De posities zijn ingenomen, de bekende Vlamingen verdeeld; nu moeten alleen de kijkers nog kiezen. Wij helpen, met een overzicht van de meest opmerkelijke tv-programma’s van de volgende weken.

TERUG – COMEDY: TRIGGER HAPPY

vanaf 6/9, Kanaaltwee

Ligt het aan ons? Of is het tv-najaar toch niet zo geweldig als de zenders ons voorhouden? Feit is dat wij ondanks alle nieuwigheden toch het meeste uitkijken naar het tweede seizoen van Trigger Happy, het programma dat Vlaanderen vorig jaar kennis liet maken met neukende pluchen konijnen, overstekende schildpadden en onbeschofte politieagenten (oké, dat laatste kenden we al). Vanaf volgende week serveren Tom Waes en de zijnen weer ‘guerrillahumor’ van de bovenste plank.

De eerste reeks heeft veel weerklank gehad. Heeft dat in jullie nadeel gespeeld?

Tom Waes: Ik was vooral bang dat de interviews met Bekende Vlamingen niet meer zouden lukken, maar dat is heel goed meegevallen. Ik ben één keer door de mand gevallen, bij Marc De Bel of all people, een man die nooit tv kijkt. Hij is bevriend met Pieter Aspe en die had hem zijn interviewtje van vorig jaar getoond. De Bel heeft blijkbaar een fotografisch geheugen, want toen wij bij hem thuis aanbelden, wist hij meteen wie ik was. Maar hij was de enige. Er is zelfs één BV die wij nóg een keer hebben beetgenomen. Neen, ik ga niet zeggen wie (lacht). Voor de rest zijn we niet meer herkend dan vorig jaar. We hebben gewoon wat vaker een zonnebril opgezet en een snor opgeplakt.

Met succes: enkele maanden geleden kreeg de Antwerpse politie zelfs tientallen klachten binnen nadat jullie als zatte agenten door de stad waren getrokken.

Waes: Ja, uiteindelijk zijn we zelfs gearresteerd en naar het politiekantoor gevoerd. Dat was een compleet absurde situatie: ze sloegen ons in de boeien en zetten ons tegen een muur, maar we mochten wel ons uniform aanhouden. Zodat de echte agenten die binnenkwamen, gewoon ‘Goeiemiddag’ tegen ons zeiden (lacht). Sommige agenten konden ook echt lachen met onze grap, maar uiteindelijk mochten we het beeldmateriaal toch niet gebruiken.

Krijg je nooit eens op je gezicht als je iemand op straat te kakken zet?

Waes: Zo ver is het nog niet gegaan, maar soms reageren mensen wel onverdraagzaam. Er zit bijvoorbeeld een sketch in deze reeks waarin ik verkleed als agent de mensen om hun paspoort vraag en daarna heel hard begin te lachen met hun foto. Er was één vrouw die echt woedend werd toen we zeiden dat het voor verborgen camera was. Terwijl een andere jongen die heel gekwetst kijkt als ik begin te lachen – ik kreeg zelf hartzeer toen ik de beelden zag – wél de toestemming gaf om het uit te zenden. Wij zijn na de opnames zelfs nog iets met hem gaan drinken. Verdraagzaamheid, het is een raar beestje. (S.W.)

NIEUW – SHOW: Steracteur, STERARTIEST

vanaf 8/9, één

Wij zouden al dik tevreden zijn mochten de Vlaamse acteurs uitblinken in hun eigen professie, maar de VRT gaat dit najaar nog een stapje verder. In Steracteur, Sterartiest – de Vlaamse versie van het Britse succesnummer Soapstar, Superstar – moeten dertien acteurs en actrices immers laten zien wat ze waard zijn als zanger(es), in de hoop aan het einde van de rit de hoofdprijs van 25.000 euro in de wacht te slepen. Niet voor henzelf, maar voor het goede doel waarvan ze meter of peter zijn. De presentatie van deze groots aangekondigde show is in handen van Katja Retsin én Thomas Vanderveken, die zich hiermee out als de nieuwe sterpresentator van één.

