DE LAATSTE ROCKREVOLUTIE

KURT COBAIN LIVE MET NIRVANA Nirvana speelt in de Motor Sports International Garage in Seattle. © ©PHOTO BY CHARLES PETERSON/RETNA LTD./CORBIS

Nevermind, de plaat die misschien wel een hele generatie definieerde, is twintig jaar oud. Het lijdt geen twijfel dat Nirvana – als populairste van alle grungegroepen – de loop van de muziekgeschiedenis heeft veranderd. Grunge sloeg een bres naar de mainstream: wat eens alternatief was, explodeerde bovengronds. Vormde die gebeurtenis een rinkelend nieuw begin of net een dof einde? En waarom stak uitgerekend Nirvana het vuur aan de lont?

Pearl Jam, Soundgarden, Alice In Chains, L7, Stone Temple Pilots: natuurlijk was grunge méér dan Nirvana alleen – om de eerste golf van groepen maar niet te noemen die eind jaren 80 metal, punkrock en een tikje psychedelica samensmolten in een zware, korrelige legering (Mudhoney, Redd Kross, The Melvins, Green River). Dus ja: de omwenteling die grunge dankzij Nirvana teweegbracht, kent een langere voorgeschiedenis dan de tijd die het Kurt Cobain, Krist Novoselic, Dave Grohl en producer Butch Vig begin 1991 kostte om Nevermind in te blikken.

Luide, maar ook slordige en onvolgroeide gitaarbandjes leerden in die dagen het ijzer smeden langs een netwerk van kleine stinkende clubs. Dat zo’n netwerk aan het begin van de eighties niet eens bestónd, vergaten ze wel eens. Hardcore punkgroepen zoals Black Flag, Minutemen en Hüsker Dü hadden met ware kolonistendrift een landelijk podiumcircuit op mensenmaat uitgehouwen. Deze bands brachten aanvankelijk zélf hun platen uit. Boekten aan de keukentafel eigenhandig hun tournees. Maalden duizenden mijlen af op lege magen. Sliepen in door junks en ratten omgeven achterkamertjes. En moesten zich vaak letterlijk een uitweg véchten uit rotconservatieve stadjes die niet wisten welke lawaaierige opwinding hen overkwam. Maar: die bands kwamen terug, anderen volgden, en de paden in de wildernis werden almaar breder. Want zaaltjes liepen vol, college radio draaide de platen, en grote tijdschriften als Rolling Stone keken met toegeknepen ogen naar dat roerige gitaargeweld. Er broeide iets, maar niemand kon vermoeden wát.

TSUNAMI

Grunge, het geluid dat in de tweede helft van de eighties in en om de geisoleerde grootstad Seattle opgang maakte, begon door de algemene bloei van alternatieve muziek nogal wat aspirant-rocksterren aan te zuigen. Met bands tegelijk streken ze in Seattle neer met hun punkrock nieuwe stijl: nog altijd zeggen waar het op staat, maar als het even kan voor een zo groot mogelijk publiek. Natuurlijk was er aanvankelijk veel kameraadschap in Seattle, maar met de aangescherpte ambitie kwamen de jaloezie en de achterklap. Wie heeft een platencontract binnengehaald? Wat heeft die band dat wij niet hebben? Wie denkt die poseur wel dat hij is? Het deze week verschijnende boek Everybody Loves Our Town van auteur Mark Yarm hangt, aan de hand van 250 in elkaar geweven interviews, behoorlijk wat vuile was buiten over de Seattlescene.

Hoe dan ook: aan amicaliteit geen gebrek tijdens de Europese tournee van Sonic Youth in de zomer van 1991. Met in het kielzog enkele zelf uitgekozen bands zoals Ramones, Dinosaur Jr. en Nirvana trok de groep langs festivals als Roskilde en Pukkelpop. Daar kwam een jaar later het los uit de pols gefilmde verslag 1991: The Year Punk Broke van. Achteraf beschouwd een historisch document, want het biedt een kijk op de laatste zorgeloze periode van Cobain, Novoselic en Grohl. Geen flauw benul konden ze hebben van de reeds aanrollende tsunami die alles zou veranderen: in amper vijf maanden tijd zou Nevermind de eerste plaats van de Billboardchart innemen, en zou niets nog hetzelfde zijn. Overigens ziet Sonic Youth – en dat is in deze verjaardagsambiance wellicht geen toeval – de kans schoon om op 13 september The Year Punk Broke met fiks wat bonusmateriaal op dvd uit te brengen.

