De Avenger in Jeremy Renner: ‘Ik zou de moordenaar achtervolgen tot in de hel’

Met Elizabeth Olsen. 'Don't fuck with kids, don't fuck with women, and don't fuck with animals, of je krijgt met mij te doen.' © .
Dave Mestdach
Dave Mestdach Chef film van Knack Focus

Jeremy Renner schiet met scherp in Wind River, een grimmige mysterythriller over culturele, morele en andere grenzen. Een gesprek over native Americans, vastgoed en de Avenger in hemzelf.

Tien jaar geleden moest je al een fervent filmquizzer zijn om te weten wie Jeremy Renner was. Daar kwam met een knal verandering in door zijn hoofdrol in de Oscarwinnende Irakthriller The Hurt Locker (2008). Sindsdien heeft Renner – 46 inmiddels – zich probleemloos omgeschoold van karakteracteur tot leading man. En hoewel niet alle films waar hij sinds zijn late doorbraak in meespeelde voor de eeuwigheid bestemd bleken, heeft hij onderhand toch een aardig en veelzijdig curriculum bijeengeacteerd.

Zo bevestigde hij niet alleen zijn talent om licht ontvlambare, getroebleerde personages neer te zetten in films van topregisseurs als James Gray (The Immigrant), David O. Russell (American Hustle) en Denis Villeneuve (Arrival), in 2010 trad hij ook in de voetsporen van Jason Bourne, al had die spin-off – The Bourne Legacy – minder succes dan de oorspronkelijke trilogie. En sinds 2012 is hij onder de roepnaam Hawkeye een vast lid van de Avengers, het razend populaire superheldenclubje uit de Marvel-stal.

Hoe hard ze me in Hollywood ook aan de mouw trekken, ik ben niet acteur geworden om een luxevilla met zwembad te kunnen kopen

Aan dat lijstje mag de knuffelmacho uit Modesto, Californië nu ook Wind River toevoegen, het regiedebuut van Taylor Sheridan, voormalig Son of Anarchy, maar vooral scenarist en vogue van de neowestern Hell or High Water (2016) en de kartelthriller Sicario (2015). In dat slotstuk van Sheridans ‘grenstrilogie’ trekt Renner als taaie natuuropzichter het ijzige hinterland van Wyoming in om er de brutale moord op een indiaans meisje te onderzoeken.

Daarbij krijgt hij het gezelschap van een jonge, onervaren FBI-agente (Elizabeth Olsen) die door Washington met de heikele zaak belast is, al hoef je daarom nog geen romantische trip door de natuur te verwachten. Zeer integendeel. Wat Sheridan serveert, is een grimmig suspensedrama over de clash tussen mannen en vrouwen, en die tussen de bewoners van het desolate gebied en de blanke nieuwkomers die er zich settelen.

Wat fascineerde je aan het project en de rol?

Jeremy Renner: Eerst en vooral: het feit dat mijn personage Cory Lambert een vader is, en op een intense manier te maken krijgt met alle verantwoordelijkheden die daarmee gepaard gaan. Hij is een ruige vent, een koppige macho zelfs, maar tegelijk heeft hij een gevoelige en heel erg beschermende kant. Sinds ik zelf vader ben (Renner heeft een dochtertje van vier, nvdr.), voel ik me instinctief aangetrokken tot zulke dubbelzinnige rollen. Plus: ik herken dingen die ik zelf in mijn familie heb meegemaakt. Cory is gescheiden, net als mijn ouders toen ik tien was. Verder ga ik daar niet op in – dat zijn privézaken – maar ik weet hoe lastig het is om daar als kind mee om te gaan. Taylor zei me: ‘Mijn film gaat over wat er gebeurt wanneer je een stuk ijzer tegen een stuk staal slaat. Wat zal er eerst breken?’ Dat vond ik een heel interessante premisse.

Wind River is bij momenten ook hárd om naar te kijken.

Renner: (knikt) En om te spelen. Aanvankelijk dacht ik dat ik een stoïcijns personage zou spelen, maar in enkele scènes – die waarin ik het lijk van het meisje vind in de sneeuw – brak mijn hart. Je weet dat het nep is, maar toch stond ik daar met een krop in de keel. Ik heb me zelfs moeten terugtrekken in mijn trailer. De tranen gulpten eruit. Ik heb mezelf moeten vermannen om van Cory weer een kerel uit één stuk te maken.

