‘DIT TREKT OP NIETS. ALLEZ, OP NIETS ANDERS’

Het is niet omdat het Gentse rockduo Madensuyu al eenentwintig jaar in de marge zwoegt dat het steen en been klaagt. Integendeel: deze fanatieke minionderneming zonder winstoogmerk morst met dankbaarheid. Nog het meest op de pas gebaarde derde plaat Stabat Mater. ‘Thuiskomen en op onze knieën vallen, dat doen we graag.’

Madensuyu, dat zijn Stijn Ylode De Gezelle (gitaar, rechts op de foto) en Pieterjan Vervondel (drums). Dat is altijd zo geweest en zal wellicht altijd zo blijven. Sinds ze in hun tienerjaren een verbond smeedden in Afsnee, een zedige nederzetting in het Gentse achterland, heeft dit tweetal een opmerkelijke ep gemaakt (Adjust We, 2005), alsook drie langspelers: A Field Between (2006), D Is Done (2008), en Stabat Mater dus. Een betrekkelijk zwaarwegend oeuvre. Figuurlijk, vanwege de rauwe en viscerale avantrock die erop staat. Letterlijk, vanwege de gewoonte om de klinische cd-doosjes te stofferen met betonijzer, palmtakje, zekering, spiegeltje of esdoornhout. Om op te vallen, ja. Maar ook omdat het hart dat ingeeft.

STIJN YLODE DE GEZELLE: Die cd-doosjes en hoezen zijn iedere keer weer een odyssee. Maar we willen het zo. Aan de vinylversie van Stabat Mater moeten we nog beginnen – bij de limited edition ervan zit ook hout – maar het zal bijzonder krap worden om alles op tijd klaar te krijgen, want we zitten al volledig in repetitiemodus. Dat is extreem bij ons. We willen altijd tot in de puntjes voorbereid zijn: aan de setlist sleutelen zodat de verhaallijn spannend blijft, bruggetjes maken, sferen overdragen naar andere nummers. Leuk, maar het neemt ons wel volledig in beslag. In die mate dat ik gisteren tijdens het scheren tandpasta op mijn gezicht wilde smeren. (lachje) Als ik dezer dagen al zou koken, loopt het gegarandeerd faliekant af.

Het uitgangspunt voor Stabat Mater is de gelijknamige Latijnse hymne uit de middeleeuwen. Maria ziet haar zoon Jezus sterven aan het kruis, maar houdt zich ondanks haar lijden toch taai.

DE GEZELLE: Initieel moest deze plaat een eerbetoon aan mijn moeder worden, die heel bepalend is geweest in mijn muzikale opvoeding. Ze speelde klassieke piano, een geluid dat mij vandaag nog altijd energie geeft, en een veilig gevoel. Vandaar de piste om expliciet aan de slag te gaan met een werk dat al vaak op klassieke muziek is gezet. Gaandeweg is dat idee uitgegroeid tot een dankbetuiging aan mijn zwangere vriendin, en een ode aan de door mannen vaak onderschatte kracht die in de vrouw schuilt.

Dus je vriendin is zwanger en jij grijpt naar een drama over een vrouw die haar kind op gruwelijke wijze verliest.

DE GEZELLE: Net om het sterke en mooie van de vrouw aan te tonen. Dat zit ook vervat in de eerste woorden van dat gedicht: stabat mater dolorosa, de kwijnende moeder blijft staan, ondanks dat immense verlies. Volgens mij is alleen een moeder tot zo’n kracht in staat, vanwege die allesomvattende binding met haar kind. Dat maakt het heel universeel: voor mij zit de kern van het mens-zijn erin vervlochten.

Als jij dat idee uitwerkt, veronderstel je dan dat Pieterjan jouw research ook eens doorneemt?

DE GEZELLE: Neen, want zijn aanvulling is intuïtief. Hij is ook al langer vader, van twee zonen.

