Pas een nieuwe plaat uit, de zomerfestivals in zicht. Maar eerst nog de finale van The Voice Van Vlaanderen. Er breken drukke tijden aan voor manusje-van-alles Bent Van Looy. Met dochter Harper kwam daar anderhalf jaar geleden nog een langetermijnproject bij, en de nodige bezinning. Eega Martena Duss is ook al zo’n creatieve wervelwind. ‘Ze heeft me geleerd minder bang te zijn.’

Ooit, meer dan een decennium geleden, stonden ze midden in mijn living naast elkaar te blinken. Martena Duss, vers vanuit Zwitserland in Gent aangespoeld, was op zoek naar een nieuwe woonst, die van mij kwam binnenkort vrij. Het was haar lief Bent Van Looy, zanger in de popgroep Das Pop, die haar had meegetroond naar mijn dakappartement met terras aan het Zuid. Niet heel veel later vertrok zij richting Parijs, en de zanger volgde.

Nu zitten ze naast elkaar tegenover mij, nog steeds blinkend, jaren wijzer en een gezonde spruit rijker. Niet in Gent, maar in een Antwerpse staminee. Croque-monsieur en spuitwater voor meneer, cappuccino voor mevrouw. Bent Van Looy is intussen de zanger van Bent Van Looy geworden, alsook bekend tv-gezicht en creatief allrounder. Martena Duss maakte als visagiste in Parijs carrière in de mode, was eigenares van de conceptwinkel Sweat Shop en is kersvers auteur van het tot de verbeelding sprekende Grote receptenboek tegen verveling. Een mediakoppel zijn ze niet, maar na enig aandringen mogen we ‘Das Koppel’ zeggen. ‘Als jij met mij naar een liveshow van The Voice van Vlaanderen gaat kijken’, zegt ze. Offers, af en toe moet je ze brengen.

Van Looy is opnieuw neergestreken in de stad die hij meer dan twee decennia geleden inruilde voor Gent, en deze keer zal hij er niet meteen weglopen. Zijn nomadenbestaan, het rusteloze maar enthousiaste van hot naar her rennen, houdt hier even op. De reden heet Harper, een anderhalf jaar oud bundeltje liefde – niet aanwezig, overigens. Een dubbelgesprek, over het merk Bent Van Looy, over verveling, het ouderschap, en de showbizz.

Onderweg naar hier, vanuit het Centraal Station, passeerde ik de ene pop-upshop na de andere. Bent, eigenlijk ben jij ook een soort pop-up: iemand die overal kan opduiken, met telkens iets anders in de aanbieding.

BENT VAN LOOY: Ja? Oei, ik weet niet goed hoe ik dat moet interpreteren. Ik ga niet akkoord, denk ik: pop-ups zijn iets tijdelijk, iets dat met de tenen de temperatuur van het water test. Pop-ups hebben ook wel iets moois, omdat ze als paddenstoelen zijn: die zijn er ook niet het hele jaar door. Maar toch, ik probeer wat ik doe telkens ernstig te nemen. Het zijn geen hobby’s of zo. Ik associeer pop-ups met lichtzinnigheid, met snel met bleke houten plankjes in elkaar getimmerde togen en bankjes.

MARTENA DUSS: Maar het getuigt toch ook van de moed om iets te ondernemen? Misschien ben ik van ons twee meer degene die rondhuppelt, Bent is iemand die alles grondig onderzoekt.

VAN LOOY: Jij begint een project, sluit het af en gaat verder naar het volgende.

DUSS: Terwijl jij meer parallellen tussen de dingen trekt.

VAN LOOY: Ziezo, dat hebben we meteen goed uitgeklaard! (lacht)

Martena, jouw Grote receptenboek tegen verveling is een fantasierijke gids met tekst en tekeningen, voor kinderen en volwassenen, weg van de tablet, richting huis-tuin-en-keukencreativiteit. Ik kan me niet voorstellen dat jullie je ooit vervelen.

DUSS: Telkens wanneer ik het gevoel heb dat ik stilsta, valt er iets uit de lucht. Sweat Shop, bijvoorbeeld: het is nooit mijn droom geweest om een winkel te hebben, maar ik was toen even aan het zoeken en plots stond die winkel voor mij en riep: ‘Doe iets met mij!’ Gelukkige ongelukjes, zijn dat. Het boek is net hetzelfde, het is er gekomen uit noodzaak. Geen noodzaak om een boek samen te stellen, maar ik zat toen in een fase dat ik alles op papier wilde zetten, waarin ik uren- en nachtenlang heb zitten tekenen, opzoeken en bewaren waar ik me vroeger, als kind, mee bezighield. En voor ik het wist, werd dat een boek.

