Washington Square: Van Jane Austen tot Ingmar Bergman

De Poolse cineaste Agnieszka Holland waagde in 1997 haar kans om de onverfilmbaar geachte Henry James toch te verfilmen.

Washington Square (1997)

Film: *** ~ Extra’s: 0

Video/FilmExpress

Film is de kunst van de beweging, zo wordt gezegd. Hoe kun je dan de Amerikaanse schrijver Henry James (1843-1916) verfilmen? De wereld van de ‘Meester van de Ambiguïteit’ is nagenoeg roerloos en zit vol met ongrijpbare gemoedstoestanden. Het lijkt een onmogelijke opgave om spanning te geven aan een roman waarin alles zich in het hoofd van personages afspeelt, zeker als die nog vaak verzaken aan wat zich het best tot verfilming leent: passie. James’ werk is op een onzichtbare manier sterk geplot, maar wat de intriges de moeite maakt, heeft niets met de buitenkant te maken. Het beslissende moment is vaak niet meer dan een subtiele verandering in tegenstrijdige emoties van de personages – iets wat de schrijver meestal schijnbaar achteloos opmerkt. Tussen de regels kun je echter zo het vuur zien oplaaien. Je vraagt je af wat daar zonder zijn subtiele taalkunst vol eindeloos meanderende zinnen nog van overblijft.

‘Elke poging tot een adaptatie van zijn romans is om te huilen van het lachen’, zei Claude Chabrol ooit, die zich wijselijk tot de tv-bewerking van twee kortverhalen van de meester beperkte. Nochtans hebben vele anderen wel geprobeerd om de onverfilmbare James toch naar het witte te doek te brengen (zie kaderstuk). In 1997 waagde de Poolse cineaste Agniezka Holland haar kans met de Amerikaanse productie Washington Square. Op het eerste gezicht lijkt deze prent slaafs trouw te blijven aan de originele roman uit 1881, maar bij nadere inspectie blijkt dat Holland er toch een feministische interpretatie aan geeft. Wat er bij James discreet in vervat zit, brengt zij expliciet aan de oppervlakte. Ook is haar visie op de hypocriete zeden van de New Yorkse burgerij aan het eind van de 19e eeuw onvermijdelijk gekleurd door haar troosteloze Oost-Europees scepticisme. Goed om te weten: Holland verliet Polen in 1981 toen de vrije vakbond Solidariteit buitenspel werd gezet.

De treurige heldin uit Washington Square is een jonge vrouw (Jennifer Jason Leigh) die maar niet aan een echtgenoot geraakt en door haar hardvochtige vader (Albert Finney) ‘absolutely unattractive’ wordt bevonden. Als er zich toch een aanbidder aandient (Ben Chaplin), doet de vader er alles aan om een huwelijk met deze veronderstelde fortuinjager te verijdelen. Het pijnlijke van het verhaal is dat de vader het uiteindelijk bij het rechte eind blijkt te hebben. Catherine krijgt niet alleen af te rekenen met een tweestrijd tussen de eerbiedige liefde voor haar liefdeloze vader en haar wanhopige liefde voor haar aanbidder, maar doorloopt ook een pijnlijke en moeizame bewustwording.

Holland laat haar film bedrieglijk beginnen als een prachtige kostuumfilm, met een spectaculaire kraanbeweging van een druk pleintje in 19e-eeuws New York. Na deze zonnige beschrijving van de buitenwereld, zitten we echter nagenoeg de hele tijd opgesloten in een claustrofobisch aandoend huis. Zodra je in dat mausoleum-achtige interieur terechtkomt, wordt de film introspectief en ascetisch. ‘Ik wilde mijn film beginnen als Jane Austen en laten eindigen als Ingmar Bergman’, dixit Holland in een interview.

Patrick Duynslaegher

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content