No offense, maar je lijkt mij niet iemand die ervan droomde om een grote ‘pluimen in je gat’-show te presenteren.

Thomas Vanderveken: Toen ik gevraagd werd, dacht ik ook eerst: Oei, oei, is dat wel iets voor mij? Maar de VRT maakt shows waar ik naar kan kijken zonder dat ik mij belazerd voel – zo heb ik genoten van Zo is er maar één – dus wou ik het wel proberen. Natuurlijk heb ik nooit eerder zoiets gedaan, maar dat is ook een van de redenen waarom ik heb toegezegd.

Eén voordeel: je moet in ieder geval zelf niet zingen.

Vanderveken: Nee, gelukkig niet, voor mij én voor de kijkers thuis (lacht). Ik kán wel zingen hoor. Of beter gezegd: ik kan een toon aanhouden. Zoveel heb ik wel geleerd tijdens mijn opleiding piano aan het conservatorium. Maar dat is nog iets helemaal anders dan op een podium gaan staan voor een publiek. Daarom heb ik ook heel veel respect voor de kandidaten. Oké, ze kunnen allemaal wel zingen – in de audities hebben we het kaf al van het koren gescheiden – maar ze moeten het wel nog altijd waarmaken. Ik denk dat vooral Werner Desmedt de mensen nog zal doen opkijken.

Je presenteert vanaf volgende week ook opnieuw ‘Vriend of Vijand’. Moet Bart Peeters voor zijn plaats beginnen vrezen?

Vanderveken: ( lacht) Het is vooral toeval. De opnames voor Vriend of Vijand zijn net afgelopen, dus kan ik me nu helemaal concentreren op Steracteur, Sterartiest. Mij de nieuwe Bart Peeters noemen is dan ook een beetje voorbarig: dát is misschien wat te hoog gegrepen. (S.W.)

NIEUW – TALKSHOW: ALLES UIT DE KAST

vanaf 4/9, éénEen boekenprogramma! Door Woestijnvis! Op één! Nee, u ijlt niet. Voormalig Jongens en Wetenschap-presentator Sven Speybrouck waagt zich vanaf september vier weken lang aan deze ogenschijnlijke mission impossible met Alles uit de kast.

En wij die dachten dat ze bij de VRT na ‘De Leeuw in Vlaanderen’ het woord cultuur niet meer konden horen.

Sven Speybrouck: Ik kan het niet genoeg benadrukken: Alles uit de Kast is géén cultuurprogramma. Wel een boekenprogramma, in de ruime zin van het woord. Eigenlijk zijn we per ongeluk tot dit programma gekomen. We zaten met een massa leuke maar losse ideeën. We wilden iets doen over geschiedenis, liefde, dieren… noem maar op. Maar dat krijg je moeilijk onder één noemer tot het ineens tot mij doordrong dat het net is alsof je voor een boekenkast staat en uit al die onderwerpen kan kiezen.

En hoe zal ‘Alles uit de kast’ eruitzien?

Speybrouck: Eerlijk gezegd: we weten het zelf nog niet helemaal. Mensen komen alleszins vertellen over bijzondere boeken uit hun kast. Er zullen reportages zijn, en misschien ook een quiz. Verder zijn er gasten. Usual suspects als Bart Peeters en Marcel Vanthilt, maar ook Tom Lanoye en Ramsey Nasr. Die uiteraard ook over hun nieuwe boek mogen vertellen, dat spreekt voor zich.

Als presentator kan je moeilijk zelf een bijzonder boek meebrengen. Maar heb je er één dat in aanmerking zou komen?

