Het is ABC (Caskets) uit Los Angeles die de kisten timmert voor Six Feet Under, maar het is HBO die het allemaal mogelijk maakte. Het derde seizoen loopt op Kanaal Twee. Interviews: Stefaan Werbrouck. Tekst: Jo Smets

Claire, are you depressed?’ vraagt moeder Ruth. ‘I’m not going to even answer that’, antwoordt haar dochter. Waarop Ruth als volgt komaf maakt met de bron van zorgen: ‘Well, what- ever you’re going through, I hope you’re not going to blame me!’ Zeg nu niet dat u ook zo tegen uw moeder spreekt, maar wel dat u na twee seizoenen 6FU meteen weer de smaak te pakken heeft. Het is weer genieten, vooral dankzij de laconieke humor die de levenden in Pasadena wat dichter bij de doden brengt en hen tot een beter of een toch zo goed mogelijk leven lijkt aan te sporen. Denk aan de oude die voor de kist van zijn vrouw staat en zegt: ‘Jullie hebben prachtig werk geleverd.’ Waarop David, de homozoon, glundert: ‘We doen ons best.’ En de ouwe besluit: ‘Als er enige rechtvaardigheid bestaat in het universum, dan schept ze nu stront in de hel.’

Op een wat duistere wijze staat het wel en wee van de levenden in 6FU in verband met dat van de doden, die ten huize van de Fischers hun laatste oplapbeurt krijgen. De meest geliefde doodgraverfamilie uit de teeveegeschiedenis lijkt een tijd lang zichzelf op te baren en beleeft elke dag alsof iemand hen net een oor heeft aangenaaid. Kosmische rechtvaardigheid, het staat niet in het woordenboek van Alan Ball, schepper van hemel en teraardebestelling en niet vies van de invloed der kosmologische fysica op zijn hitserie. Hij heeft een buitenverblijfje in Lake Arrowhead waar hij geregeld Los Angeles en ’the industry’ even de rug toekeert, om er urenlang naar The Discovery Channel te kijken. Zo ontdekte hij dat er in de wereld van fysica empirisch bewijs bestaat voor de stelling dat het universum zich voortdurend opdeelt in parallelle universa.

Parallelle universa? ‘Perfect Circles’, de eerste aflevering van het derde seizoen, begint niet met de traditiegetrouwe openingssequensen waarin iemand het hoekje om gaat. Wel met een aantal alternatieve werkelijkheden of what-ifs voor het leven van Nathaniel Fisher Jr., de heterozoon en centrale figuur van de nieuwe reeks: Wat als Nate nu eens stierf tijdens de hersenoperatie waar hij aan het einde van het tweede seizoen voor stond? Wat indien hij overleefde, maar een beroerte kreeg? Wat als hij de operatie doorkwam en met Lisa zou trouwen, de vriendin uit het verleden die zijn kind draagt in het heden? Wat als Nathaniel, Sr. met een andere vrouw was getrouwd en er een totaal verschillende Nate zou zijn geboren?

Zoals voor Nate het leven even over een reeks andere mogelijke werelden gaat, zo gaat voor Ball het derde seizoen over keuzes. Daarmee wil hij zeggen dat de werkelijkheid waarin Nate zich op het einde van die eerste aflevering bevindt, door hem daadwerkelijk is gekozen. Als je in je leven voor een bepaalde keuze staat, is voor het juiste kiezen niet altijd de gemakkelijkste oplossing. Keuzes staan centraal in de nieuwe reeks afleveringen: als je een keuze maakt, verwerp je met- een een hoop andere. Het zijn de dagelijkse dilemma’s die hij in zijn scripts isoleert, en de conflicten waarin de personages terechtkomen die hun leven lachwekkend, absurd, verward en ook grappig maken. Het is nooit simpel, het leven, en zeker niet voor de Fishers, die het alsmaar ingewikkelder gaan ervaren. Nu, voor de kijker maakt dat geen moer uit, want ook seizoen 3 belooft meer van ‘ sex, death and weirdness,’ zoals Ball zijn kind omschrijft.