Volgens sommige filosofen heeft verveling wel degelijk een nut. Robert Pirsig, auteur van Zen en de kunst van het motoronderhoud, zei: ‘Verveling gaat altijd een periode van grote creativiteit vooraf.’

VAN LOOY: Ik kan het echt niet, me vervelen. Dat is jaren, zo niet tientallen jaren geleden.

DUSS: Krijgen mensen wel nog de kans om zich te vervelen, tegenwoordig? Met al die prikkels die van alle kanten op je afkomen, zowel uit de echte als de virtuele wereld.

VAN LOOY: Dat is eigenlijk het nieuwe vervelen: het opvullen van de leegte met onbelangrijke dingen. Leegte vullen met andere leegte.

DUSS: Mensen durven het dan geen verveling meer te noemen, maar zeggen: ‘Ik ben bezig.’ Dat is jammer, want er kunnen best wel mooie dingen ontstaan uit verveling, vanuit dat soort bewuste rust. Ik herinner me vanuit mijn kindertijd een actief gevoel van verveling. Mooi, eigenlijk, want dat zette ons tenminste ertoe aan om te zoeken naar een nieuwe manier om bezig te zijn. Daardoor is het handgemaakte een rode draad in alles wat ik doe, en daarom heb ik mijn receptenboek gemaakt, met simpele tekeningen en tekst in grote letters. Simpel. Gebruiksvriendelijk. Weg van die overdaad aan virtuele prikkels.

VAN LOOY: Wat niet wil zeggen dat wij digitale analfabeten zijn. We maken thuis geen iPads uit klei of zo. (lacht)

Je hebt voor het vaderschap kunnen oefenen in je rol van coach in The Voice. Of ga ik daar zo, zelf geen nageslacht hebbende, te licht over?

VAN LOOY: Coachen en vader zijn lijken in die zin op elkaar dat je zelf niet het allerbelangrijkste, het middelpunt bent. Dat je wat je geleerd hebt kunt doorgeven.

Je collega Bart Peeters zei hier enkele weken geleden dat coachen hem van nature beter ligt dan performen. ‘Ik ben niet geboren voor het podium’, zegt hij. Jij bent wel een podiumbeest.

VAN LOOY: In die zin dat ik er altijd op wilde wel. Ik ben niet het meest virtuoze of meest extraverte showbeest, maar op een podium voel ik me goed, ja, en comfortabel.

En hoe schat je jezelf in als coach?

VAN LOOY: Aan goede leraren heb ik altijd veel belang gehecht. Als je geluk hebt, ontmoet je er in je leven een viertal die echt een verschil kunnen maken. Ik vind het een eer om die positie te mogen bekleden. Of ik dat voor iedereen effectief ook ben, weet ik niet, maar ik probeer het wel. Het is een van de mooiste dingen in elk metier: iets beheersen en dat dan mogen doorgeven.

DUSS: (knikt) Een mentor in het leven hebben is zo belangrijk. Mijn beide ouders zijn leraars, en ze hebben dat gen aan mij doorgegeven. Ik kan goed met kinderen om en zo, maar wat Bent in The Voice doet, zou ik niet kunnen, want ik ben niet goed in camera’s. Ik kan het fysiek gewoonweg niet aan. Terwijl hij dat zo goed onder controle heeft. Vind ik toch.

VAN LOOY: Binnen een context waarin mijn rol duidelijk gedefinieerd is, kan ik goed met camera’s om, ja. Maar ook ik ben vertrouwd met de moeilijke relatie tussen de schijnwerpers en de schaduw. Onlangs nog op de première van Belgica. Poseren voor foto’s op de rode loper kan ik. Dat is een duidelijke context. Maar toen ik van de rode loper stapte en bij Martena ging staan, draaiden alle fotografen zich naar ons om. Ik werd – buiten een context – op slag extreem ongemakkelijk en gestrest.

DUSS: En ik voelde me best comfortabel. (lacht)

We hadden het eigenlijk over coachen, het belang van mentors. Wie waren die van jullie?

