Beau Séjour

‘Je had het kunnen weten, ja.’ De scenaristen van Beau Séjour over de ontknoping die u niet had zien aankomen.

***SPOILER ALERT***

Mocht u de laatste aflevering van Beau Séjour nog niet bekeken hebben en overwegen om dat alsnog te doen, dan raden wij u hierbij aan niet verder te lezen. Tenzij u het soort mens bent dat het niet erg vindt om op voorhand te weten hoe een serie afloopt. Kom dan gewoon achteraf niet klagen.

Geen grotere uitdaging bij een mysteryreeks dan haar finale. Zo makkelijk als het is om intrigerende vragen te stellen in je eerste aflevering, zo moeilijk is het om die ook te beantwoorden in het slot. Westworld zag zijn volledige einde voorspeld worden door het internet. Twin Peaks hield er halverwege het tweede seizoen mee op om steek te houden. Les revenants ontaardde in een klucht zodra ze moesten uitleggen waarom die dode kinderen nu eigenlijk teruggekeerd waren. En wat die ijsbeer in Lost deed, is ons nog altijd niet duidelijk.

Om maar te zeggen: dat Beau Séjour afgelopen zondag een geloofwaardig antwoord wist te brengen op wie Kato Hoeven vermoord had en waarom zeven mensen haar konden zien, is zonder meer een verdienste. Dat we achteraf het gevoel hadden dat we het hadden kunnen zien aankomen en het tóch geloofden, is dat nog meer. Pluimen die het duo Bert Van Dael en Sanne Nuyens op zijn hoed mag steken. Van Dael schreef eerder al mee aan Clan, Nuyens zat in de writers’ room van De Vijfhoek. Samen met regisseurs Nathalie Basteyns en Kaat Beels creëerden ze Beau Séjour, samen met Benjamin Sprengers schreven ze de scenario’s uit. En dus ook die finale.

BERT VAN DAEL: We hebben maanden aan dat einde gewerkt. Zoals je zegt: een mysteryreeks eindigen is ontzettend moeilijk. Je wilt dat de kijker had kunnen weten wie het gedaan had, maar het mag ook niet zó duidelijk zijn dat iedereen het al weet.

SANNE NUYENS: In het prille begin hadden we ook een andere moordenaar in gedachten. In de eerste brainstorms was Charlie de dader – de meest onverwachte van de vijf zieners – maar dan zijn we langsgegaan bij een profiler, een Belgische vrouw, opgeleid door de FBI, die gespecialiseerd is in daderprofielen. Psychologisch zag ze niet hoe Charlie een seriemoordenaar zou kunnen zijn. Het klopte volgens haar niet – waar ze ook gelijk in had. Niet snel daarna hebben we onze pijlen gericht op Marcus en zijn we alle afleveringen gaan plotten met hem als dader.

Ligt het aan mij of doet Marcus in die laatste aflevering denken aan Ronald Janssen?

NUYENS: Je bent de eerste die erover begint. Maar inderdaad: die zaak is een inspiratiebron geweest tijdens het schrijven.

VAN DAEL: Er is ook een vage fysieke gelijkenis tussen Ronald Janssen en Marcus, maar dat is puur toeval. We wilden niet letterlijk aan die zaak refereren. Het was vooral het idee dat je buurman een seriemoordenaar kan zijn zonder dat iemand het weet.

NUYENS: Voor ons was dat het vertrekpunt voor de reeks: de psychologie van een seriemoordenaar. Ronald Janssen, maar ook Andras Pandy, Michel Fourniret of Abdallah Ait-Oud: er zijn wel wat voorbeelden in ons land geweest. Na de moorden van Kim De Gelder kopte The Times ‘Not Belgium Again’. Dat artikel heb ik meegenomen naar een van de eerste pitches. België heeft een merkwaardige traditie op dat vlak.

VAN DAEL: Wij zijn allebei geboren in 1981, wat maakt dat we Dutroux en de nasleep van die zaak heel bewust hebben meegemaakt. Ik herinner me nog dat hij ontsnapte uit het gerechtsgebouw van Neufchâteau. Mijn ma is me die dag van school komen halen, in Edegem. Dat was de atmosfeer van de late jaren 90: het idee dat je je kind van school moest gaan halen in Edegem uit schrik dat Dutroux naar daar zou komen. Ik denk dat dat ook wel wat in de reeks zit.