PIETERJAN VERVONDEL: Het is pas nu we interviews doen dat ik hoor van waar het allemaal van komt. Zelf heb ik Stabat Mater leren kennen in het eerste dansstuk dat ik ooit gezien heb, op Pergolesi’s Stabat Mater. Heel pakkend. Zeker door erover te babbelen kon ik me direct iets voorstellen bij de thema’s: kracht en dankbaarheid.

DE GEZELLE: Wij hebben zelden tekst of uitleg nodig. Dat vind ik fantastisch aan Madensuyu: dat het zo sterk en puur is dat het onbesproken kan blijven. Heel bizar. Vanaf de eerste seconde hadden we ook een eigen stijl. We wisten meteen: dit trekt op niets. Allez, op niets anders, bedoel ik. (hilariteit)

VERVONDEL: Nog voor ik Stijn kende, was ik al op zetels aan het drummen, en op die plastieken trommels van Sinterklaas die altijd direct kapot waren.

DE GEZELLE: Vanaf het moment dat ik mijn gitaar heb gekocht, ben ik hem beginnen te pushen, terwijl hij nog op potten bezig was. Ik weet niet hoe het kwam dat ik er zo bezeten door was dat het Pieterjan moest zijn. Misschien was toen al duidelijk dat het met potten ook wel ging lukken. (lacht)

VERVONDEL: Toen ik vorige vrijdag alleen naar huis terugreed na de opname van de videoclip – gemaakt door Christina Vandekerckhove, Stijns vriendin – besefte ik plots: fuck, we hebben hier met zes iets gedaan, jammer genoeg met zo goed als geen budget, maar niemand heeft daarover geklaagd. Schoon toch, mensen die aan één zeel kunnen trekken. Geen moment hebben Stijn en ik in die 21 jaar getwijfeld. Ik heb een gezin, Stijn krijgt er een. Maar als we moeten repeteren, moeten we repeteren. Het is geen hobby voor ons.

DE GEZELLE: Heel moeilijk om uit te leggen aan je omgeving, want je brengt er geen centen mee binnen. Maar dit is wat we moeten doen. Anders zouden we onszelf niet zijn.

Hoe moet ik me het songschrijven bij jullie voorstellen?

DE GEZELLE: Dingen in het leven op je af laten komen, wat die ook zijn. Aan deze plaat ging een lange periode vooraf waarin ik cultureel alsmaar gefrustreerder werd. Er was weinig of niets waarvoor ik nog op mijn knieën viel als ik thuiskwam. Uit dankbaarheid alweer, of herkenning. Ik kreeg met de dag meer honger, maar werd niet gevoed. In een soort drift begon ik dingen te maken voor wat deze plaat is geworden.

VERVONDEL: Het moet alleszins rijpen.

DE GEZELLE: En dan komt het er in een gulp uit. Iedereen zit nu op die vijf jaar tussen D Is Done en Stabat Mater te hakken. Terwijl we nog nooit zo snel een plaat hebben gemaakt. Alleen duurde de rijpingsperiode langer. Zelfs de inbraak waarbij mijn gitaar en een harde schijf met demo’s werden gestolen, heeft de boel niet vertraagd: die nummers zaten al in ons lijf.

VERVONDEL: We hebben ook geen nummers over: de plaat is gemaakt met een duidelijke visie. Gisteren hebben we tot bloedens toe het nummer Dolorosa gerepeteerd, dat tamelijk complex in elkaar zit. Live is het alleen wij tweeën, er loopt nergens een tape mee. Maar practice makes performance. Die technische dingen moeten eruit, de emotie er weer in.

Het wemelt van de duo’s in de rock. Maar zelfs als jullie confronterend lawaai maken, blijf je de kwetsbaarheid horen, vind ik.

DE GEZELLE: Mooi dat je dat zegt, want dat is zeker zo bij deze plaat.