Speybrouck: Mijn vader heeft een mooie bundel gemaakt van de dagboekjes die mijn grootoom bijhield als brancardier aan het IJzerfront tijdens de Eerste Wereldoorlog. Echt fantastische lectuur. Het begint met het trouwfeest voor zijn broer, de avond voor hij naar het front trekt, en gaandeweg lees je hoe hij al zijn illusies verliest maar toch een manier zoekt om door te gaan.

Dat klinkt als gevonden vreten voor een prachtige dramareeks.

Speybrouck: Dat heb ik ook al gedacht. Uiteraard hebben ze in het Flanders Fields Museum nog veel meer indrukwekkende dagboekverhalen. Daarom wil ik iets toevoegen aan het verhaal van mijn grootoom. Bij Woestijnvis zit ik alleszins op de juiste plek voor dergelijke ideeën. Dus, wie weet. (H.V.G.)

NIEUW – TALKSHOW: Onder de Witte Eiken

vanaf 7/9, Vitaya

‘Waarom in godsnaam naar het buitenland trekken als het avontuur vlak naast je deur ligt?’ Aldus Julien Vrebos enkele jaren geleden in dit eigenste blad over talkshows als Confidenties in Toscane, de Provenceen de rest van Europa. Vanaf 7 september presenteert de cineast op Vitaya Onder de Witte Eiken, een programma waarin hij iedere week een bekende Vlaming samen met een van zijn of haar vrienden voor enkele dagen uitnodigt in een rustig dorpje in het zuiden van Frankrijk. Raad eens wat onze eerste vraag was?

Julien Vrebos: De Provence heeft toch een iets meer ontspannen sfeer, en dat is wel belangrijk voor een programma als dit. Al is het natuurlijk ook geen toeval dat de hoofdsponsor – of beter gezegd: mijn mecenas – een hotelletje in de streek uitbaat (lacht).

Een praatprogramma met BV’s, het is niet meteen een revolutionair idee. Waarin onderscheidt ‘Onder de Witte Eiken’ zich van de rest?

Vrebos: Warmte. Het is geen moderne televisie, waarin alles rap-rap moet. Ik laat mijn gasten rustig uitspreken en maak geen kipkap van hun woorden, zodat je een eerlijk portret van hen krijgt. Mijn basisidee was eigenlijk om politici te tonen zoals je ze nooit ziet: als gewone mensen. Nu worden ze of geïnterviewd door kritische journalisten, of ze moeten meespelen in het narrenschip van de lichtvoetige televisie. Bij mij komt een Jean-Luc Dehaene bijvoorbeeld spreken over zijn liefde voor klassieke muziek en leer je hem kennen als een echte Brigitte Bardot-kenner, die hele scènes uit haar films kan naspelen. Maar de afleveringen met politici sparen we op voor na de verkiezingen. Eerst komen nog een paar andere BV’s aan bod, zoals Muriëlle Scherre, Walter Zinzen of Dirk Draulans. Het idee blijft echter hetzelfde: een verrassend portret dat de vluchtigheid van de tv overstijgt.

En leren we ondertussen ook de echte Julien Vrebos kennen?

Vrebos: Ik kan alleen maar mezelf zijn! Dat ergert me zo aan de televisie van vandaag: dat, met uitzondering van een Mark Uytterhoeven of een Bruno Wyndaele, iedereen een rolletje speelt als hij of zij op het scherm komt. Maar ik kan niet acteren: what you see is what you get. (S.W.)

