Gainsboek: het nieuwe werk!

Van het aanbod nieuwe publicaties over Gainsbourg onthouden we er voorlopig twee: een naslagwerk en een stadsgids!

De twintigste verjaardag van het overlijden van Gainsbourg is voor veel uitgeverijen een uitgelezen kans om nieuw of vertaald werk over de zanger te publiceren. Wie vreest het Frans niet machtig genoeg te zijn, raden we de biografie van de Britse muziekjournaliste Sylvie Simmons aan, Serge Gainsbourg: A Fistful of Gitanes – liever de originele versie uit 2001 dan de abominabele Nederlandse (lees: Ollandse) vertaling waar Uitgeverij Nijgh & Van Ditmar nu mee op de proppen komt.

Lannoo’s Gainsbourg inside ziet er op papier veelbelovend uit. Het boek is opgebouwd rond foto’s van Yannick Ribeaut, de neef van Gainsbourgs butler Fulbert Ribeaut. Toegegeven, het klinkt als het begin van een slechte mop. Afwachten hoe het uitdraait: we hebben voorlopig geen persexemplaar ontvangen. Het boek verschijnt volgende week.

Biograaf Gilles Verlans nieuwe uitgave, L’intégrale Gainsbourg. L’histoire de toutes ses chansons, die hij samen met Loïc Picaud schreef, biedt een overzicht van alle songs van Gainsbourg, met tekst en uitleg over het ontstaansproces en de opnames. Helaas zijn de lyrics er niet in terug te vinden. Het maakt van dit boek wel een prima aanvulling op het naslagwerk bij uitstek ‘L’intégrale et caetera’ (zie Gainsboek: de classics), waarin de lyrics wel volledig zijn opgenomen.

Wel goed voor een definitieve plek in onze ‘librairie’ is Le Paris de Gainsbourg (Editions Jacob-Duvernet, 2011), een stadsgids die zich als een beknopte biografie laat lezen, en omgekeerd. Anders gezegd: je hoeft er niet eens het huis voor uit om er ten volle van te genieten. Auteurs Ersin Leibowitch en Dominique Loriou, journalisten bij France Info én fans van le Grand Serge, laten in hun boek het hele leven van Gainsbourg aan bod komen, vanaf zijn geboorte in de Maternité de l’Hôtel-Dieu. Er is, geheel eigen aan het onderwerp, oog en oor voor kunst (de galerij waar hij het standbeeld ‘L’Homme à tête de chou’ ontdekte), muziek (de studio’s waar hij werkte), eten (het restaurant Japonais Benkay was bijvoorbeeld zijn favoriete plek voor familiediners) en feesten (in L’Elysée-Matignon versierde hij Bambou, zijn laatste grote liefde). Alles is geweldig goed geïllustreerd, met verrassende foto’s, reproducties van kattenbelletjes en fraaie illustraties – inclusief een plattegrond van zijn huis in de Rue de Verneuil! Een aanrader voor fans van Gainsbourg én van Parijs.

Karel Degraeve