Heb je dan zelf ooit een groot verlies moeten verwerken?

Renner: Ik geloof niet in methodacting of in theoretische bullshit. Je tracht gewoon een band te creëren met mijn personage en waar die band precies uit bestaat, of hoe je die band creëert, moet je niet analyseren. Je moet het gewoon beleven en laten zijn. Ik heb in mijn leven twee keer een groot verlies ervaren: ik heb mijn acteercoach én mijn oma verloren in hetzelfde jaar, twee mensen die me ongelofelijk dierbaar waren. Ik kan me niet voorstellen hoe het voelt om een kind te verliezen, maar ik heb gemerkt dat verlies je hulpvaardiger en genereuzer kan maken. In daden, meer dan in woorden. In simpele gestes in plaats van met grote gebaren. Dat wilde ik Cory meegeven. Ik kom zelf ook uit een klein stadje en uit een arbeidersmilieu. En daar huilen kerels niet. Dat is wat ik heb gezien en meegekregen, hoe belachelijk en emotioneel slopend dat soms ook is.

Met Elizabeth Olsen. 'Don't fuck with kids, don't fuck with women, and don't fuck with animals, of je krijgt met mij te doen.'
Met Elizabeth Olsen. ‘Don’t fuck with kids, don’t fuck with women, and don’t fuck with animals, of je krijgt met mij te doen.’© .

Cory woont en werkt met indianen. Hoe goed kende jij hun cultuur?

Renner: Niet goed genoeg. Daarom zijn films als deze zo belangrijk. De producenten zijn native Americans, en verschillende chiefs en families zijn de set komen bezoeken. Voor mij was het een klap in het gezicht. De film deed me beseffen hoe onwetend ik ben. Ik kende niks van hun tradities, hun rituelen, hun geschiedenis. Wat ik op school heb geleerd, is de blanke geschiedenis van Amerika. Dit is een cultuur die al eeuwenlang een touw om de nek heeft hangen, en veel meer erkenning en respect verdient. En niet omdat er toevallig een oliepijp door hun land loopt. Wind River is een reservaat dat aan de native Americans werd gegeven door de overheid, en waar twee stammen wonen aan de twee kanten van de rivier. Maar zoals je in de film kunt zien, is het een ruige woestenij waar het ijskoud kan zijn. Ik ga hier niet de advocaat van de native Americans spelen. Of de geschiedenis veroordelen. Dat recht heb ik niet. Ik hoop alleen dat de film het culturele bewustzijn wat groter maakt en duidelijk maakt dat kapitalisme ook zijn schaduwkanten heeft, al is dat maar de achtergrond van het verhaal. In essentie blijft het een hopelijk spannende en aangrijpende moderne western.

Maar dan wel eentje die uitmondt in bloedige wraak. Is dat iets wat je toejuicht of verwerpelijk vindt?

Renner: Dat verdict moet je als kijker zelf maar vellen. Ik wil gewoon dat je begrijpt waarom er wraak genomen wordt, los van het feit of dat nu goed of slecht is. Dat is mijn enige taak als acteur. Eerlijk? Mocht mijn kind vermoord worden, ik zou de dader achtervolgen tot in de hel. Welke vader zou dat niet doen? In zo’n geval gaat het niet over de vraag of dat juridisch correct is. Het gaat om een moreel principe: don’t fuck with kids, don’t fuck with women, and don’t fuck with animals, of je krijgt met mij te doen. Als je je aan die regels houdt, tolereer ik alle shit van iedereen.

Zeg je nu dat wraak gerechtvaardigd is?

Renner: Dat zijn mijn morele principes, en die van Cory. Misschien ben je het daarmee eens. Misschien niet. Maar ik heb respect voor mensen die de ballen hebben om te leven volgens die principes en bereid zijn om er de consequenties van te accepteren. Begrijp me niet verkeerd: ik zeg hier niet dat we mekaar de kop moeten inbeuken en de John Wayne uithangen. Ik zeg alleen dat er omstandigheden denkbaar zijn waarin wraak aanvoelt als gerechtigheid. Ik heb het geluk dat ik die omstandigheden nooit zelf heb meegemaakt en dat ik die primitieve gevoelens kan kanaliseren via een personage.

Cory is een scherpschutter. Heb je hard moeten oefenen?