NIEUW – DOCU: THE IMPRESSIONISTS

vanaf 10/9, Canvas

Impressionisme, voor de een is het een streling voor het oog, voor de ander een veredelde vorm van schetsen, maar honderd jaar terug deed de schilderstijl de kunstwereld op z’n grondvesten daveren. Als je dan nog eens weet dat de protagonisten er stormachtige vriend- en vijandschappen op na hielden, zal het niet verbazen dat de BBC een docudrama over de impressionisten maakte. Canvas zendt het driedelige The Impressionists vanaf volgende week uit. Verteller van dienst is de aanstichter van het impressionisme, Claude Monet, die gespeeld wordt door veteraan Julian Glover. Het verhaal begint in Giverny in 1920, waar de 80-jarige Monet terugblikt op zijn leven. Hoe hij in 1862 als 22-jarige schilder samen met Auguste Renoir en Frédéric Bazille de strijd aanbindt met het Salon, het behoudsgezinde en invloedrijke instituut dat de jaarlijkse nationale kunsttentoonstelling organiseert. De jongemannen, die als bohemiens in Parijs leven, willen af van de klassieke statische kunst en weg uit het atelier, naar buiten, om de impressie van het moment, met zijn wisselende licht- en kleurschakeringen weer te geven. Later treffen ze strijdmakkers in Edgar Degas, Camille Pissarro, Edouard Manet en Paul Cézanne. Het verhaal van de impressionisten wordt afgewisseld met originele analyses van hun beroemdste werken, waarbij je als kijker als het ware binnenstapt in het schilderij. (H.V.G.)

NIEUW – SHOW: MONUMENTENSTRIJD

Ondanks wekenlang campagnevoeren en druk gelobby bij de VRT en de bevoegde ministers heeft Jos Ghysen dan toch geen plaatsje gekregen op de shortlist van Vlaamse monumenten die dringend aan opfrissing toe zijn. Maar goed, dat noodlijdende gebouwen als de Boekentoren in Gent of erfgoed als de hopcultuur in Poperinge kans maken om begin 2007 een vette cheque te krijgen, is een pleister op de wonde. Uit de bijna vierhonderd inschrijvingen heeft de VRT dertig kandidaten geselecteerd, en vanaf nu mag Vlaanderen bepalen welk monument, landschap of site het meest een herwaardering verdient. Dat gebeurt, net zoals bij de verkiezing van De Grootste Belg, in verschillende fases. Tot 17 september kan iedereen uit de lijst per provincie een favoriet nomineren, via telefoon, sms of de website. Opdat u een gefundeerde keuze zou maken, stelt Vlaanderen Vakantieland vanaf 9 september alle kandidaten voor in enkele specials, terwijl ook Radio2 in de regionale programma’s de projecten uit elke provincie toelicht. Rond de vijftien deelnemers die na de eerste stemronde overblijven, maakt Canvas dan een reeks uitgebreide documentaires, die vanaf begin januari op het scherm komt. Halverwege februari wordt uiteindelijk in een grote slotshow de winnaar gekozen en die mag daarna rekenen op ‘substantiële restauratie- en herbestemmingsteun’, zoals dat heet. Moge de meest bouwvallige winnen! (S.W.)

NIEUW – DOCUSOAP: HET RECHTE PAD

vanaf 5/9, één

Jongeren met problemen samenbrengen en daar eerlijke en ontroerende televisie uit puren, het wordt stilaan het handelsmerk van Steven Demedts, regisseur van Zonnekinderen, Dik voor Mekaar en nu ook Het Rechte Pad. In die nieuwe docusoap trekken twee meisjes en vier jongens met een delinquent verleden te paard door het rauwe Andesgebergte, in de hoop af te rekenen met hun demonen. Ze herkauwen hun misstappen, en vertellen over hun twijfels, trauma’s en spijt. Dat gaat natuurlijk niet zonder slag of stoot. Meer nog: het spel zat al op de wagen nog voor ze vertrokken waren! ‘Ik wou het zestal vooraf eens bij elkaar brengen om zeker te zijn dat iedereen wist waar hij of zij aan begon’, zegt Demedts. ‘Ze moesten een contract tekenen, waarin ze beloofden dat hun gedrag de veiligheid van de groep niet in het gedrang zou brengen. Kwestie van in het midden van de Andes niet voor voldongen feiten te staan. Iemand weigerde echter te tekenen en er was meteen ruzie. Het was dus spannend vanaf dag één.’ Dat was het begin van een zware onderneming, voor de programmamakers maar vooral voor de jongeren zelf, aldus Demedts. ‘Ze zijn allemaal vertrokken met de intentie om een beter mens te worden. Maar ze kwamen in een omgeving terecht waarin ze elkaar en hun verleden niet konden ontlopen, en waar ze zich moesten aanpassen aan de groep om vooruitgang te boeken. De meesten hadden nog nooit van discipline gehoord, maar ineens moesten ze zich aan allerlei afspraken houden. Dat zorgde voor heel wat conflicten.’ Als de jongeren de reis met succes voltooiden, kregen ze begeleiding bij hun sollicitatiegesprekken en opleiding. Achteraf volgde echter een koude douche toen veel potentiële werkgevers hen de deur wezen als ze hun verleden vermeldden, tot woede van Demedts. ‘Ik wil met deze reeks ook duidelijk maken aan het grote publiek dat je een voormalige jeugddelinquent niet mag afschrijven voor het leven. Iedereen verdient een tweede kans.’ (D.M.)