NUYENS: Als je over seriemoordenaars leest, merk je dat er altijd op voorhand een aantal aanwijzingen waren. Gebeurtenissen die in onverdachte tijden passeren, maar achteraf gezien heel betekenisvol blijken. Daar hebben we in Beau Séjour ook mee gespeeld. Mocht je een seriemoordenaar kennen, zou je dat dan merken?

Had de kijker het kunnen merken?

VAN DAEL: Er waren aanwijzingen. Het is niet normaal dat iemand op een bureau pist omdat hij zich vernederd voelt wanneer zijn vriendin contact heeft met haar ex. Die klacht wegens geweld uit zijn studententijd was ook niet toevallig. Achteraf bekeken is het hele psychologische profiel van Marcus één grote aanwijzing. Het kwam niet uit het niets.

NUYENS: We hadden een paar concrete aanwijzingen in de reeks geschreven, waarvan we dachten dat niemand ze zou opmerken. Alleen: er blijkt een Facebookgroep te bestaan waarin elke aflevering uitvoerig geanalyseerd wordt. Om je een idee te geven: iemand heeft er ingezoomde screenshots gepost van de ogen van de paarden, om na te gaan of ze iets in de reflectie konden zien. Dat gaat ver.

Het bizarre is dat elke aanwijzing die we erin gestoken hadden daar ook opgepikt werd. Iemand had een screenshot gepost van de oude familiefoto die Sofia aan Marcus toont, waarop je kunt zien dat er een Subaru in de achtergrond staat, met de vraag of er iemand iets van Subaru’s kende: ‘Kan dat een 4×4 zijn?’ In aflevering vier, waarin de moord op Claudia De Wit onderzocht werd, was namelijk al vluchtig ter sprake gekomen dat iemand een 4×4 had opgemerkt. Zelfs van de snurkmachine had iemand al opgemerkt dat Marcus die ook om Kristel had opgezet – iets wat in de laatste aflevering ook duidelijk wordt. Verschillende mensen in die groep zaten al op de juiste piste.

VAN DAEL: Zeer verbazend. Ik wist dat er bij reeksen als Westworld hard gespeurd werd op het internet. Maar ik had niet door dat dat in België ook al bestond.

NUYENS: Maar de grootste aanwijzing zat in aflevering 4, waarin de psychiater vertelt dat iets simpels als een datum of een plek een psychose kan triggeren – wat trouwens echt zo is. De moorden op Kato en Claudia De Wit gebeurden op 13 november, tevens de datum waarop Marcus’ vrouw met haar minnaar om het leven kwam. Dat was de grootste hint.

VAN DAEL: We baseerden ons op de uitleg van die profiler over de psychologie van seriemoordenaars. Zo was Ronald Janssen volgens de gerechtspsychiaters een psychopaat: iemand zonder empathie die heel planmatig te werk gaat. Marcus daarentegen is een psychoot: zijn moorden gebeuren telkens in een emotioneel delirium, getriggerd door een herinnering aan het verleden. Daardoor kan hij ook zijn eigen dochter vermoorden: in zijn waan ziet hij niet zijn dochter, maar zijn vrouw.

Jullie gaan wel ver in die psychologie.

VAN DAEL: Absoluut. Door de oorspronkelijke pitch leek Beau Séjour een bovennatuurlijke reeks te zijn, maar voor ons was het in de eerste plaats een zo realistisch mogelijk psychologische serie.

NUYENS: Niet alleen de psychologie van de moordenaar, maar ook die van de andere personages. Voor een groot stuk gaat de serie over schuldgevoel. Hoe iedereen grote en kleine schuldgevoelens met zich meedraagt en hoe iedereen daar anders mee om gaat. Uiteindelijk is dat ook de uitleg voor de vijf zieners.

Wacht. Waren dat er geen zeven?

VAN DAEL: Acht eigenlijk. Behalve de vijf uit de eerste aflevering kunnen ook Vanderkerk en Marcus Kato zien. En in de laatste aflevering zit een scène waarin Kato voorbij het veld van haar oma fietst en Renée Brouwers, het personage van Reinhilde Decleir, haar aanstaart. In de reeks wordt in het midden gelaten of ze haar nu echt ziet, maar in het scenario was dat wel degelijk zo bedoeld. Pas in de laatste aflevering voelt Renée zich schuldig. Daarom kan ze Kato heel even zien.