Voor executive producer Alan Poul is het verhaal van 6FU een perfect samengaan van toeval en goede initiële omstandigheden. Dat laat zich eigenlijk in drie letters vertalen: HBO, de kabeltelevisiezender die ongeveer alles mag doen wat de openbare zenders niet mogen, en met- een voor het meest risicovolle en vernieuwende heeft geopteerd. Want waar de meeste zenders na hun green light toch tests willen of zich contractueel het recht toe-eigenen om de show uit de ether te halen na een paar opgenomen en uitgezonden afleveringen, liet HBO de eerste reeks meteen volledig draaien. Chris Albrecht, de man die Balls talent onmiddellijk herkende, had zelfs al een integrale tweede reeks aangevraagd alvorens ook maar één aflevering van de tweede reeks was uitgezonden. Dat de serie aansloeg bij een erg breed publiek was uiteraard een bekrachtiging van dat vertrouwen. Poul had wel verwacht dat er ergens een publiek zou bestaan: hoog opgeleid, stedelijk, ietwat gesofisticeerd. Maar dat mensen uit alle hoeken van de samenleving zich zouden aangesproken voelen door psychisch en seksueel dolende homo- en heteropersonages, dat had niemand kunnen voorspellen. Het monstersucces, gevolgd door een clean sweep op zowat alle grote Awards, is dan ook voor acteurs, producers en schrijvers nog steeds een verbijsterend fenomeen. Zeker voor een serie met zo’n macaber uitgangspunt, zoals voortdurend in de pers wordt benadrukt. Op Kanaal Twee wordt 6FU weliswaar in het achterportaaltje geplaatst van het lijkenhuis waarin onze televisie is veranderd, maar niet in de VS: prime time is het daar wanneer de een al wat morbider dan de andere aan zijn eind komt. Voor Poul is het duidelijk de aanpak van de makers die het verschil maakt: ‘Het voornaamste is dat er over die opening deaths een onuitgesproken afspraak bestaat met het publiek: dát er iemand gaat sterven, weet iedereen. Op het ogenblik dat je in zo’n sequens de camera fixeert op één persoon, verwacht iedereen bewust of onbewust dat die persoon de pineut zal zijn.

De openingssequens is dus een heel interactieve aangelegenheid. Soms is het rechttoe rechtaan zo dat het effectief ook die persoon is die overlijdt. Maar af en toe zetten we je op het verkeerde been, laten we je veronderstellen dat het die zal zijn, maar keren we plots naar iemand anders. Een zeldzame keer nemen we je zelfs dubbel te grazen, als we je laten vermoeden dat het die persoon wordt, waarna we onze aandacht op iemand anders richten, om dan toch de zaak te beëindigen met de dood van de eerste persoon. Zo’n directe relatie met de verwachtingen van de kijker is waar we naar streven bij de aanpak van die sterfscènes. We zijn er niet zomaar op uit om steeds wildere, nog verder gezochte of meer afschuwelijke manieren van heengaan te vinden, want we willen uiteindelijk nog true to life blijven. Daarom zoeken we altijd een reële balans tussen het stille heengaan – de natuurlijke dood -, de tragische dood en de, laat ons zeggen, flamboyant komische sterfgevallen.’

Zoals elk goed spul over leven en dood evolueert 6FU naar een soort van kosmische triomf van de vrouw, meer bepaald: de moeder. En dat, kun je nagaan, terwijl de drie mannen – Nate (Peter Krause), David (Michael Hall) en Frederico (Freddy Rodriguez) – zich meer en meer afvragen of ze ooit ergens de dieper liggende zin zullen vinden, zo die al bestaat. Ruth Fisher (Frances Conroy) ontwikkelt zich van een door sleur en bekrompenheid voortgedreven sloor tot een assertieve en open vrouw, onder meer onder invloed van het nieuwe personage Bettina, gespeeld door Kathy Bates (zij regisseerde al drie afleveringen van de eerste twee reeksen). Ook Ruths behoorlijk somber gestemde dochter Claire (Laura Ambrose) drukt die rehabilitatie van het vrouwelijke uit. Het leven is zo absurd dat er maar één uitweg mogelijk lijkt: de kunst. Het leven leren, dat is de kunst: ‘Als we ons leven op de juiste manier aanpakken, dan wordt alles wat we doen een kunstwerk.’ Het arme wicht, denkt gay David die op het einde van seizoen 2 nog dikker – drie duim dik – ‘in de shit’ zit met zijn liefdesleven en dan, toepasselijk, maar wat shit zit te roken. Hij verdwijnt in seizoen 3 zelfs een paar episodes uit beeld, maar naar verluidt zet hij het later op een zingen. The future’s bright and gay? l

Interviews: Stefaan Werbrouck Tekst: Jo Smets

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content