NIEUW – DOCUSOAP: HOLLYWOULD.BE

vanaf 8/9, TMF

Naar Hollywood reizen with nothing to show for om er een kortfilm te maken, liefst met een megaster in de hoofdrol: de maffe ideeën zijn de wereld nog niet uit, meneer. Gelukkig maar, of er was geen sprake geweest van Hollywould.be, een avontuurlijke docusoap waarin drie laatstejaarsstudenten filmregie – met name Senne Dehandschutter, Raf Roosens en Matthias Lebeer – de ins and outs van Tinseltown verkennen. Ze proberen zo diep mogelijk door te dringen in de wondere wereld van de film, en dit met de nodige zelfspot. Dehandschutter – u herkent hem misschien als het blonde zoontje uit Vaneigens, de vroegere afsluiter van Man Bijt Hond – is net terug uit de States en kampt met een knoert van een jetlag wanneer wij hem aan een hollywoodiaans vragenspervuur blootstellen.

Wat hebben jullie uitgespookt in de City of Angels?

Senne Dehandschutter: We hebben celebrity parties en filmsets afgeschuimd – meestal door onszelf binnen te bluffen – want dat is een snelle, en vooral spannende manier om aan interessante contacten te geraken. Een Hollywoodster bereiken is aartsmoeilijk, omdat je je eerst door een jungle van managers en agents moet worstelen. Eenmaal dat is gelukt hoeft de ster enkel ‘ja’ of ‘nee’ te zeggen, dus in principe was onze mission impossible haalbare kaart.

Welke beroemdheden hebben jullie ontmoet?

Dehandschutter: Als je dat wil weten, moet je naar het programma kijken, mijn beste.

Komaan, Senne.

Dehandschutter:(zucht) Goed, omdat jullie het zijn. We zijn heel dicht geraakt bij Al Pacino, Leonardo DiCaprio en Samuel L. Jackson. Vooral aan die laatste hebben we toffe herinneringen. Om hem te ontmoeten – ergens op een privé-feestje – hebben we hallucinante stoten moeten uithalen.

We zijn benieuwd. Wat vond je verder van Los Angeles?

Dehandschutter: Een fan-tas-ti-sche stad. We zouden er alle drie onmiddellijk naar verhuizen. Ongelofelijk gewoon wat er daar allemaal mogelijk is. De kansen liggen er voor het grijpen, en dat besef prikkelde ons. We vertrokken met de idee dat L.A. een oppervlakkige plek was vol aanstellers en wannabes, maar niets is minder waar. Wij hebben de stad natuurlijk aan de binnenkant leren kennen, ik denk niet dat er zo veel te doen is voor toeristen. Los Angeles ademt film. Heerlijk. (D.M.)

Door Dieter Moeyaert, Hans Van Goethem en Stefaan Werbrouck

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content