NUYENS: Schuldgevoel is de trigger om Kato te kunnen zien. Het volstaat niet dat personages iets met haar dood te maken te hebben, ze moeten zich ook verantwoordelijk voelen. Sofia voelt zich schuldig omdat ze xtc in Kato’s drankje heeft gedaan; Charlie voelt zich schuldig omdat hij haar bang heeft gemaakt met de hamer; Ines voelt zich schuldig omdat ze Kato heeft weggejaagd.

VAN DAEL: Marcus heeft enkel een schuldgevoel als hij in zijn delirium zit. Daarom kan hij haar in de tweede aflevering niet zien wanneer ze twee stoelen naast hem zit in de kerk, maar ziet hij haar wel op het einde van de voorlaatste aflevering, wanneer hij op weg is naar Luc en Kato tegen de grond slaat.

Als ik één punt van kritiek mag aanhalen: bij momenten is Beau Séjour behoorlijk uitleggerig. Vooral in de eerste en de laatste aflevering wordt uitvoerig uit de doeken gedaan hoe alles in elkaar zit.

VAN DAEL: Ik denk dat dat niet anders ging. Zodra we hadden geopperd dat Kato een soort geest is, kregen we vragen als: ‘Kan die dan door muren lopen?’ We moesten de regels van het spel heel duidelijk op voorhand vastleggen. Idem voor de ontknoping: zelfs voor de crew was het niet duidelijk waarom Marcus het gedaan heeft. Als we niet wilden dat het leek alsof we een willekeurige moordenaar uit onze hoed getoverd hadden, moesten we dat verduidelijken.

Je merkt ook dat er weinig rek zit op de Vlaamse suspension of disbelief als het over eigen producties gaat. Als er iemand met een Noord-Limburgs accent spreekt tegen iemand met een Hasseltse tongval, hebben veel mensen al het gevoel: ‘Dit klopt niet.’ Als Kato op het politiekantoor een nummer intikt en het afluistert, geloven kijkers niet dat dat zo simpel kan – terwijl afluisteren in de praktijk wel degelijk zo gebeurt. Er passeert heel weinig. Je moet als scenarist voortdurend laten zien dat het wel degelijk klopt wat je aan het vertellen bent.

NUYENS: Je moet ook niet vergeten: Beau Séjour is uitgezonden op Eén op zondagavond. Toen ons voorstel in 2012 goedgekeurd werd, hoopten we met z’n allen dat de Vlaamse kijker er klaar voor zou zijn tegen de uitzenddatum. Dingen die vanzelfsprekend zijn als je veel buitenlandse series kijkt, kunnen radicaal zijn voor wie dat referentiekader niet heeft.

Over referentiekader gesproken: hebben jullie Les revenants ooit gezien?

NUYENS: Pas na het schrijven. Toen we anderhalf jaar met het script bezig waren, vertelde ik aan iemand in Londen wat onze pitch was. ‘Ah, zoals Les revenants dus?’ reageerde die. We hadden nog nooit van die reeks gehoord – gelukkig was onze pitch ook ouder dan Les revenants.

VAN DAEL: We waren duidelijk niet de enigen met een soortgelijk idee. De film The Lovely Bones (2009) van Peter Jackson gaat ook over een meisje dat haar eigen moordonderzoek aanschouwt: hadden we niet gezien. En blijkbaar is er een boek van een paar jaar geleden, The Dead Girls Detective Agency (2012), waarin een meisje wakker wordt in een hotelkamer en de moord op zichzelf moet onderzoeken. Ontdekten we ook pas achteraf.

NUYENS: Waarmee we niet willen zeggen dat we geen buitenlandse voorbeelden hadden. Het idee om een whodunit te combineren met de sociale impact van een moord heeft wat van The Killing – Deense series zijn daar heel sterk in. De manier waarop het Maaslandse landschap een personage op zich wordt, doet wat denken aan True Detective. Six Feet Under – die kleine tragedies in ieders leven – was ook een inspiratie.

VAN DAEL: Veel films ook. Let the Right One In (2008), een Zweedse film over een vampierenmeisje, was bijvoorbeeld een grote inspiratiebron. Die film heeft een gelijkaardig opzet: de vampieren zijn bovennatuurlijk, maar alles errond is hyperrealistisch.

