Al vroeg in de carrière van Paul Thomas Anderson was de invloed van Martin Scorsese merkbaar. In zijn doorbraakfilm ‘Boogie Nights’ is de vergelijking met ‘Goodfellas’ snel gemaakt.
Beide films verhalen over een broekventje met talent dat wordt geaccepteerd door een surrogaatfamilie uit een bepaalde subcultuur (porno-industrie en maffia). Hun leven gaat er glamoureus aan toe, tot ook de slechte kant van de nieuwe levensstijl duidelijk wordt gemaakt. Bovendien maken beide films ook gebruik van een vertelstem die de kijker door de film loodst.
Maar ook filmtechnisch speelt Anderson al eens leentjebuur bij de grote Scorsese. Kijk maar eens naar de vergelijking tussen ‘Boogie Nights’ en ‘Taxi Driver’ in onderstaand filmpje. Ali Shirazi, een verder onbekende Iraanse filmstudent, merkte een treffende overeenkomst tussen twee scènes op.
Ook de openingsscène van ‘Boogie Nights’ lijkt geïnspireerd te zijn door ‘Goodfellas’. De schitterende, drie minuten durende sequentie werd in één take opgenomen met een steadicam. Eerst start de camera vanop een bewegende kraan om daarna over te schakelen naar de grond, om zo recht de nachtclub in te stappen. De scène lijkt wel een ode aan de tracking shot in ‘Goodfellas’, waarin Henry zijn meisje meeneemt in de Copacabana club.
Niet dat er iets mis is met die adoratie voor Scorsese. Er zijn immers slechtere voorbeelden te bedenken. Anderson, die later nog indruk maakte met ‘Magnolia’, ‘There Will Be Blood’ en ‘The Master’, steekt zijn admiratie dan ook niet onder stoelen of banken. Enkele weken geleden was er een interview tussen de twee regisseurs, in teken van Scorseses ‘The Wolf of Wall Street’. Bekijk hieronder het interview waarin Anderson zijn liefde voor Scorsese bezingt. (PS)