VAN LOOY: Op mijn zestiende, hier in Antwerpen nog, heeft Vitalski een grote rol gespeeld. We maakten samen strips. Hij was toen een jaar of 23 en hij nam mij heel serieus als striptekenaar. Dat voor vol aanzien worden door een ouder iemand was heel belangrijk. Later, in Gent, hebben Stephen en David Dewaele van Soulwax op muzikaal gebied en in allerlei soorten dingen die rol vervuld. En op school was dat Lieven Tavernier (de man ook die nummers als De fanfare van honger en dorst schreef, nvdr.), bij wie ik Nederlands en Duits volgde. Twee vakken die ik erbij had genomen omdat ze me interessant leken voor de studiepunten. (lacht) Lieven heeft zijn stempel gedrukt op hoe ik over taal denk.

Hoe denk je over taal?

VAN LOOY: Dat inhoud en vorm, wat en hoe je iets zegt, even belangrijk zijn.

DUSS: Dat vind je over alles, toch? Niet alleen over taal?

VAN LOOY: Als je de inhoud in een goede vorm giet, blijft de inhoud intact. Zo simpel is het.

Maar dat kan ook gevaarlijk zijn, als de vorm té goed zit, en de inhoud niet.

VAN LOOY: Dan dreig je inderdaad bij het Derde Rijk te belanden: goede vormgeving, inhoud twijfelachtig. (hilariteit)

DUSS: Als er iets is wat we delen, dan wel die filosofie, in alles wat we doen. Evenveel respect voor inhoud als vorm.

Zijn jullie ook voor elkaar mentors? Kijken jullie op naar elkaar?

VAN LOOY: Natuurlijk! We maken allebei veel dingen, maar elk op een heel andere manier, heel complementair. Martena inspireert mij en heeft me geleerd om minder bang te zijn, om minder te aarzelen.

DUSS: Ik bewonder zijn doorzettingsvermogen en gedrevenheid. Weinigen weten zo goed wat ze willen en werken er zo hard voor. Ik ken niemand die zó hard werkt als Bent.

VAN LOOY: James Brown is dood, iemand moet die fakkel dragen. (lacht)

DUSS: Zo lang als ik je ken ga jij al recht op je doel af, in een rechte lijn. En dat voor iemand van een generatie die zo snel afgeleid is, met al die prikkels. Jij bent nog van de oude school…

VAN LOOY: Dat vind ik een groot compliment.

DUSS: Tijdloos.

VAN LOOY: Het is al goed!

Martena, denk je nooit eens: ‘Bent, schat, je komt te veel op tv’?

DUSS: Toch wel, ja. Maar tot nu toe was dat hele gebeuren nogal abstract, ik had er niet echt een idee van. Nu zie ik meer wat er precies gebeurt, en soms vind ik dat best wel spannend.

VAN LOOY: Maar?

DUSS: Geen maar, want ik was er altijd voor dat je de remmen losgooit. Ik heb je leren kennen als iemand die heel zwart-wit is, met een extreem gevoel voor normen en waarden. Net daarom is het zo straf dat je de voet van de rem haalt.

Je lief, en de vader van je kind, is tegenwoordig showbizzfiguur. Een merk, om het met een lelijk woord te zeggen.

VAN LOOY: Dat ís een lelijk woord. Maar het klopt wel.

DUSS: Ik snap wat je bedoelt. Eigenlijk is Bent als een hond die al plassend op verschillende terreinen zijn territorium afbakent.

Jury- en panellid, ontwerper van behangpapier en wijnetiketten, bedenker van mode- en verfcollecties, radiomaker, curator van tentoonstellingen, en laten we muzikant niet vergeten. Ben je nooit bang dat je je inspanningen te veel verspreidt?

VAN LOOY: Dat ik mezelf te dun uitsmeer, wil je zeggen? Ik zoek al die zaken niet op. Ze komen op mijn pad terecht, en als de honger en de zin groot genoeg zijn, doe ik het. Volgens mij verrijken al die zaken elkaar, in plaats van andersom.

DUSS: Bij mij is het niet zo extreem, maar ik begrijp die nood aan afwisseling. Mode is iets dat heel snel gaat, het is oppervlakkig en vluchtig, maar – voor mij althans – op een mooie manier. Soms heb ik dan iets nodig waar ik lang en traag aan kan werken, zoals dat receptenboek.

Broed je al op een vervolg?