RAD VAN FORTUIN

Nevermind veroorzaakte een ware aardverschuiving. De underground was zowaar de mainstream binnengedonderd. Grote platenfirma’s moesten hun traditionele marketingstrategieen van tafel vegen: pop en rock hoorden dus toch niet afgelikt en per definitie radiovriendelijk te zijn om er winst uit te kunnen slaan. En waarom nog astronomische voorschotten betalen aan sterren als Michael Jackson, Mariah Carey of Garth Brooks, als je een bende rumoerige schoffies van straat kunt plukken en hen voor een habbekrats op de hype kunt laten meesurfen? Radiozenders gooiden hun programmatie open voor het grofkorrelige, confronterende nieuwe geluid, en stelden vast dat luisteraars hen daar dankbaar voor waren.

Ten, de debuutplaat van Pearl Jam, begon pas een jaar na de release in augustus 1991 te verkopen, en bereikte eind 1992 de tweede stek van de Billboard 200. Die Andere Grungegroep viert deze maand overigens eveneens haar twintigjarige bestaan. Dat doet ze met een verjaardagsconcert, de première van een door Cameron Crowe gedraaide biografische docu, een bijpassende dubbele soundtrack en een fanboekje. Wij mochten Crowes Pearl Jam Twenty onlangs al monsteren. Zomaar een betekenisvol beeld dat is blijven hangen: in de oubollige tv-show Wheel Of Fortune moeten de kandidaten de opgave GRUNGE ROCKERS PEARL JAM ontsluieren. Van grunge naar je grootje was plots nog maar een kleine stap, en onderstreepte de enorme culturele impact van de scene uit Seattle.

MALAISE

Uiteraard speelde de geloofwaardigheid van de eerste en tweede lichting grungebands daarin een significante rol. De invloed van MTV valt zo mogelijk nog minder makkelijk weg te moffelen. In de VS, een land zo breed als een continent, bestaan geen nationale radiozenders, geen kanalen van vertrouwen die een plaat of groep in één klap de huiskamers tussen oost- en westkust injagen. Maar een tv-zender was er wél. MTV gaf het roer een drastische draai, smeet de glammetalbands en uit suiker gesponnen popacts uit high rotation, en nam de tegendraadse rock van gewone jongens en meisjes op sleeptouw.

In die authenticiteit schuilt de ware reden voor Nirvana’s monstersucces. Maar waarom net díé band? Omdat Nirvana agressieve songs liet horen waaruit pijn, woede en vertwijfeling gutsten, maar die toch onomstotelijk melodieus en catchy waren. Natuurlijk hield Kurt Cobain innig van bokkige bands als Millions Of Dead Cops, Swans en Scratch Acid, waarmee hij in zijn platenlijstjes en op compilatietapes voor vrienden graag koketteerde. Dat was de snotaap in hem, die op de speelplaats de coolste wil zijn. Zijn niet minder brandende liefde voor The Beatles, ELO en ABBA schreeuwde hij veel minder van de daken – die stak hij in zijn songs. Smells Like Teen Spirit raakte niet één, maar zes snaren bij generation X. Na acht jaar Ronald Reagan in het Witte Huis had een andere conservatieve clown, George Bush senior, het van hem overgenomen. Een onzekere economie met veel werkloosheid, een ozonlaag waar een gat in zat, ouders die scheidden en dan ook nog eens oorlog in de Golf: geen wonder dat Kurt Cobains gruizige, razende, maar ook wanhopige stem de malaise onder de tieners en twintigers van toen vertolkte.

Tenminste, zo willen allerlei pseudo- en would be sociologen ons doen geloven. Maar als het verkoopcijfer van Nevermind vandaag de grens van 25 miljoen is overgestoken, impliceert dat toch dat ook de generaties Y en Z zich in de maag gestompt voelden door Nirvana’s muziek? U zag het vast al aankomen: binnenkort ziet een met alternatieve mixen, repetitieopnames, demo’s en B-kantjes vetgemeste superdeluxe heruitgave van Nevermind het levenslicht.

