Nog voor de British Broadcasting Corporation de serie begin dit jaar op het scherm bracht, was de dramareeks ‘Rebel Heart’ al goed voor de nodige controverse. De teleurstellende kijkcijfers maakten daar evenwel vlug een eind aan. Door Ben Van Alboom.

Vijf jaar geleden blikte de Ierse filmmaker Neil Jordan al eens een film in over dezelfde periode. Jordan had zichzelf voordien in de kijker gewerkt met zijn uitstekende adaptatie van de roman Interview with the Vampire van Anne Rice, maar over het kanaal had iedereen toen nog steeds de mond vol over zijn ophefmakende drama The Crying Game. Die film vertelde het verhaal van een terrorist van het Iers Republikeins Leger die aan een romantisch avontuur begint met het liefje van een Brits soldaat die hij per ongeluk om het leven bracht. Hoewel achter het opzet nog wel meer verwikkelingen schuilgingen, deed de Noord-Ierse unionistenpartij er alles aan om de reputatie van Jordan door het slijk te halen.

Hetzelfde gebeurde toen de filmmaker besloot het leven van Michael Collins in beeld te brengen. De Ierse acteur Liam Neeson kroop toen in de huid van de beruchte verzetsstrijder die de Britten uit Ierland verdreef. Jordan kreeg opnieuw het verwijt rekruten te willen ronselen voor het Iers Republikeins Leger en de geschiedschrijving te veranderen in het voordeel van Sinn Fein. De filmmaker beet van zich af: ‘Mensen die mij ervan beschuldigen het vredesproces in gevaar te brengen, hebben zelf geen zin het vechten te staken.’

In zeker opzicht lijkt de televisieserie Rebel Heart van John Strickland op Neil Jordans bioscoopfilm Michael Collins. Het verschil zit hem in het (fictieve) personage van Ernie Coyne uit de nieuwe dramareeks van de BBC. Terwijl Collins mee de omstreden beslissing nam om Noord-Ierland af te staan aan de Britse kroon, wil Coyne van geen compromis weten. Hij heeft slechts één doel voor ogen: de onvoorwaardelijke terugtrekking van de Britse troepen.

De Noord-Ierse premier en Nobelprijswinnaar David Trimble, lid van de Britsgezinde Ulster Unionist Party, reageerde midden vorig jaar al furieus op de beslissing van de Britse openbare omroep om de miniserie te financieren en later ook uit te zenden. Vooral scenarist Ronan Bennett kreeg het zwaar te verduren. Bennett werd begin jaren ’70 beschuldigd van de moord op een Britse officier en zat later ook nog eens in voorhechtenis voor het beramen van bomaanslagen. Telkens werd hij vrijgesproken bij gebrek aan bewijzen. Op zich al reden genoeg om te geloven dat Bennett met de zaken niets te maken had, want de Britse regering draaide er in die periode zijn hand niet voor om om vermeende terroristen tot levenslang te veroordelen op basis van de getuigenis van een zuigeling. Toch blijven Trimble en de conservatieve Britse pers heilig geloven in de schuld van Bennett. Ze verwijten de scenarist, die eerder meewerkte aan de misdaadfilm Face van Antonia Bird en waarvan binnenkort ook de komedie Lucky Break van Peter Cattaneo ( The Full Monty) in de zalen te zien is, een eenzijdig verhaal te hebben geschreven waarin hij moedwillig de geschiedenis van Ierland heeft herschreven. De premier had de televisieserie dan wel nog niet gezien, sinds Neil Jordan Michael Collins inblikte en Jim Sheridan met In the Name of the Father op de proppen kwam, hebben ze op het partijbureau van de unionisten een standaardrepliek liggen voor dergelijke situaties. In zekere zin kun je het hen zelfs niet eens kwalijk nemen, want het geschil wordt in films en televisieseries vrijwel altijd beslecht in het voordeel van de Ierse republikeinen. Het verzet van de verdrukte katholieken is nu eenmaal een dankbaarder onderwerp dan de verdrukking van de protestantse bezetter. Of zoals Bennett zelf schreef in een reactie op de beschuldigingen van Trimble: ‘Als je gevraagd wordt een scenario te schrijven over een opstand van nationalisten die vechten om de onafhankelijkheid van hun land, is de verleiding groot om het verhaal op te hangen aan de protagonisten in plaats van de antagonisten. Dat lijkt me niet moeilijk te begrijpen. Had men mij gevraagd een televisieserie neer te pennen over het ontstaan van de Noord-Ierland, zou het resultaat er overigens volledig anders uitgezien hebben.’ Bennett ging in zijn repliek zelfs nog een stapje verder: ‘Trimble en de zijnen vinden me niet geschikt om dit verhaal te schrijven en ze vinden me vast en zeker ook niet geschikt om hun verhaal te schrijven. Wat ze eigenlijk willen zeggen is dat ik niet geschikt ben om te schrijven. Enkel wie de politieke agenda van de Ulster Unionist Party deelt, heeft het recht om scenario’s te schrijven en films te maken. Dat is fascistisch. Dat mijn scenario eenzijdig zou zijn, is trouwens onzin. Ik heb al voldoende dingen geschreven om te weten wat werkt en wat niet werkt. Welnu, een eenzijdig verhaal waarin het publiek met politieke propaganda om de oren geslagen wordt, werkt niet.’