DUSS: Er komt deze zomer een soortement vervolg aan, tijdens Theater aan Zee in Oostende. Ik organiseer er een fietssalon, in een – en nu ga je lachen – pop-up waarin iedereen zijn fiets op allerlei manieren kan pimpen. En intussen ben ik intens bezig met het Zwitserse paviljoen op het Europees Kampioenschap voetbal in Parijs. Ze hebben me gevraagd om daar Zwitserland cultureel te promoten.

Bent, had ik zoveel jaar geleden in mijn appartement geopperd dat je naam en beeltenis vaste prik zouden worden op showbizzsite.be, wat had je dan gezegd?

VAN LOOY: Mocht dat toen al zo geweest zijn, had ik het er moeilijk mee gehad. Nu doet het me niks wanneer ik mezelf googel en op dergelijke websites tegenkom. Ik word er niet blij van, er razen geen tonnen dopamines door mijn lijf, maar ik ben ook niet beschaamd. Ik ben altijd een showbizzfiguur geweest. Rock-‘n-roll is ook showbusiness, alleen speelt het zich af in een kleiner kader, in een niche waarin ik me vroeger veiliger voelde. Tegenwoordig trek ik het me minder aan in welk segment van de showbizz ik aan de slag ga, omdat ik niet veel verschil zie.

Tussen?

VAN LOOY: Ik zie weinig verschil tussen The Voice en de Rock Rally, als je het zo wilt horen. (lacht) Qua dynamiek, drijfveren en beroepsernst verschillen ze weinig. Ze spelen zich enkel af aan verschillende uiteinden van het spectrum. Het klimaat is veranderd. Had iemand me destijds, toen we met Das Pop meededen aan de Rock Rally, voorspeld dat ik ooit in de jury van een zangwedstrijd op VTM zou zitten, zou ik hem gek verklaard hebben.

DUSS: Je had toen nog die romantische visie op de muziekwereld, iets waar je heel lang hebt aan vastgehouden. Maar een paar zomers geleden heb je een klik gemaakt. Je staat nu meer open, je bent losser geworden en legt niet alles constant op de weegschaal.

VAN LOOY: Ik lever geen achterhoedegevechten meer. Ik heb aanvaard dat ik in deze tijd leef.

Je hebt je aangepast aan de tijden?

VAN LOOY: Ik heb vrede gesloten met de tijdgeest.

DUSS: Heb jij een site? Tiens. (lacht)

VAN LOOY: De tijd, en het publiek, hebben zich ook aangepast aan mij. Toen ik mijn opwachting in het hele circus maakte, waren mensen echt ‘positief gechoqueerd’. Dat zó iemand kon bestaan!

Is Bent een leukere man nu hij losser is, Martena?

VAN LOOY: Ik ben meer relaxed geworden. Een groot stuk verbetenheid is verdwenen. Dat is voor iedereen leuker, geloof ik.

DUSS: Onder meer dankzij The Voice zit er meer kleur en nuance in Bent, maar ik vond zijn zwart-witheid ook fantastisch, hoor. Volg jij The Voice eigenlijk?

Ik behoor niet tot het doelpubliek, heb ik de indruk.

DUSS: Maar ik ook niet!

VAN LOOY: Ik ook totaal niet, maar dat neemt niet weg dat het een goed gemaakt programma is. Ik vind de Vlaamse versie van The Voice de minst plastieken versie die ik ken, gemaakt door intelligente mensen, zonder enige vorm van cynisme. Kom gewoon eens langs. We zitten in Flanders Expo, het is niet ver!

THE VOICE VAN VLAANDEREN

Nog tot 3/6 op VTM.

HET GROTE RECEPTENBOEK TEGEN VERVELING

Uit bij Manteau.

PYJAMA DAYS

De recenste solo-cd van Bent Van Looy is uit bij Sony.

HET FIETSSALON

Van 30/7 tot 6/8, elke dag van 14 tot 17 uur in Oostende. Alle info: theateraanzee.be

DOOR JONAS BOEL – FOTO’S WOUTER VAN VAERENBERGH

Martena Duss ‘IK KEN NIEMAND DIE ZÓ HARD WERKT ALS BENT.’

Bent Van Looy ‘JAMES BROWN IS DOOD, IEMAND MOET DIE FAKKEL DRAGEN.’

Martena Duss ‘EIGENLIJK IS BENT ALS EEN HOND DIE AL PLASSEND OP VERSCHILLENDE TERREINEN ZIJN TERRITORIUM AFBAKENT.’

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content