Recensie: De Flandriens

© VRT

De docureeks De Flandriens toont dat de helden van het stalen ros uiteindelijk ook maar menselijk zijn. Al te menselijk soms.

Elke maandag, Canvas ***

Het wielrennen hangt aaneen van de mythische verhalen over heroïsche coureurs die op hun eentje de strijd aangaan met de concurrentie en de natuurelementen. Die vijf keer per wedstrijd hun grenzen verleggen en uiteindelijk meer dood dan levend over de eindmeet komen.

In het midden van die mythologie – althans toch in onze contreien – staat de flandrien, de knoestige stamper met de werklust van een paard en het karakter van een olifant. De typische flandrien is bij wijze van spreken een man die overdag in weer en wind de kasseien op de Koppenberg legt en er dan ’s avonds voor zijn plezier nog twintig keer oprijdt, liefst tijdens een plensbui.

Wielercommentatoren hebben nogal eens de neiging om die mythische verhalen nog wat aan te dikken, en met ‘wielercommentatoren’ bedoelen we in de eerste plaats Michel Wuyts. Iemand die Nick Nuyens – een erg verdienstelijk renner maar toch geen veelwinnaar – in alle ernst omschrijft als ‘De Bom van Bevel’ is toch niet van zijn eerste overdrijving gestorven.

Dit alles om maar te zeggen dat we niet bepaald hadden verwacht dat De Flandriens, de nieuwe docureeks waarin Michel Wuyts grote Vlaamse renners interviewt over hun exploten in de Ronde en Parijs-Roubaix, een toonbeeld van terughoudendheid en bescheidenheid zou zijn. Na twee afleveringen moeten we echter toegeven dat het meevalt met de opgepompte heroïek.

Niet dat de makers het niet proberen: elke aflevering telde tientallen beelden van beslijkte renners die door regen en hagel naar de eindmeet baggeren, en die filmpjes werden meestal op bijzonder bombastische muziek gemonteerd. In zijn interviews met mensen als Rik Van Looy, Walter Godefroot of Eddy Merckx legde Wuts dan weer vaak de nadruk op hoe weergaloos hun prestaties van toen waren.

Alleen wilden de hoofdrolspelers zelf niet echt mee. Toen Wuyts bijvoorbeeld aan Rik Van Looy vroeg wat er door zijn hoofd ging als hij alleen naar de streep reed, antwoordde die simpelweg: ‘Niets’. De ‘Keizer van Herentals’ gaf wel toe dat alleen aankomen ‘het mooiste is wat er is’, maar toen Wuyts hem herinnerde aan die Parijs-Roubaix waar hij schreiend over de meet reed, zei Van Looy nuchter dat dat ‘door de wind’ kwam.

De andere wielerlegendes in de eerste twee afleveringen waren evenmin geneigd om op te scheppen en aan te dikken – zelfs Roger De Vlaeminck niet. De beste in het rijtje was Walter Godefroot die het gevoel bij de start van de Ronde of Parijs-Roubaix heel onderkoeld omschreef als ‘gewoon het begin van een werkdag’ – tot lichte ontzetting van Wuyts.

Ook op een ander vlak bleven de wielerhelden menselijk, en soms zelfs al te menselijk. Wuyts had in zijn interviews namelijk veel aandacht voor tactische spelletjes en de combines in de koers, en daaruit bleek dat de renners zeker hun kleine kantjes hadden. En hebben, want sommige rivaliteiten van toen laten vandaag nog altijd sporen na . Van Looy en Merckx zeiden bijvoorbeeld wel dat alle de plooien gladgestreken zijn, maar je merkte toch dat ze nooit beste vrienden zullen worden.

Wie zeker nog steeds niet door één deur kunnen, zijn Eric Leman – die begin de jaren 70 drie keer de Ronde binnnenhaalde – en Godefroot – die Leman in die tijd verweet dat hij altijd op een diefje won. De tweede aflevering was voor een groot deel gewijd aan Leman, die altijd het gevoel heeft gehad dat hij ondanks zijn palmares niet au sérieux werd genomen. Toen Wuyts het daarover had met Godefroot en erop wees dat Leman toch drie keer de Ronde heeft gewonnen, antwoorde die: ‘Tiens, dat wist ik niet eens’.

Leman kreeg echter wel erkenning van de Kannibaal himself, die toegaf dat hij in die drie Rondes op zijn waarde geklopt was en dat de overwinnaar zeker niet de hele tijd in zijn wiel had gehangen. Wuyts legde daarna die uitspraak van Merckx voor aan Leman, en die prevelde met tranen in de ogen: ‘Eddy is een kampioen maar ook een mens, en mooier is er niet’. We hadden De Flandriens niet beter samen kunnen vatten.

Stefaan Werbrouck

Wat vindt u van De Flandriens? Laat het weten!

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content