ONSCHULD

R.E.M.-gitarist Peter Buck maakte in het oog van de Losing My Religion– orkaan, eveneens begin jaren 90, ooit een nuchtere observatie. ‘De meeste van onze fans zijn geschikte lieden met wie ik gerust een pint zou kunnen gaan drinken. Maar als je meer dan een miljoen platen verkoopt, trek je ook de kuddedieren aan, de gestoorden, de lui met wie we in se niets gemeen hebben.’ Kurt Cobain keek de hordes aan zijn voeten in de ogen en ze vervulden hem met afschuw. Hij had nooit songs geschreven om er eeuwig de voorprogramma’s van andere indiebandjes mee te verzorgen, maar dit had hij niet gewild. De populariteit van grunge luidde het definitieve einde van de onschuld van de alternatieve gitaarrock in.

In Pearl Jam Twenty prikt Chris Cornell de dood-door-overdosis van Mother Love Bonezanger Andrew Wood als kantelmoment uit. We schrijven maart 1990, en de fun was al bijlange niet meer vrijblijvend. Niettemin zou het nog vier jaar duren voor Kurt Cobain zijn garagezolder als laatste rustplaats koos. Na de dood van Cobain bloedde het genre – als je de heel uiteenlopende muziek die grunge bood wel stilistische grenzen kon opleggen – creatief helemaal dood. Everclear, Bush, Candlebox, Creed, Staind: het was lamlendige ersatzgrunge, gemaakt door bands die er geen snars van hadden begrepen. In zijn recente autobiografie verwoordt Bob Mould – als lid van Hüsker Dü een van de vele voorvaders van de grunge, die met Sugar begin jaren 90 bovendien zijn deel van de koek kwam opeisen – het zo: ‘De muziekindustrie viste een geluid op dat ooit puur en oprecht en écht en eerlijk was, en omzwachtelde het met het glanzende papier van faam en fortuin. Dat pakje meurde naar commercialisme. Voor die bands was er geen strijd, geen missie, geen reden van bestaan.’

PUSSY

Na de onvermijdelijke weerslag kalfde de miljoenenverkoop van de grungebands af: het grote publiek had weer nood aan een ander smaakje. De macho’s wierpen zich op nu- metal, de mietjes op boysbands. De door Pixies gepatenteerde zacht-harddynamiek die Nirvana had geperfectioneerd, sloeg in de handen van Blink 182, Korn en Alanis Morissette om in een doodgeknepen maniërisme.

Weg met de ernst! Brandon Flowers van The Killers klaagde twee jaar geleden nog dat ‘Kurt Cobain en grunge al de lol uit rock-‘n-roll hebben gehaald.’ Een echo uit de film The Wrestler (2008) leek dat wel, waarin op een moment een worstelaar op zijn retour (Mickey Rourke) en zijn vriendin de stripster (Marisa Tomei) op de tonen van You’re In Love van Ratt gelukzalig herinneringen ophalen aan de hair metal uit de eighties. ‘ Best shit ever!‘, stoot Tomeis personage uit. Dat van Rourke moppert: ‘ Till that Cobain pussy had to come around and ruin it all.’ De stripster weer: ‘ Like there’s something wrong with wanting to have a good time!

Hoe moeten we nu terugkijken op de grungejaren? Het vermoeden dat we een kentering van die omvang nooit meer zullen beleven, neemt jaar na jaar toe. Nevermind kon de gedaante van een komeet aannemen omdat het digitale tijdperk nog niet was aangebroken. Amper enkele jaren later, na de zogenaamde dot.com-boom, zou de muziekbeleving versplinteren door een almaar verder uitdijend internet. De cd als dominante geluidsdrager kreeg het hard te verduren. Waarom moest je nog een plaat in de winkel gaan reserveren en er misschien voor in de rij gaan staan als je hem van Napster of een ander peer-to-peer-netwerk kon plukken? Muziektijdschriften die de tendensen hielpen creëren, voelden hoe de grond onder hun voeten werd weggeschraapt door een leger van gespecialiseerde webzines.

Romantische zielen zullen nog beweren dat The Strokes, The White Stripes en The Libertines aan het begin van het nieuwe millennium voor de zoveelste keer rock hebben gered. Los van dat vreselijke cliché: de heldendaden die dergelijke bands werden toegedicht, kwamen niet eens in de buurt van de impact die Nirvana – even toch – op het muzieklandschap heeft gehad. Grunge was, naar alle waarschijnlijkheid, de laatste grote rockrevolutie. Blij ze te hebben meegemaakt.

NIRVANA – NEVERMIND 20th ANNIVERSARY EDITION

Uit bij Universal.

DOOR KURT BLONDEEL

Nirvana speelde agressieve songs waaruit pijn, woede en vertwijfeling gutsten, maar die toch onomstotelijk melodieus en catchy waren.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content