NUYENS: Maar de grootste inspiratie was onze research. We zijn niet alleen met die profiler gaan praten, maar ook met de federale politie van Tongeren en de lokale politie van de zone Maasland. We zijn locaties gaan zoeken in Limburg – de bossen, de waterlopen, de boomgaard, dat veerpontje. We hebben met wetsdokters gesproken, met laboranten en met de cel Vermiste Personen. We zijn de motorcross in Genk gaan bezoeken. We hebben twee jaar van ons leven gegeven om dit te kunnen schrijven.

VAN DAEL: We zijn zelfs bij een fruitboer gaan kijken om te zien hoe er gesorteerd wordt en hoe die machines eruitzien.

Alles moet kloppen?

VAN DAEL: Niet zozeer dat. Het was vooral om al die dingen zelf te ervaren. Als je niet bij een fruitboer gaat kijken, baseer je je personage op wat je denkt dat een fruitboer is of op de fruitboeren die je al in films of series gezien hebt en blijf je in clichés steken.

Behalve de scenario’s hebben jullie ook mee de casting en de montage begeleid. Is dat de weg vooruit voor Belgische fictie?

VAN DAEL: De sleutel ligt in een goede dialoog tussen regisseurs en schrijvers. In buitenlandse series ligt de verantwoordelijkheid voor het eindresultaat steeds meer bij de showrunners. In ons land is er ook een kentering aan het komen. Philippe De Schepper was bij Eigen kweek de showrunner; Malin-Sarah Gozin deed dat bij Clan. Je voelt dat er meer samenwerking aan het komen is.

Niemand kent het scenario van Beau Séjour beter dan Sanne en ik. Wij zijn daar twee jaar dag in dag uit mee bezig geweest. Dan is het logisch dat ons werk er niet op zit als het scenario af is. Televisie is meer een schrijversmedium dan pakweg film dat is.

Ondertussen heeft Netflix Beau Séjour – als eerste Vlaamse reeks ooit – gekocht om in het buitenland uit te brengen. Is dat de bevestiging van jullie manier van werken?

VAN DAEL: Het is alleszins een mooi compliment. Nadat we de publieksprijs hadden gewonnen op Séries Mania, het Cannes van de tv-fictie, maar dan in Parijs, was het al duidelijk dat ze heel geïnteresseerd waren.

NUYENS: Het vakblad Variety heeft er al een naam op geplakt: Belgian noir. Ze linken ons aan Waalse reeksen als Ennemi public en La trêve, die ook met een beperkt budget prijzen wisten weg te kapen in Parijs.

VAN DAEL: Het is wel merkwaardig om te zien hoe er in het buitenland anders op de reeks gereageerd wordt. Bij buitenlandse screenings merk je dat het publiek sneller enthousiast is. Vlamingen hebben soms toch een aflevering of drie nodig, pas daarna leven ze zich in in het verhaal. In pakweg Parijs heb je dat niet. Al moet ik zeggen: tijdens de screening daar was het publiek aan het gieren van het lachen tijdens de begrafenis van Kato. De hele zaal lag plat van het lachen. Toch niet hoe die scènes hier overkomen. Fransen reageren heel anders op de absurditeit van de reeks.

Nog één vraag: wat was dat eigenlijk met die paarden?

VAN DAEL: Daar is lang over gediscussieerd. Laat ons het erop houden dat paarden de aanwezigheid van Kato kunnen voelen. Het enige waarvan je kunt zeggen: wat is dit voor zever? (lacht) Eigenlijk is dat een van de weinige bovennatuurlijke elementen die we ons gepermitteerd hebben.

NUYENS: Noem het ons Twin Peaks-momentje. (lacht)

door Geert Zagers

‘In een Facebookgroep zijn ingezoomde screenshots van de ogen van de paarden in Beau Séjour, om na te gaan of er in de reflectie een aanwijzing te zien was. Dat gaat ver.’ Sanne Nuyens

‘Ik wist dat er bij reeksen als Westworld hard gespeurd werd op het internet. Ik had niet door dat dat in België ook al bestond.’ Bert Van Dael

‘Vlamingen hebben soms een aflevering of drie nodig om zich in te leven, in het buitenland blijkt het publiek veel sneller mee te zijn.’ Bert Van Dael

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content