Het mes snijdt wel aan beide kanten: het volstaat dat een van jullie iets verkeerd eet om het evenwicht op het podium om zeep te helpen.

VERVONDEL: Dat is al meermaals gebeurd. Maar dan slepen we elkaar erdoor. Een fameus optreden was dat op Theater aan Zee, enkele jaren geleden. Ik heb Stijn bijna op het podium moeten drágen. Maar hij heeft fantastisch gespeeld, en daarna was hij weer de oude.

DE GEZELLE: Spelen is een soort van zalving, een loutering. Dat verklaart ook waarom we het simpelweg moeten blijven doen.

Over jullie cd-doosjes: is dat een kwestie van familie en vrienden optrommelen?

VERVONDEL:(knikt) Sommige jeugdvrienden zijn al bij elke assemblage aanwezig geweest. Maar nu waren er ook weer andere mensen bij.

DE GEZELLE: Het is helemaal geen serieel proces, maar heel speels. Ook al scheuren we er onze broek aan: het blijft zuiver.

Hoe ambitieus is Madensuyu?

DE GEZELLE: Een foute karaktertrek van mij is dat ik te snel wil gaan, dat ik vergeet te kijken naar wat we al bereikt hebben. Dat is niet min. Maar ik wil wél dat zo veel mogelijk mensen ons horen. Alleen: als je vanuit een verkeerde invalshoek wordt bekeken, meer bepaald door de marketing van een platenfirma, stuit je op gesloten deuren. En daar heb ik een probleem mee. Je wordt afgerekend op het feit dat je uit België komt, wat een te kleine markt is. Het ergerlijkste is dat men niet je muziek taxeert, maar wel alles errond. Dus zoekt men naar wat er scheef is aan die twee jongens, om het te kunnen exploiteren. Onze manier van werken en musiceren vraagt blijkbaar een te grote inspanning om op grote schaal te lanceren. Heel vermoeiend. Maar we geven niet op.

Heeft de internationale tournee met de befaamde Britse postpunkgroep Wire nieuwe verwachtingen losgeweekt?

VERVONDEL: Volgens mij zijn er geen deuren opengegaan, maar is het een van die vele kleine stapjes die je als groep onvermijdelijk zet. Niet alleen Wire kent ons nu. Er zijn ondertussen ook veel andere artiesten – ik ga nu niet met namen beginnen te gooien – die we alleen maar van de platen en de boekjes kenden en die onze plaat hebben gekocht. Toen we weer in België waren, kregen we te horen dat J Mascis van Dinosaur Jr. persoonlijk had gevraagd of we zijn voorprogramma konden doen in Antwerpen. Blijkbaar had hij onze show in New York gezien, of er iets over opgevangen. En we konden ook mee met Jon Spencer naar de Balkan.

En?

VERVONDEL: We hebben het niet gedaan. (gelach)

DE GEZELLE: We moesten kinderen maken. (lacht) Neen, het verhaal van D Is Done was verteld, het werd tijd voor iets anders.

VERVONDEL: Dat is niet om ambetant te doen. We hadden gewoon al beslist dat het na de tournee met Wire even gedaan was met optreden.

DE GEZELLE: Een van onze sterkste punten is dat we heel goed weten wat we willen. Dat heeft ons in staat gesteld valkuilen te vermijden, verleidingen te weerstaan. We weten allebei intuïtief dat we iets te beschermen hebben. Daar wijken we niet van af.

STABAT MATER

Uit bij Suyu Makinesi (in eigen beheer).

DOOR KURT BLONDEEL

Pieterjan Vervondel ‘J MASCIS VAN DINOSAUR JR. HAD PERSOONLIJK GEVRAAGD OF WE ZIJN VOORPROGRAMMA KONDEN DOEN IN DE TRIX. EN WE KONDEN OOK MET JON SPENCER NAAR DE BALKAN. WE HEBBEN HET NIET GEDAAN.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content