DE TRAGIEK VAN RICKY GERVAIS

De nieuwe tv-film van The Office is pijnlijk om naar te kijken. En niet op een goede manier.

Er zit een merkwaardige tragiek in David Brent: Life on the Road, de vervolgfilm op The Office. Bijna een uur lang zit je je als kijker af te vragen waarom je nauwelijks moet lachen. Aan de opzet ligt het niet. Vijftien jaar na het laatste Office -seizoen keren de ‘documentairemakers’ terug naar David Brent, ondertussen een vertegenwoordiger van hygiëneproducten in een middelgroot bedrijf. Net op tijd om erbij te zijn wanneer Brent met zijn band Foregone Conclusion op tour vertrekt, in een poging om zijn ware ambitie te verwezenlijken: singer-songwriter worden. Alles voelt vertrouwd. De zelfoverschatting is hetzelfde als vroeger. De ongemakkelijke situaties zijn hetzelfde. De sluikse blikken in de camera zijn hetzelfde. Alleen de humor is dat niet. Meer zelfs: het is bijwijlen zo pijnlijk ongrappig dat je de behoefte voelt een arm om Brents schouder te leggen.

En dan, na een klein uur, stapt Pauline, boekhoudster van het bedrijf, het kantoor van haar bazin binnen om haar bezorgdheid uit te spreken.

‘Ik denk niet dat dit goed is voor hem.’

‘Wat bedoel je? De tournee?’

‘Nee. Deze documentaire. Ik denk dat hij dit alleen doet omdat hij hoopt dat het beter wordt dan de vorige keer. Maar dat wordt het niet. Het zal slechter zijn. Hij was de baas bij Wernham Hogg. Hij werkte samen met vriendelijke mensen. Hier is hij de baas niet. Het is slechter omdat de wereld slechter is geworden. Het is een dog-eat-dog-wereld.’

Het is veruit de beste scène van de film. Precies omdat het het moment is waarop je je realiseert waaróm je niet lacht.

Het is niet grappig omdat de wereld harder is geworden.

***

Ricky Gervais, de man achter David Brent, is al een tijdje rare dingen aan het proberen met humor. In 2001 vernieuwde hij de comedy met The Office, een briljante satire op de roem van de gewone man en het bewijs dat er humor zit in plaatsvervangende schaamte. Die truc herhaalde hij, zij het met tanend succes, in Extras en Life’s Too Short. Waarna Gervais het, een jaar of vijf geleden, over een andere boeg gooide. In Derek, de reeks die hij voor Channel 4 en Netflix maakte, moesten de grappen plaatsmaken voor oprechte sentimentaliteit. De serie, over een groep zorgverleners in de marge van de samenleving, wilde eerder ontroeren dan doen lachen.

Met David Brent: Life on the Road gaat Gervais nog een stap verder. Op voorhand leek het een terugkeer naar zijn eerste en grootste hit, een garantie voor het succes van weleer. De ‘He’s back!’-trailer – met alle goede grappen in de film – bevestigde dat ook. Maar Life on the Road is iets anders geworden: Gervais had geen nostalgie in gedachten, maar een statement over de wereld van nu.

Kort gezegd: hij is er niet blij mee.

Het duurt even voor je het doorhebt, maar Life on the Road draait in de eerste plaats om de confrontatie van het heden met het kantoorleven van vijftien jaar geleden. De boekhoudster heeft namelijk een punt: ten tijde van The Office was Brent omgeven door vriendelijke mensen. Brent was dan wel het hoofdpersonage, de man met wie de kijker zich vereenzelvigde, was Tim: immer geamuseerd, maar zelden hatelijk. In Life on the Road is er geen Tim meer. De nieuwe collega’s van Brent zijn cynische, harde werkers die geen tijd hebben voor onzin. De muzikanten met wie hij op tour trekt, doen dat alleen omdat hij hen dik betaalt, mijden hem buiten de optredens en lachen hem achter zijn rug uit. Vijftien jaar geleden was David Brent een gast die op de zenuwen werkte, maar wel geduld werd. Nu is hij een loser.

Die hardheid trekt Gervais door naar het realityformat. Toen The Office voor het eerst op tv kwam, was het een pastiche op de vijftien minuten roem van de gewone man. Dat is niet meer hoe reality-tv werkt. De gewone man is ondertussen mediawijs genoeg om te weten dat hij een personage speelt en gedraagt zich daar ook naar – een gedachte die ons vorig jaar ook bij de reboot van Temptation Island overviel. ‘Ik weet dat jullie me als de bitch zullen afschilderen, ‘ zegt een van Brents collega’s tegen de camera, ‘maar dan is dat maar zo. Ik kan hem niet uitstaan.’ Zijn baas houdt het op: ‘Ik vind hem irritant en ik sluit mijn deur als ik hem hoor aankomen.’

Dat is meteen ook waarom Life on the Road niet grappig is – of toch niet zo grappig als je zou willen: de humor van The Office werkt alleen als er empathie is. Dolly Parton met misplaatst sérieux een filosofe noemen is alleen grappig als er een pijnlijke stilte op volgt – en niet iemand die ‘Fuck off, twat!’ roept. David Brent heeft een Tim nodig om grappig te zijn. Wat de wereld mist, is empathie voor rare mensen, ook als ze zichzelf overschatten, pijnlijk ongrappig of zelfs ronduit hatelijk zijn: dát is wat Ricky Gervais lijkt te willen zeggen.