Hoewel de kritiek van Trimble inderdaad kortzichtig was, had Bennett het evenmin bij het rechte eind. Het scenario van de serie mag dan al weloverwogen in elkaar gestoken zijn, het Britse publiek liet het eindresultaat links liggen. Slechts drie miljoen televisiekijkers stemden af op de eerste aflevering van de miniserie met een prijskaartje van zes miljoen pond. De dramareeks deed het daarmee enkel beter dan een herhaling op Channel 4 van de monsterfilm Anaconda waarin Jennifer Lopez wordt aangevallen door een slang van twintig meter. Nochtans is Rebel Heart een degelijke miniserie in vier afleveringen van telkens vijftig minuten. John Strickland kreeg er onlangs op het Monte-Carlo Television Festival zelfs de prijs voor de beste regie voor. Op de mise-en-scène is dan ook nauwelijks iets aan te merken. Strickland brengt alles (van de mislukte opstand tegen de Britten in de eerste aflevering, tot het ongenoegen over de verdeling van Ierland in het slot) keurig in beeld. Misschien is niet elke aflevering even spectaculair als de eerste, maar de reeks bevat voldoende intriges en menselijke tragedies om niet te vervelen. Ook het scenario van Bennett draagt bij tot het welslagen van de reeks. De romantische rode draad doorheen de vier afleveringen _ denk aan Pearl Harbor _ wordt er bij momenten dan wel met de haren bij gesleurd, de karaktertekening van de verschillende personages is voldoende uitgewerkt. Zo komt de beslissing van Ernie Coyne om desnoods de wapens op te nemen tegen de voorstanders van het verdrag met de Britten niet aan als een donderslag bij heldere hemel en worden de motieven van Michael Collins om het verdrag goed te keuren niet afgedaan als landverraad.

Het is evenwel jammer dat Bennett geen commissie kreeg om meer dan vier afleveringen te schrijven. Om alles op minder dan vier uur tijd klaar te kunnen spelen, worden de historische gebeurtenissen soms nogal anekdotisch afgehandeld. Ook met de veelal onbekende acteurs wordt niet altijd even zorgvuldig omgesprongen. Iedereen zet dan wel een meer dan verdienstelijke rol neer, door het grote aantal schietpartijen en executies halen velen niet eens het einde van de eerste aflevering. Zonde, hoewel het tegelijkertijd zijn effect niet mist.

De aantijgingen van Trimble raken tenslotte kant noch wal. Bennett en Strickland verheerlijken de oorlog tegen de Britse bezetter niet en schetsen een historisch nauwkeurig beeld van het ontstaan van de Vrijstaat Ierland en de huidige problematiek in Noord-Ierland. Alleen de Britten komen niet altijd even goed weg. Van een Nobelprijswinnaar zou je nochtans verwachten dat hij de relatie tussen het Ierse en het Britse volk in het begin van de vorige eeuw op zijn minst in de juiste context weet te plaatsen.

Bennett en Strickland verheerlijken de oorlog tegen de Britse bezetter niet en schetsen een historisch nauwkeurig beeld van het ontstaan van de Vrijstaat Ierland en de huidige problematiek in Noord-Ierland.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content