Renner: Niet. Ik kan schieten. Goed zelfs. Geleerd op filmsets. Ik denk dat ik in negentig procent van mijn films met een wapen rondloop. Ik ben opgegroeid met wapens. Voor mij zijn die dingen normaal.

Ik ga hier niet de advocaat van de native Americans spelen. Of de geschiedenis veroordelen. Dat recht heb ik niet

Was het als working-class kid ook normaal om van Hollywood te dromen?

Renner: Het is altijd mijn vurige wens, een noodzaak zelfs, geweest om te acteren, om te ontsnappen aan de plek waar ik vandaan kom. Ik heb ooit nog een beetje informatica en criminologie gestudeerd, maar dat was niks voor mij. Acteren was mijn roeping. Ik kom nog wel eens in mijn geboortestadje en heb respect voor mijn vrienden die er hun hele leven zijn gebleven, maar ik had het zelf nooit gekund. Ik ben naar ongeveer elke klasreünie geweest – vijf jaar na de middelbare school, tien, twintig – en telkens zat mijn carrière in een andere fase. Aanvankelijk vroeg iedereen: wie is die kerel daar? Is hij acteur? In wat dan? Later was ik plots een ster en wilde iedereen een praatje slaan. Ach. Zo gaan die dingen.

Wat waren de reacties thuis toen je zei dat je acteur wilde worden?

Renner: ‘Is dat een job?’ ‘Zou je niet beter gaan werken?’ ‘Of studeren?’ ‘Doe toch normaal, jongen.’ Waar ik vandaan kom, is acteren hooguit een hobby. Zelfs mijn vader, die gestudeerd heeft, vond het aanvankelijk maar niks. Ik heb moeten vechten om te mogen acteren, maar uiteindelijk is het me gelukt.

Je boert ondertussen niet slecht. Wat is de volgende stap?

Renner: Huisvader worden. For real. Ik acteer dolgraag en hoop dat mijn carrière verder vlot loopt, maar sinds ik vader ben, wil ik zo veel mogelijk thuis zijn en voor mijn dochter zorgen.

Toen ik je ontmoette voor The Hurt Locker vertelde je me dat je ook in de vastgoedbranche zat. Doe je dat nog steeds?

Renner: You bet. Dingen die ik graag doe, zal ik altijd blijven doen. Hoe hard ze me in Hollywood ook aan de mouw trekken, ik ben niet acteur geworden om een luxevilla met zwembad te kunnen kopen. Ik ben acteur geworden omdat ik het graag doe en er de kost mee hoopte te verdienen. Toen dat aanvankelijk lastig bleek, begon ik huizen te renoveren, en dat doe ik nog steeds. Als acteur doe je mensen twee uur plezier met een hopelijk goede film. Als renovator geef je iemand een thuis, hopelijk voor het leven. Dat vind ik zeker zo bevredigend. Ook artistiek. Het is het enige wat ik doe dat concreet en tastbaar is. Ik maak muziek, ik acteer, maar die dingen zijn emotioneel. Mijn huizen zijn reëel. Ze staan er echt. En ze blijven er staan. Ik hou me ook bezig met de mensen die erin wonen. Als ze een probleem hebben, kunnen ze me de klok rond bellen. Weet je wat grappig is? In 2004 verkocht ik een huis aan een aardig koppel dat ik van haar noch pluim kende. In 2012 bleek dat ze The Bourne Legacy mee hadden geproduceerd. Tevreden klanten, dus. (lacht)

The Bourne Legacy was wel geen groot succes, in tegenstelling tot de Avengers-films. Hoe zit het met de nieuwe episodes?

Renner: We draaien er twee tegelijk. De eerstvolgende heet Infinity War en komt in mei volgend jaar uit. Wat daarna komt, weet ik niet.

Doe je die grote blockbusters even graag als onafhankelijke films?

Renner: Het is anders. Je voelt je meer betrokken bij een kleinere film als Wind River. Je vormt een collectief. Een ensemble. Alsof je samen een toneelstuk maakt. Bij een blockbuster ben je maar één van duizend schakels en krijg je vaak geeneens het script te lezen. Ik doe beide graag, maar artistiek haal ik meer voldoening uit onafhankelijke producties en complexere rollen. Het jammere is wel dat de kloof alsmaar groter wordt. De films die qua budget en schaal in het midden zitten, zoals Wind River, The Hurt Locker of The Immigrant – worden steeds zeldzamer. Too bad.

Wind River

Vanaf 20/9 in de bioscoop.

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content