***

Mocht dat de enige tragiek zijn die door Life on the Road sluimert, dan hadden we deze tv-film een succes genoemd. Maar Life on the Road heeft veel mankementen. De véritéstijl die van de kijker een vlieg op de muur maakte in The Office, wordt klunzig gehanteerd. De hele film lijkt een onemanshow van Brent. Geen van de andere personages wordt uitgewerkt, je leert ze alleen kennen in functie van David Brent. En dan zijn er nog de concertscènes. Free Love Highway was één heel goede, drie minuten durende grap in The Office, maar we hadden weinig behoefte aan het full album. Life on the Road is niet alleen het full album: het is het full album op repeat.

Eén naam heeft daar veel mee te maken. Of liever: de afwezigheid van één naam. U moet weten: Life on the Road wordtgemakshalve een sequel op The Office genoemd, maar dat is het niet. David Brent is het enige personage waar Gervais voor honderd procent de rechten op heeft. Van The Office an sich bezit Gervais maar vijftig procent. Life on the Road moet het dus noodgedwongen zonder Dawn, Tim, Gareth en zelfs Finchy doen. Maar vooral: zonder Stephen Merchant, de eigenaar van de andere vijftig procent. Officieel kon hij niet meedoen wegens ‘overlappende agenda’s’. In de Britse pers wordt al een tijdje gespeculeerd dat de twee ruzie hebben.

In elk geval: Life of the Road maakt duidelijk dat Merchant een even groot comedygenie is als Gervais. Merchant was de man die David Brent het platform gaf om David Brent te zijn en Ricky Gervais uitvlakte waar nodig. Hij zorgde voor de balans. In Life on the Road voel je wat er gebeurt als die balans er niet is. Een van Gervais’ dada’s is zijn afkeer voor iets wat we bij gebrek aan een betere term ‘politieke correctheid’ noemen, overgevoeligheid als het over beledigen gaat. Na Life’s Too Short en Derek, waarin hij respectievelijk een dwerg castte en een mentaal gehandicapte speelde, kreeg Gervais veel kritiek te verduren. In die mate dat Merchant zich in interviews hardop heeft afgevraagd of de BBC een reeks als The Office nu nog wel zou goedkeuren. Lachen met mensen die met zwarten lachen is iets anders dan racisme. Een personage laten lachen met dwergen maakt je nog geen dwergenhater. Die nuances worden heden ten dage wel al eens vergeten.

Op zich is dat een valabel punt. Het probleem is dat Gervais dat punt er veel te hard probeert door te duwen, met grap na grap over zwarten, homo’s, indianen, Aziaten, corpulenten, gehandicapten, vrouwen en UB40-fans. Eén rap over ‘Black people aren’t crazy / Fat people aren’t lazy / And dwarves aren’t babies / You can’t just pick ‘em up / They got rights’ best geinig, maar na tien variaties daarop is het dat niet meer. Het is moeilijk om Life on the Road te kijken zonder je af te vragen of Merchant dat soort overkill een halt had kunnen toeroepen.

***

En dan is er nog de ándere tragiek van de film: Life on the Road is een film waarin David Brent munt slaat uit zijn bekendheid van vijftien jaar geleden, denkt dat hij alleen verantwoordelijk was voor dat succes en het nu probeert aan te wenden om een muzikale carrière van de grond te krijgen. Vervang ‘David Brent’ door ‘Ricky Gervais’ en de zin lijkt ook te kloppen. De cruciale vraag is of Gervais dat zelf ook door heeft.

De Britse pers verwijt Gervais al langer dat hij zelf een soort David Brent geworden is. De man die lachte met zelfoverschatting, bleek na het debacle van zijn filmcarrière (met flops als The Invention of Lying en Special Correspondents) niet over genoeg zelfkennis te beschikken. Maar vooral: Brent en Gervais leken de wil om graag gezien te worden te delen. De man die ooit een meticuleuze satire afleverde op roem en faam, bleek zelf net iets te veel van retweets, praatprogramma’s en awardshows te houden.

Met Life on the Road lijkt Gervais die grens nog meer op te zoeken. Om onduidelijke redenen is Gervais – ooit de helft van de weinig succesvolle eightiesband Shona Dancing – na de Britse release op tour getrokken met Foregone Conclusion, de fictieve band uit de film. Als David Brent, maar toch. Brent die zijn muzikale ambities wil verwezenlijken met zijn succes van The Office en Gervais die hetzelfde doet met het succes van Brent: het is een heel erg dunne lijn. De reviews van de liveshows gewagen van een bizar soort pijnlijkheid, waarvan niemand weet of het de bedoeling was.

***

Aan het einde van Life on the Road zit een scène waarin zijn tourmanager finaal zijn gedacht zegt tegen Brent.

‘Om eerlijk te zijn denk ik dat je iets aan het najagen bent dat je niet nodig hebt. Je lijkt te denken dat, als je niet aan het performen bent, mensen niet van je zullen houden. Je moet niet op een podium staan om iets waard te zijn. Mensen die je graag zien, gaan je ook graag zien als je dat niet doet.’

‘Het probleem is dat niet veel mensen me graag zien, niet?’ antwoordt Brent.

Ofwel ziet Gervais de parallellen met zijn personage en gaat hij ermee aan de haal. Ofwel ziet hij ze niet en is er niemand die het hem vertelt.

Wij hopen op het eerste.

Maar eerlijk: na Life on the Road zijn we er niet meer zeker van.

– LIFE ON THE ROAD

Vanaf 10/2 te zien via Netflix.

door Geert Zagers

David Brent denkt dat hij alleen verantwoordelijk is voor zijn succes van vijftien jaar geleden. Vervang ‘David Brent’ door ‘Ricky Gervais’ en de zin lijkt ook te kloppen.

Een personage laten lachen met dwergen maakt je nog geen dwergenhater. Het probleem is dat Gervais dat punt veel te hard probeert te maken.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content