Venetië 2010: Review: Black Swan

Darren Aronofsky jaagt Natalie Portman de bühne op als psychotische ballerina met een heerlijk huiverballet als gevolg.

Darren Aronofsky met Natalie Portman, Vincent Cassel, Mila Kunis, Barbara Hershey, Winona Ryder

DANSE MACABRE

Neem het sentimentele wannabe-verhaaltje van Fame als basis, lardeer dat met de psychoseksuele suspense van Polanski’s Repulsion en jaag er vervolgens een hallucinerend Hollywoodprinsesje doorheen. Toegegeven. Het is een omschrijving die nogal wat inleving vereist maar Darren Aronofsky’s Black Swan is nu eenmaal geen film die zich makkelijk in een keurslijf, laat staan in een tutu laat murwen.

Soliste in deze curieuze mix van horrorsprookje en sterrenvehikel is Nina Sayers, een danseresje dat plots in de schijnwerpers komt te staan wanneer ze Tsjaikovski’s Zwanenmeer mag dansen. Voor de overambitieuze en overbeschermde Nina gaat een droom daarmee in vervulling hoewel een nachtmerrie evenmin veraf lijkt. Zowel haar bezitterige moeder (Barbara Hershey) als haar promiscue stand-in (Mila Kunis) kunnen hun jaloezie namelijk moeilijk verstoppen, terwijl haar duivels charmante en veeleisende choreograaf (Vincent Cassel) niet alleen haar perfecte pliés en pirouettes wil zien.

Draait Tsjaikovski’s Zwanenmeer om een vervloekte maagd die tot zwarte zwaan muteert en sterft dan trekt Aronofsky die seksueel gekleurde en tragische metamorfose ook door in Nina’s verhaal. Overal zie je ontdubbelingen opduiken en ook de digitaal bewerkte spiegelbeelden vallen amper te tellen. Schrik daarom niet op wanneer Nina’s psychologische mutatie finaal ook een fysieke invulling krijgt, alsof je van So you Think you Can Dance plots in een potje bodyhorror à la David Cronenberg bent belandt.

Tussen de bedrijven door houdt Aronofsky perfect de balans tussen kunst en kitsch, in de grofkorrelige, handbewogen en fysieke chiaroscuro-stijl die hij ook al bezigde in zijn worsteldrama The Wrestler. Bovendien ondergaat Natalie Portman de fricties op en naast de bühne met zoveel overgave dat je – ondanks de huiveruithalen en groteske zelfverminkingen – alsnog de indruk hebt naar een realistische en raak geprofileerde blik achter de balletschermen te kijken.

In die zin is Black Swan even schizofreen maar gelukkig ook even hypnotiserend als zijn ravissante protagoniste. Aan de ene kant is het een energieke, flamboyante en sardonisch grappige B-film in kunstverpakking met de lesbische stoeipartij tussen Portman en Kunis als sensatiegeil extraatje. Aan de andere kant is het een deugddoend duistere, oprecht ontroerende en bijna ritualistische studie over ambitie, jaloezie en waanzin, alsof ook Aronofsky tijdens de shoot afwisselend zijn witte en zwarte zwaan bovenhaalde.

Een heerlijk hybride danse macabre, met Natalie Portman in een virtuozenrol. (Dave Mestdach)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content