch gewoon met het meisje moeten trouwen en nog lang en gelukkig moeten leven, niet? Hij had niet moeten sterven, als hij die koers in het leven maar had gevaren. En de yakuza-baas had moeten thuisblijven en niet elke dag in het park gaan zitten om haar te kunnen ontmoeten. Had hij zich thuis opgesloten, dan was hij nog in leven geweest. En zelfs Nukui, de groupie, had een ander object van devotie moeten kiezen en zijn leven moeten herpakken. Maar neen, allen kozen ze een welbepaald pad, een koers van handelen. En allen krijgen ze een welbepaalde soort beloning. Maar voor elke beloning moet er een vergelding zijn. En daarom valt de dood ze op het hoofd. Om quitte te staan, om met gelijke munt te betalen.

Even wat uitleg bij een shot: als Matsumoto met de wagen het hospitaal nadert, last u tussen het ogenblik dat hij vertraagt en tot stilstand komt een shot in van de wagen zoals we hem pas veel later te zien krijgen.

Kitano: Met deze film ben ik wat beginnen te experimenteren met de tijd in een film. Dat shot, die cut, zit daar om de perceptie van tijd bij het publiek even in de war te brengen.

U geniet echt van montage, niet?

Kitano: Het is het aangenaamste proces van filmmaken. Soms word ik in het Westen weleens verward met een regisseur als John Woo. Men denkt dat ik Hongkongfilms maak, terwijl ik Japanner ben. Nu, ik heb veel respect voor Woo, maar ik kan me absoluut niet voorstellen dat ik aan een film begin waarvan ik de final cut niet heb. Het lijkt me zelfs totaal zinloos om aan een film te beginnen als je hem niet kunt monteren zoals je hem ziet. Maar nu, wat dat shot betreft. De geschiedenis van de schilderkunst – van realisme naar impressionisme naar kubisme enzovoort – bewijst toch dat een kunstenaar iets anders moet durven proberen, niet? Wat me nu vooral bezig houdt, is de manier om de lineaire structuur van een verhaal op een totaal willekeurige manier te doorbreken. En die auto, let op, maakte ik opzettelijk geel opdat je hem goed zou zien.

En waar komt dat onvoorstelbare shot net voor het einde vandaan, met de bedelaars, een tak en bergen?

Kitano: Dat heeft niets met schilderkunst of literatuur te maken. Ik wou dat de tak parallel met het scherm stond en dat er bergen in de achtergrond te zien waren. Het is een van de weinige shots die we met digital compositing hebben gedaan.

Tot slot: heeft de regisseur Kitano de stand-up comedian Kitano van de troon gestoten?

Kitano: Tot voor enkele jaren was mijn positie voor mezelf heel duidelijk: oké, je échte beroep is komiek, films maak je eigenlijk als verzetje. Maar sinds kort is mijn regisseurskant zich steeds sterker gaan profileren. En dat is goed voor me, omdat beide kanten nu elkaar aanvullen. Ze versterken elkaar en dat zint me wel.

Door Jo Smets

‘Ik kan me absoluut niet voorstellen dat ik aan een film begin waarvan ik de final cut niet heb.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content