1 DE ULTIEME 10: DE BESTE ALBUMS VAN 2010

1 BEACH HOUSE TEEN DREAM

Derde keer, goede keer voor het duo uit Baltimore! Op Teen Dream perfectioneerden ze hun even ongrijpbare als catchy droompop, gedragen door de hartveroverende stem van Victoria Legrand – door één fan treffend omschreven als ‘een vrouw die klinkt als een man die klinkt als een vrouw’. (J.B.)

2 THE NATIONAL HIGH VIOLET

Tien jaar hebben de Brooklynites ervoor nodig gehad, maar deze keer wisten ze met hun ingetogen grandeur en melancholische euforie ook het grote publiek in te pakken. Observaties van een door angst verteerd Amerika, verpakt in songs die tegelijk monumentaal en elegant klinken. Faut le faire. (D.S.)

3 JANELLE MONÁE THE ARCHANDROID

Een streep klassiek ( Suite II Overture), swingende afrobeats ( Dance Or Die), opgewekte soulpop ( Tightrope), softrock à la The Carpenters ( Oh, Maker) en caleidoscopische oempa loempa-funk ( Wondaland): Princeprotegee Janelle Monáe verandert van gedaante als Phil Spector van toupet en profileert zich zo als de ultieme muzikale exponent van de Y-Generation. (K.D.)

4 ARCADE FIRE THE SUBURBS

‘Een huzarenstuk dat om het predicaat ‘klassieker’ smeekt’, zo omschreven wij in augustus de derde plaat van Arcade Fire. ‘Maar’, zo voegden we eraan toe, ‘laten we de tijd vooral zijn werk doen’. Welaan dan, we zijn een half jaar later en dit op potige folkrock en pontificale gospel geschoeide epos ís een classic. (V.B.)

5 TWIN SHADOW FORGET

Dit dagdromende debuut van New Yorker George Lewis Jr. wentelt zich in de zwakke gloed van disco, new wave en synthpop, en leunt op een productie glad en helder als door de vorst ingehaald smeltwater. IJzig? Integendeel. De nostalgie knettert, ’s mans croonstem verwarmt. (K.B.)

6 CARIBOU ODESSA

Een dansplaat geïnspireerd door het pas ontvangen zwembrevet van de maker. Menig producer zou ermee kopje-onder gaan, maar niet Dan Snaith. We lieten ons gewillig op sleeptouw nemen door zijn Odessa, een analoog-digitale weelde aan kletterende elektropopritmes en euforische psychedelica. (J.B.)

7 LOCAL NATIVES GORILLA MANOR

Dat wij dit in februari al voor de eindejaarslijstjes durfden voor te dragen: schandálig was het, en godgeklaagd en Focus onwaardig – alle lezersbrieven op aanvraag verkrijgbaar. Maar kijk, het Californische kwintet staat hier toch maar mooi te blinken met zijn zomerse, door Talking Heads en CSN beademde indiepop. Ha! (V.B.)

8 GORILLAZ PLASTIC BEACH

Welcome to the world of the plastic bitch!‘ Damon Albarn schudde samen met Snoop Dogg, Lou Reed, Bobby Womack en vele andere apenkoppen de cartoonlooks van zich af en leverde de beste intelligente pop af die we dit jaar te horen kregen. De postmoderne farce is voorbij, Gorillaz is écht. (G.Z.)

9 SHE & HIM VOLUME TWO

Op dat van Lesley-Ann Poppe na was er dit jaar geen duo dat zo nadrukkelijk de aandacht wist te trekken als She & Him. Met Volume 2 schonk de samenwerkende vennootschap M. Ward & Zooey Deschanel ons ten tweeden male een heerlijke cocktail van folkrock en retropop, with a touch of Roy Orbison en meidengroepen uit de sixties. (V.B.)

10 KANYE WEST MY BEAUTIFUL DARK TWISTED FANTASY

Door de media verguisd en zelf door Barack Obama afgeschreven als een ezel. Het zag er lang niet goed uit voor Yeezy, maar de rapper/producer slaat terug met een schizofrene conceptplaat die hiphop definieert én overstijgt. Een briljant groot bakkes. (J.B.)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content